100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Probleem 2 uitwerkingen Burgerlijk Procesrecht $3.85
Add to cart

Summary

Samenvatting Probleem 2 uitwerkingen Burgerlijk Procesrecht

 4 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Dit zijn uitwerkingen van Probleem 2 vak 3 Jaar 2 Burgerlijk Procesrecht

Preview 2 out of 13  pages

  • October 29, 2023
  • 13
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Probleem 2 Burgerlijk procesrecht
Leerdoelen:
1. Hoe verloopt de procedure in een dagvaardingsprocedure?
1a. Als verweerder niet verschijnt?
1b. Als verweerder wel verschijnt?
1c. In hoeverre verschillende procedures voor de rechtbank van die voor de kantonrechter?
2. Hoe verloopt de procedure in een verzoekschriftprocedure?

Hoofdstuk 1.4.2
KEI wetgeving
Was een wetgevingspakket strekkende tot digitalisering en vereenvoudiging/versnelling van de civiele procedure dat
uiteindelijk slechts gedeeltelijk succesvol is ingevoerd. De bepalingen moesten worden gezien als algemene
verbeteringen. Art 96 lid 2 Rv en 30p Rv (mondelinge uitspraak) is opgenomen en ook art 19 lid 2 Rv. Eerst werd het
bij de Hoge Raad in werking gezet (pilot). Maar naarmate daarna de pilots in rechtbanken vorderden, groeide onder
eer rechters en advocaten het inzicht dat men beter ‘ten halve kan keren’ dan ‘ten hele kan dwalen’. Uiteindelijk zijn
ze ermee gestopt, tot nu toe loopt het alleen nog bij de Hoge Raad, dat daar digitaal geprocedeerd kan worden.

Ondanks de nadelen waren er ook voordelen. Het gaat om wijzigingen uit de KEI die losstaan van digitalisering en die
de versterkte regiefunctie van de rechter en de uitgebreidere mogelijkheden op en rond de mondelinge behandeling
betreffen  art 87-90 Rv.
Met de algemene regeling voor de mondelinge behandeling verdwijnen de begrippen comparitie en comparitie na
antwoord. En maakt het pleidooi plaats voor het uitgangspunt dat de rechter – op verzoek van partijen – in alle
gevallen en in elke stand van het geding een mondelinge behandeling kan bevelen 87 lid 1 Rv. Als geen
mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden kunnen partijen aanspraak maken op een gelegenheid om alsnog hun
standpunt mondeling uiteen te zetten (lid 8).

Hoofdstuk 2.7 (Oral hearing).
Het recht op oral hearing, het recht dus op het geven van een mondelinge toelichting op de zaak ten overstaan van
de behandelende rechter, bestaat al sinds jaar en dag in de vorm van recht op pleidooi. In kort geding en de
verzoekschriftprocedure is de mondelinge behandeling de kern van de procedure.
In 2014 is de HR overgegaan tot erkenning van het recht op oral hearing als fundamenteel uit art 6 EVRM
voortvloeiend beginsel van procesrecht. Ook werd gebracht dat voor een doeltreffende invulling van het recht nodig
is dat rechters die bij de mondelinge behandeling aanwezig zijn ook het vonnis wijzen.


Leerdoel 1: Hoe verloopt een dagvaardingsprocedure?
Inschrijving op de rol
Vanaf de dag dat de deurwaarder de dagvaarding heeft uitgebracht is het geding aanhangig (art. 125 lid 1 Rv). Om de
procedure daadwerkelijk een aanvang te laten nemen – en de aanhangigheid in stand te houden – is het nodig dat de
zaak in de administratie van de rechtbank wordt opgenomen.
 Dat is de taak van de advocaat van de eiser. Hij zorgt ervoor dat het betekende exploot uiterlijk op de dag voor de
roldatum, waartegen de gedaagde is opgeroepen (dienende dag), ter griffie wordt ingediend om op de rol te worden
ingeschreven (art. 125 lid 2 en 4 Rv).

Is verzuimd het exploot tijdig in te dienen of kan de zaak niet op de rol worden ingeschreven omdat is gedagvaard
tegen een niet-bestaande rechtsdag – waardoor de aanhangigheid met terugwerkende kracht zou vervallen – dan
kan dit verzuim worden hersteld door binnen twee weken na de oorspronkelijk aangezegde roldatum een
herstelexploot uit te brengen, waarbij de gedaagde tegen een nieuwe roldatum wordt opgeroepen (art. 125 lid 5 Rv).
Bij niet-tijdige inschrijving door de eiser kan ook de gedaagde de zaak op de rol laten inschrijven.

De rol
= het register van de zaken die bij de rechtbank aanhangig zijn.
In dit register wordt genoteerd wat er op de roldatum is gebeurd en, als de zaak naar een volgende roldatum is
verwezen, naar welke datum en voor welke proceshandeling(en). Zolang actief wordt geprocedeerd, staat de zaak op
de continuatierol; zaken waarin dat niet (meer) gebeurt, worden naar de parkeerrol verwezen.
De wijze waarop via de rol wordt geprocedeerd is (in beginsel) bij alle rechtbanken gelijk.

