Samenvatting Geschiedeniswerkplaats 3e ed vwo 4-6 Handboek historisch overzicht - Geschiedenis
1 view 0 purchase
Course
Level
VWO / Gymnasium
Book
Geschiedeniswerkplaats / tweede fase havo historisch overzicht / deel Handboek
In dit document staat een samenvatting van 8.6, 9.1, 9.5, 9.6, 9.7, 10.1 & 10.4. Het is een duidelijke samenvatting met de jaartallen, gebeurtenissen en begrippen goed uitgelegd. Zeker een aanrader!
Geschiedenis 8.6 tm 10.4
8.6
Kenmerkend aspect:
- De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
In 1884 kwamen vertegenwoordigers van de Europese regeringen in Berlijn bijeen om
eerlijke afspraken te maken over de verdeling van Afrika in Europese koloniën. Tot in de 19 e
eeuw hadden Europeanen in Afrika alleen handelsposten aan de kust. Maar toen begonnen
avonturiers en ontdekkingsreizigers de binnenlanden te verkennen. In Zuid-Afrika breidden
de Britten hun gebied uit rond de kaapkolonie die in 1975 was overgenomen van de VOC. In
Noord-Afrika veroverde frankrijk in 1830 Algerije op het Ottomaanse rijk. Frankrijk bemoeide
zich ook met Egypte, maar Egypte kwam uiteindelijk onder Britse controle. Het Britse leger
sloeg er in 1882 opstanden tegen de Europese bemoeienis neer. Egypte werd toen een Brits
protectoraat.
De Europese expansie tussen 1870 en 1914 wordt het moderne imperialisme genoemd,
omdat toen de grote Europese koloniale rijken ontstonden. Om de Duitse nationalisten
tevreden te stellen begon Bismarck in 1884 met de bezetting van Namibië (zuidwest-Afrika).
Op de conferentie van Berlijn kreeg de Belgische koning Leopold II toestemming om midden
in Afrika een reusachtig gebied langs rivier de Congo te bezetten. Ook spraken ze af dat
landen die een kustgebied bezetten ook invloed op het binnenland mogen hebben. In die
invloedssferen konden ze dan later een kolonie stichten. Na deze conferentie ontstond ‘een
wedloop om Afrika’. Binnen 15 jaar werd bijna het hele werelddeel onderworpen, alleen
Ethiopië en Liberia bleven onafhankelijk. Het kolonialisme was soms gruwelijk. In Congo
werd de bevolking bijvoorbeeld onderdrukt om zo veel mogelijk te produceren. Ongeveer de
helft van de bevolking kwam om door honger, ziekten en geweld. In 1904 werden de twee
opstandige bevolkingsgroepen, de Herero en de Nama bijna geheel door de Duitsers
vermoordt staat ook wel bekend als eerste genocide in de geschiedenis.
Protectoraat= staat waarover een andere staat heerst onder de schijn van bescherming.
Moderne imperialisme= Europese expansie in Azië en Afrika tussen 1870 en 1914, waardoor
grote koloniale rijken ontstonden.
Bezetting= als een leger een gebied verovert en de bevolking in bedwang houdt.
Invloedssferen= gebied waar een staat van buiten veel invloed heeft.
Vanaf 1763 koloniseerden de Britten Canada, vanaf 1788 Australië en Nieuw-Zeeland vanaf
1840. De inheemse volken van deze landen bezweken massaal aan ziekten of werden door
kolonisten verdreven en gedood. In Azië heersten net als in Afrika kleine groepen
Europeanen over grote inheemse volken. De Britse East India Company bestuurde het
enorme India tot de Britse regering na een grote opstand het bestuur in 1858 overnam. In
het oosten bezetten de Britten Birma en Maleisië.
, Frankrijk onderwierp Indochina (Vietnam, Cambdja & Laos). In 1898 namen de VS de
Filipijnen als kolonie over van Spanje. Nederland breidde zijn heerschappij uit over heel
Indonesië. Het Nederlands-Indische leger voerde op Noord-Sumatra vanaf 1873 een
bloedige guerrillaoorlog. Rusland breidde zijn gebied in Noord-Azië verder uit. In Afghanistan
stuitten de Russen op de Britten. Daardoor en door hevig Afghaans verzet konden de
Europeanen nooit volledig onderwerpen.
Guerrillaoorlog= oorlog met de strijdgroepen die zich onder de bevolking verschuilen en
kleine aanvallen uitvoeren.
De Europese expansie was al eeuwen gaande, maar werd door de industriële revolutie
versneld. Door de industrie ontstond er grote behoeften aan grondstoffen en afzetmarkten.
India leverde bijvoorbeeld leverde ruwe katoen en werd een belangrijke afzetmarkten voor
de Britse textielindustrie. Afrika was de economisch interessant vanwege grondstoffen, zoals
hardhout, rubber en palmolie. Sumatra werd interessant omdat er rubber en aardolie
gewonnen kon worden. Een andere oorzaak voor de moderne imperialisme was de opkomst
van het agressieve nationalisme. Voor nationalisten was het bezit van een koloniaal rijk een
zaak van roem en eer. Daarbij speelde ook racisme mee. Hogere rassen mochten heersen
over lagere rassen. Sommige Europeanen waren idealistisch. Ze wilden de onderontwikkelde
volken helpen. De imperialistische ideologie was populair; hij werd verspreid door kranten,
tijdschriften etc. in de tijd van democratisering hielden regeringen daar rekening mee. De
koloniale expansie werd versterkt door de transportrevolutie, de ingrijpende verbetering van
het vervoer.
Racisme= idee dat er mensenrassen zijn waarvan het ene beter is dan het andere.
9.1
Kenmerkende aspecten:
- Het voeren van twee wereldoorlogen.
- Verwoestingen op niet eerder vertoonde schaal door massavernietigingswapens en
de betrokkenheid van de burgerbevolking bij oorlogvoering.
Eind juli 1914 brak de Eerste wereldoorlog uit. De aanleiding hiervan was de moord op de
Oostenrijkse kroonprins frans Ferdinand, die op 28 juni werd doodgeschoten. Dit was een
Servische dreiging en om hier een eind aan te maken besloot Oostenrijk Servië te straffen.
Oostenrijk vroeg als eerst steun van Duitsland. Nadat Duitsland die steun had beloofd
verklaarde Oostenrijk op 28 juli Servië de oorlog.
Inmiddels had Rusland Servië steun beloofd. Toen Rusland zijn leger in beweging bracht,
verklaarde Duitsland Rusland de oorlog. En toen Rusland de bondgenoot Frankrijk
mobiliseerde, verklaarde Duitsland ook Frankrijk de oorlog. Dit was voor Groot-Brittannië
een reden om Duitsland de oorlog te verklaren. Vanaf dat moment vochten de geallieerden
tegen de centralen. Nederland was één van de weinige staten die neutraal bleef. Het
Ottomaanse rijk sloot zich aan bij de geallieerden en Italië bij de centralen. Toen de
Verenigde Staten zich in 1917 aansloten bij de geallieerden was het een echte wereldoorlog
geworden.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lizanvanderveen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.52. You're not tied to anything after your purchase.