Dit is een samenvatting van drugsfenomenen, enkel het deel psychofarmaca.
Deze samenvatting bevat de slides + veel notities = alles wat je moet kennen voor dit deel dus :))
Geschreven in studiejaar --> voor dit deel had ik 5/5!
DRUGSFENOMENEN – SV PARTIM VAN BOCXLAER (PSYCHOFARMACA)
INLEIDING
Psychofarmaca is een brede groep waar onder andere drugs onder vallen
Drugs, psychofarmaca, illegale drugs…
We worden er allemaal mee geconfronteerd …
o Fenomeen is niet meer weg te denken uit onze samenleving
o Er zit bovendien een stijgende lijn in
druggebruik
De stijgende lijn in druggebruik
o Elk jaar toename, sommige landen
exponentieel
o Iets recentere cijfers stellen dat beeld
bij
o Eerste trend tot 2000 is de oude trend:
maar nu een beetje een status quo aan
het komen en soms zelfs een klein
beetje een vermindering
Misschien wel plateau bereikt in
gebruiksfrequentie, zeker niet in soorten drugs!
Nog steeds veel de ‘klassieke drugs’
o The big five in de drugswereld: C, C, A, X, H
o Cocaïne, Cannabis, Amfetamine, XTC, Heroïne
o Welke vollumes gaan rond in de drugsmarkt groot deel marihuana en hasj (ferm voorbij de
helft)
o Grote aandacht voor de big five!
Explosie van nieuwe drugs, chemicaliën..
o Professionalisering syntheselabs
o Internet!!!
Belangrijke tabel, cijfers niet kennen!
o Cijfers over druggebruik, afhankelijkheid en
behandeling uit totaalpopulatie van 16 miljoen mensen
o Groot verschil tussen gebruikers en afhankelijke
gebruikers en degene die in behandeling zijn
o Tabak: aantal regelmatige gebruikens bijna even veel
als aantal afhankelijke gebruikers iedereen die
gebruikt is verslaafd 10% in behandeling (rookstop,
nicotinepleisters)
o Alcohol: zeer veel gebruikers, maar veel minder
verslavend dan tabak 8 à 10% in behandeling, aantal
mogelijkheden om die mensen te helpen daarmee
o Benzodiazepines (valium..), slaapmiddelen: geen illegale producten, worden ferm misbruikt
helft is verslaafd maar mensen in therapie is slechts minimaal
o Heroïne: bijna alle gebruikers afhankelijk zeer verslavend, maar je hebt heroïnegebruikers
die een perfect normaal leven leiden
,MAATSCHAPPELIJK: PRIMAIRE FOCUS?
Alcohol!!
o 14% dagelijkse gebruikers
o 6% overconsumptie (> 14 eenheden vrouwen 21 eenheden mannen)
15-24 jaar 6 glazen & binge drinken
55-65 jaar: 15,6% mannen > 21 eenheden – 9,2% vrouwen > 14 glazen
o Eerste focus is alcohol, dan tabak en dan pas illegale drugs
Tabak
EPIDEMIOLOGIE: ALGEMENE VASTSTELLINGEN
Prevalentie van middelenproblemen is hoog!
Gevolgen middelenproblemen massaal
Maar.. aantal echt verslaafden opvallend minder dan aantal gebruikers..
o Niet elke gebruiker is verslaafd
?? 6%
Kwetsbaarheid en/of protectieve factoren?