Elektronisch berichtenverkeer

, Het berichtenverkeer in andere dan kantonzaken geschiedt in beginsel elektronisch (art. 33 lid 1 Rv). De op een
rolzitting genomen beslissingen worden aangetekend in het roljournaal, een voor advocaten toegankelijke weergave
op internet van de rol. De voorwaarden van betrouwbaarheid en vertrouwelijkheid waaraan dit rolberichtenverkeer
moet voldoen, zijn opgenomen in een op art. 33 Rv gebaseerd besluit.

Griffierecht eiser
Op de eerste roldatum wordt de eiser een griffierecht verschuldigd (art. 3 lid 3 Wet griffierechten burgerlijke zaken).
Het bedrag van deze bijdrage in de kosten van de rechtspraak hangt af van:
- De aard c.q. de hoogte van de vordering
- Of de eiser een rechtspersoon dan wel een natuurlijk persoon is
- Of die natuurlijke persoon onvermogend is

De heffing van griffierecht berust op de grond dat die heffing de eiser (of verzoeker) aanzet tot het maken van een
afweging tussen de hoogte van dit griffierecht en zijn belang bij de zaak.
Het griffierecht moet binnen vier weken na de eerste roldatum op de rekening van het gerecht zijn bijgeschreven
(art. 3 lid 3 Wet griffierechten burgerlijke zaken). Zolang houdt de rechter de zaak aan (art. 127a lid 1 Rv). Wordt
niet tijdig betaald, dan ontslaat de rechter de gedaagde van de instantie, Met veroordeling van eiser in de kosten (lid
2).
(Voordat deze sanctie wordt uitgesproken stelt de rechter hem nog in de gelegenheid om zich over het niet-tijdig
voldoen uit te laten, want er kan een misverstand zijn/een beroep worden gedaan op de hardheidsclausule (lid 2
slot). Rechter mag van de sanctie afzien (lid 3)

Voorbeeld hardheidsclausule: het geval dat de betaling wel tijdig is verricht, maar door een fout bij de griffie of een
computerstoring bij de bank van het gerecht of bij de griffie te laat op de juiste plek is aangekomen.
Op zich werd in zaken met verplichte procesvertegenwoordiging de advocaat geacht beter te weten. Toch achtte de
HR in dergelijk zaken het beroep op de hardheidsclausule gegrond. Daarbij speelde vooral een rol dat niet tijdige
betaling in hoger beroep en cassatie de weg naar de rechter definitief afsnijdt en dat deze zware sanctie niet de
rechtszekerheid beoogt te dienen, maar slechts het incassobelang van de Staat.

Leerdoel 1a en 1b
Griffierecht gedaagde
Bij verschijnen van de gedaagde in de procedure is hij een griffierecht verschuldigd (art. 3 lid 3 Wet griffierechten
burgerlijke zaken). Het bedrag van deze bijdrage in de kosten van de rechtspraak hangt af van de aard c.q. de hoogte
van de vordering of de gedaagde een rechtspersoon dan wel een natuurlijk persoon is en of die natuurlijke persoon
onvermogend is.
Dit griffierecht moet zijn betaald binnen vier weken na de roldatum waarop hij is verschenen. Zolang houdt de
rechter de zaak aan (art. 128 lid 2 Rv). Als de gedaagde het griffierecht niet tijdig heeft voldaan, beslist de rechter, na
hem de gelegenheid te hebben gegeven een mogelijk misverstand op te helderen of een beroep te doen op de
hardheidsclausule, alsof de gedaagde niet was verschenen (art. 128 lid 6 Rv).

Niet-verschijning van de gedaagde
AIs de gedaagde niet is verschenen - hij heeft geen advocaat ingesteld of hij heeft het verschuldigde griffierecht niet
betaald - dan gaat de rechter na of de dagvaarding aan de te stellen eisen voldoet en met inachtneming van de
betreffende voorschriften is uitgebracht.
In het bevestigende geval verleent hij verstek tegen de niet verschenen gedaagde (procedure wordt buiten diens
aanwezigheid voortgezet) en zal hij de vordering van de eiser toewijzen, tenzij deze de rechter onrechtmatig of
ongegrond voorkomt (art. 139 Rv jo. 142 Rv). Tegen dit vonnis kan de gedaagde verzet instellen.

De conclusiewisseling
Is de gedaagde in rechte verschenen dan neemt daarmee het op tegenspraak gevoerde geding (contradictore) een
aanvang. Eerst krijgt de gedaagde de gelegenheid bij schriftelijke conclusie op de dagvaarding te reageren (art. 128
lid 2 Rv). Een conclusie bevat de standpuntbepalingen van de betreffende procespartij, diens feitelijke en juridische
stellingen, zonodig met betwisting en weerlegging van die van de wederpartij.

Een incident
Voordat (inhoudelijk) is geantwoord, wordt soms binnen de procedure nog weer een aparte procedure gevoerd,
meestal door de gedaagde, bij met redenen omklede conclusie, maar een enkele maal ook door de eiser of een derde
(art. 208 Rv)  incident. Het kan gaan om kwesties die slechts zijdelings met het materiële recht te maken hebben:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller chlvdziel. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.85. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

48756 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$3.85
  • (0)
Add to cart
Added