Van De Vorstenbosch, J. & Van der Geest, L. (2022). Praktisch Omgevingsrecht.
Hoofdstuk 1
De fysieke leefomgeving omvat de omgeving waarin wij wonen, werken, recreëren en
reizen. Kortom, de omgeving waarin wij leven. Het bestaat uit natuurlijke leefomgeving en
gebouwde leefomgeving.
→ veiligheid en gezondheid spelen een centrale rol.
Om bijvoorbeeld luchtverontreiniging en geluidsoverlast te beperken wordt er gewerkt met
milieunormen. Dit zijn normen die de maximale uitstoot op het gebied van bodem, lucht,
water en geluid bepalen voor bijvoorbeeld bedrijven.
In de Omgevingswet staan veel regels over de fysieke leefomgeving.
Artikel 1.2 Ow - de fysieke leefomgeving omvat in ieder geval:
- bouwwerken
- infrastructuur
- water
- watersystemen
- bodem
- lucht
- landschappen
- natuur
- cultureel erfgoed
- werelderfgoed
In artikel 1:2 Awb is bepaald dat degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is
betrokken als belanghebbende wordt gezien. De vijf criteria voor derde-belanghebbenden:
1. Objectief bepaalbaar belang
2. Persoonlijk belang
3. Eigen belang
4. Rechtstreeks belang
5. Actueel belang
(OPERA-criteria)
Een toe te passen regel is vaak niet zomer in één wet te vinden, maar vindt zijn grondslag in
een combinatie van met elkaar samenhangende regelingen → gelede normstelling. Is af te
leiden uit bepalingen als ‘bij of krachtens AMvB’.
Wet in formele zin - door de regering en de Staten-Generaal (artikel 81 Gw).
Wet in materiële zin - een besluit van een daartoe bevoegd bestuursorgaan dat algemeen
verbindende voorschriften bevat.
AMvB - wet in materiële zin
Ministeriële regeling - door de minister vastgelegd.
1
, Van De Vorstenbosch, J. & Van der Geest, L. (2022). Praktisch Omgevingsrecht.
Onderwerpen in de Ow worden in beginsel op gemeentelijk niveau geregeld.
Een instructieregel is een bindende regel voor bestuursorganen over de uitvoering van
bepaalde taken of de inhoud van bepaalde te nemen besluiten.
Artikel 2.4 Ow bepaalt dat de gemeenteraad voor het gehele grondgebied van de gemeente
één omgevingsplan vaststelt waarin regels over de fysieke leefomgeving worden
opgenomen.
Hoofdstuk 2
Twee maatschappelijke doelen van de omgevingswet:
1. gericht op het in onderlinge samenhang bereiken en in stand houden van een veilige
en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit, ook vanwege de
intrinsieke waarde van de natuur, en
2. doelmatig beheren, gebruiken en ontwikkelen van de fysieke leefomgeving ter
vervulling van maatschappelijke behoeften.
→ Er moet rekening worden gehouden met duurzame ontwikkeling, de bewoonbaarheid van
het land en de bescherming en verbetering van het leefmilieu is een directe opdracht uit
artikel 21 Gw → sociaal grondrecht.
Een bestuursorgaan oefent zijn taken en bevoegdheden uit binnen de doelen van de wet.
Het houdt wel rekening met de betrokken belangen (artikel 2.1 Ow).
In artikel 2.9 Ow staat dat een bestuursorgaan bepaalde omgevingswaarden voor een
gebied vaststelt. Een omgevingswaarde is een norm die de gewenste kwaliteit van de
fysieke leefomgeving vastlegt. De norm ziet toe op de toelaatbare belasting door activiteiten
of uitstoot van bepaalde stoffen in een gebied.
→ Er kan een termijn worden vastgesteld waarin de verplichting voldaan moet zijn.
Het kan ook een belangrijke bijdrage leveren aan de beleidscyclus. Het
bestuursorgaan moet zich elke keer verantwoorden over het niet houden aan de
omgevingswaarden.
Specifieke beoordelingsregels worden uitgewerkt in een AMvB of in een ministeriële
regeling.
De Omgevingswet gaat uit van het subsidiariteitsbeginsel. De uitvoering gebeurt zo veel
mogelijk decentraal, op het laagst mogelijke bestuursniveau. De gemeente of
waterschappen doen dit en de provincie of het rijk doet het alleen als het van provinciaal of
nationaal belang is.
Het fundament van de Omgevingswet is het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Het DSO
is een online verzamelpunt waar alle digitale informatie over de fysieke leefomgeving
samenkomt. Het heeft drie doelstellingen:
1. elektronisch indienen van een aanvraag
a. voor bijvoorbeeld maatwerkvoorschriften
2. digitaal ontsluiten van informatie over regels en besluiten
3. ontsluiten van informatie en gegevens over de fysieke leefomgeving
2
, Van De Vorstenbosch, J. & Van der Geest, L. (2022). Praktisch Omgevingsrecht.
De opbouw van de Omgevingswet is gebaseerd op de beleidscyclus.
Beleidscyclus - bestuurskundig model dat verschillende processtappen doorloopt en waarin
beleid zich ontwikkelt. Vier fases van de beleidscyclus:
1. beleidsontwikkeling
2. beleidsdoorwerking
3. uitvoering
4. terugkoppeling
Het beleid wordt beschreven in de omgevingsvisie. De omgevingsvisie is een
samenhangende visie met strategische hoofdkeuzes van beleid voor de fysieke
leefomgeving voor de lange termijn.
Voor de doorwerking is het vaststellen van een programma een manier. Een programma is
een beleidsdocument waarin gemeenten, waterschappen, provincies en het Rijk
maatregelen formulieren die leiden tot de gewenste kwaliteit van de fysieke leefomgeving.
Vier soorten programma’s:
1. verplichte programma’s vanwege Europese richtlijnen
2. verplichte programma’s bij het overschrijden van een omgevingswaarde
3. een programmatische aanpak
4. vrijwillige programma’s
Er zijn vier AMvB’s die de Omgevingswet uitwerken. Deze worden ook wel uitvoeringsregels
genoemd:
1. Besluit kwaliteit leefomgeving (Bkl)
Het is bedoeld voor gemeenten, provincies en andere overheidsorganen. Het is gefocust op
de taken op het gebied van milieu. Het heeft betrekking op de fases van beleidsontwikkeling
en beleidsdoorwerking. Daarnaast bevat het regels voor instrumenten, zoals
omgevingsvergunningen en omgevingsplannen (instructieregels).
2. Besluit activiteiten leefomgeving (Bal)
Het is bedoeld voor inwoners, bedrijven en overheden die activiteiten uitvoeren. Het is
gefocust op de uitvoering en terugkoppeling van de beleidscyclus. Er zijn algemene regels,
maar het bevoegd gezag kan ook maatwerkregels opstellen.
3. Besluit bouwwerken leefomgeving (Bbl)
Regels over de veiligheid, duurzaamheid en bruikbaarheid van bouwwerken. Het is gericht
op de uitvoeringsfase. We spreken hier van een bepaalde zorgplicht voor het milieu.
4. Omgevingsbesluit
Het is bedoeld voor alle partijen die actief zijn in de fysieke leefomgeving.
De Omgevingsregeling is de ministeriële regeling bij de Omgevingswet. De
Omgevingsregeling bevat regels voor het gebruik van de Omgevingswet en de AMvB’s in de
praktijk. Deze regels bevatten zes thema’s:
1. de aanwijzing en geometrische begrenzing van locaties
2. regels voor het uitvoeren van activiteiten
3. gegevensverstrekking
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller AngelaaK. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.93. You're not tied to anything after your purchase.