o Leeftijd en omstandigheden in jeugd / eerste leeftijd gebruik heeft grote invloed op of je
verslaafd wordt of niet
MIDDELENAFHANKELIJKHEID…
Eigenlijk slechts een deel van het probleem
Druggebruik, drugmisbruik, verslaving is MEER dan alleen het middel, de drug
Model ‘Zinberd’ M-M-M (3-M model)
o Middel – drug (drug is het middel, maar het is niet alles)
o Mens – set (factoren in het individu)
o Milieu – setting (factoren in fysieke en sociale omgeving) sociale omgeving, setting, speelt
allemaal mee in dat gecompliceerd verhaal
Verslavingsdeskundigen stellen vandaag zelfs dat 'verslaving' niets met het middel te maken heeft
o Middel zelf heeft er het minst mee te maken
o PS: middel kan ook activiteit zijn: gokken, gamen…
Dit luik vh opleidingsonderdeel: Het ‘middel’ .. drugs
Eigenlijk beter psychofarmaca
= (genees)middelen die op de psyche ingrijpen, kunnen drugs zijn, maar ook geneesmiddelen
DRUG GENEESMIDDEL ?
Terminologie eigenlijk 1 grote groep
Drugs
= producten die men zonder ernstige reden inneemt om zijn gevoelens, bewustzijn te veranderen en
waardoor men aan zijn persoon en/of aan de gemeenschap schade berokkent
Sommige geneesmiddelen al transfer gemaakt van geneesmiddel naar illegale drug
Randbemerkingen bij de definitie:
o Opiaatverslaafden wel met ernstige reden volgens hen
o Maar bedoeling is om onderscheid te maken tussen geneesmiddel die je gebruikt in
‘recreatieve setting’ of een middel die je echt nodig hebt
o Chronisch gebruikt brokkent schade aan de persoon en aan de gemeenschap
,INDELINGEN
Verschillende worden gebruikt..
Soft hard
Op basis van effect
1. PSYCHOLEPTICA (onderdrukken CZS)
o Tranquillizers (barbituraten, benzo’s)
o Opiaten
o Onderdrukken CZS (centraal zenuwstelsel: hersenen)
o Stoffen die we bespreken hebben alleen daar effect op, niet op het PZS
o Tranquillizers: benzodiazepines slaapmiddelen, valium werkingsmechanisme van valium
is CZS onderdrukken zodat prikkels zoals angst worden gedempt zodat je kan slapen (maar ze
oorzaken niet letterlijk slaap, gewoon prikkels dempen)
2. PSYCHOANALEPTICA (stimuleren)
o Cocaïne
o Amfetaminen
o Cafeïne
3. PSYCHODYSLEPTICA (verstoren CZS)
o LSD
o Cannabinoïden
o (XTC)
SINDS KORT
Opdeling in 3 grote groepen wordt in vraag gesteld! (stoffen met stimulerende werking, met
verdovende werking, met psychedelische werking)
T.g.v. de enorme toename aan NIEUWE PSYCHOACTIEVE STOFFEN (NPS)
Nieuw model afkomstig uit Engeland
= Het Drugwiel
7 categoriën (3 oude, 3 nieuwe, categorie dempende stoffen (psycholeptica) opgesplitst in 2 groepen)
, Stimulantia en hallicunogenen zijn gebleven
o PS: hallicunogenen is geen goede benaming
Dempende stoffen opgesplitst in opioïden (dus natuurlijk én synthetisch) en verdovende stoffen
Nieuw (+/-): empathogenen, dissociatieven, cannabinoïden
o Cannabinoïden zaten bij psychodysleptica en empathogenen ook
o Dissociatieven is opsplitsing van geestelijke bewustzijn en lichaam
Binnenring en buitenring: illegaal vs. legaal of voorschriftplichtig
Duidelijke aanwezigheid van de ‘acroniem’-stoffen (NPS)
o Acroniemstoffen: staan gekend onder een acroniem acroniem voor de volledige
chemische benaming omdat ze veel te lang zijn
Beetje een ongelukkige uitwerking van een goed idee
Vooral de naamgeving is ongelukkig:
o Verdovende stoffen: is een nietszeggende naam
o Hallucinogenen: zou beter psychedelica zijn
Ook “effecten-wiel” (vaak ook niet echt gelukkig gekozen)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller studentcrimi2. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.44. You're not tied to anything after your purchase.