Grondslagen Van Het Recht Voor Sociale Wetenschappers (201100073) (201100073)
Instelling
Universiteit Utrecht (UU)
Boek
Boom Juridische studieboeken - Grondslagen van het recht: Hoofdlijnen
Een overzichtelijke samenvatting van alle tentamenstof van het vak Grondslagen van het Recht voor Sociale Wetenschappers voor deeltoets A & B. Het bevat de opgegeven hoofdstukken van het boek 'Grondslagen van het recht: hoofdlijnen' en alle hoorcolleges. Ik heb zelf met deze samenvatting het tentam...
Grondslagen Van Het Recht Voor Sociale Wetenschappers (201100073) (201100073)
Alle documenten voor dit vak (1)
1
beoordeling
Door: charlotte09 • 1 maand geleden
Verkoper
Volgen
allersmadagmar
Ontvangen beoordelingen
Voorbeeld van de inhoud
Grondslagen van het recht voor sociale
wetenschappers
Inhoudsopgave
Grondslagen van het recht voor sociale wetenschappers............................................................................................. 1
Week 2....................................................................................................................................................................... 5
Hoofdstuk 4 & 6.............................................................................................................................................................5
HC2: Organisatie van de Staat – Technische aspecten van wetgeving..........................................................................6
Week 2...................................................................................................................................................................... 5
Hoofdstuk 4 & 6............................................................................................................................................................5
HC2: Organisatie van de Staat – Technische aspecten van wetgeving.........................................................................6
Week 1
Hoofdstuk 1 t/m 3
Functies van rechtsregels in dagelijks leven:
1. Verschaffen informatie over welke rechten en plichten wij en anderen hebben.
2. Hierdoor weten we hoe ons moeten gedragen en wat wij van anderen kunnen verwachten.
3. Stuurt en bepaald ons leven; vaak onbewust tot conflicten ontstaan.
Belangrijkste functies van de staat wetgeving, bestuur en rechtspraak.
Soorten rechtsregels
• Gedragsnormen, rechtsregels kunnen een gedraging gebieden, verbieden of toestaan. Voornamelijk te
vinden in strafrecht.
• Sanctienormen, geeft aan wat degene die zich niet aan de gedragsnormen houdt te wachten staat.
• Bevoegdheidsverlenende normen, geven staatsorganen een bepaalde macht. Het vastleggen hiervan
vermindert het risico van willekeur en aantasting van rechtszekerheid. Geldt verder bijv. ook voor de
voorschriften van werkgever tot werknemer.
2
, Ideale recht = het recht dat men wenst en nastrevenswaardig vindt. Bijv. ‘iedereen heeft recht op een vast
basisinkomen’ is niet vastgelegd in een rechtsregels dus is geen positief recht, zijn alleen rechtvaardig.
Positief recht = het recht dat in een gemeenschap door mensen vastgesteld of erkend is. Hebben gelding en
zijn verbindend en zijn dus rechtmatig. Het positieve recht kan voor iemand geheel of gedeeltelijk met het
ideale recht samenvallen.
Objectief recht = het geheel van alle Nederlandse rechtsregels (= the law).
Subjectief recht = heeft de betekenis van bevoegdheid of aanspraak, gaat vaak over iets ‘mogen’ (= your
rights). Bijv. het recht van de werknemer op zijn loon. Belangrijkste subjectieve rechten zijn de grondrechten.
Subjectieve rechten berusten op het objectieve recht.
Codificatie = alle rechtsregels op een rechtsgebied op een systematische wijze in een wetboek opnemen.
Klassiek is de indeling van het nationale recht in 3 gebieden: privaatrecht, staats- en bestuursrecht en
stafrecht. De laatste twee vormen samen het publieksrecht.
Privaatrecht = regels omtrent de juridische relaties tussen burgers. Betrokkenen zijn nevengeschikt aan elkaar;
sprake van een horizontale verhouding. Zaken komen terecht bij de burgerlijke rechter.
Publieksrecht = heeft betrekking op de verhoudingen tussen overheidsorganen en burgers. Overheid treedt op
ter behartiging van het algemeen belang en er is sprake van een gezagsrelatie (verticale verhouding). Zaken
komen via het bestuur terecht bij een bestuursrechter of via het OM bij een strafrechter.
Dwingend recht = regels waarvan betrokkenen niet mogen afwijken. Bijv. wie wettelijk gezien de ouder is.
Aanvullend recht = regels die gelden wanneer partijen niet zelf een regeling hebben getroffen. Hier mag van
afgeweken worden wanneer partijen dus wel zelf een regeling/overeenkomst treffen. Bijv. eigen
huurcontracten met je huisbaas.
Om te herkennen of een regel daadwerkelijk een rechtsregel is kun je kijken naar de aard van de regel (1),
naar het onderwerp van de regel (2) of naar de herkomst van de regel (3).
1. De aard van een rechtsregel verschilt niet veel van een sociale of morele regel. Deze zijn allen dwingend
van karakter en gelden voor iedereen. De aard van de regel bepaalt dus niet of het een rechtsregel is.
2. Soms overlapt de inhoud van sociale of morele regels met rechtsregels. Op grond van inhoud kan dus niet
gezegd worden of iets een rechtsregel is.
3. Uiteindelijk is iets pas een rechtsregel wanneer het afkomstig is van een bepaalde (juridische) instantie.
Een wet is een algemene regeling afkomstig van een daartoe bevoegd overheidsorgaan. Een jurisprudentie is
een rechterlijke beslissing die een nieuwe rechtsregel bevat. Een verschil hiertussen is dat rechterlijke
uitspraken alleen bindend zijn voor de partijen in dit concrete geval. De rechten en plichten van anderen
veranderen niet; het mist algemeenheid. Daarbij is de rechter ook niet bevoegd om rechtsregels vast te stellen.
Onder ongeschreven recht vallen rechtsregels die niet gevormd zijn door een wetgever en die ook niet door
andere juridische autoriteiten zijn voortgebracht. Kunnen onderscheiden worden in twee soorten:
• Gewoonterecht, is ontstaan in het dagelijkse leven doordat mensen vaste gedragspatronen ontwikkelen en
op den duur verwachten dat andere mensen zich zo gedragen. Dus niet opgelegd van bovenaf. Pas sprake
van gewoonterecht als er wordt voldaan aan de materiële voorwaarde en de intellectuele voorwaarde.
• Ongeschreven rechtsbeginsel, dat is een regel waarin een waarde is geformuleerd die als maatstaf
functioneert voor gedragingen. Bijv. gelijkheid, eerlijk en rechtvaardigheid.
HC1: Aard, functies en bronnen
Functies van het rechtssysteem:
3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper allersmadagmar. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor $5.43. Je zit daarna nergens aan vast.