100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting - Orthopedagogiek: leerstoornissen (POL40B) $6.96
Add to cart

Summary

Samenvatting - Orthopedagogiek: leerstoornissen (POL40B)

 16 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Samenvatting van de powerpoints en lessen orthopedagogiek: leerstoornissen.

Preview 4 out of 68  pages

  • October 30, 2023
  • 68
  • 2022/2023
  • Summary
avatar-seller
Orthopedagogiek -
leerstoornissen
Leerprobleem versus leerstoornis
 Omschrijving van een leerprobleem

= problemen die personen ondervinden bij het leren van cognitieve schoolse vaardigheden

 Lezen

 Spellen

 Rekenen

 Leerstoornis= andere manier om leerproblemen in te delen, namelijk op basis van de
vermoedelijke oorzaken ervan.

Primaire leerproblemen Secundaire leerproblemen
= specifieke leerproblemen = het gevolg va, = gevolg van omstandigheden buiten het leren
tamelijk geïsoleerde problemen die zich van die vaardigheden zelf. Kunnen gelegen zijn
manifesteren in het leren van schoolse in de omgeving van het kind of in een ander
vaardigheden, zonder dat andere gebieden van probleem van het kind.
de ontwikkeling vertraagd hoeven te zijn.


ADHD, dyspraxie, dysfasie, … zijn dus geen leerproblemen/-stoornissen.

In je leven leer je van alles. Bij leerproblemen beperken we ons wat we op school leren. Hierbinnen
enkel over de cognitieve vaardigheden (geen muziek en sport). Basisvakken/vaardigheden: lezen,
spellen en rekenen.

Opmerking: leerproblemen zijn geen gedragsproblemen/stoornissen, motorische problemen

Dysfasie: stoornis in het mondelinge




1

,Zone van naaste ontwikkeling – Vygotsky

Niet alleen naar individu kijken! Aanbod/omgeving mee in beeld brengen! Zowel huidige omgeving
als geschiedenis van omgeving/aanbod.

Enge leeromgeving: klas, school, leerkracht, gebruikte methode; Brede leeromgeving: thuismilieu.

Algemene mogelijkheden en beperkingen: gezichtsvermogen helpt bij heel veel vormen van leren,
intelligentie helpt bij veel vormen van leren

Specifieke mogelijkheden en beperkingen: fonologische vaardigheden, werkgeheugen, getalbegrip

Leerstoornis = leerproblemen die specifieke oorzaak hebben gelegen binnen individu.

Primair en secundair geen indicatie van belang of ernst!!

Om tot leren te komen bepaalde voorwaarden nodig. Eenderzijds in de omgeving,
stimulerend/uitdagend. Anderzijds moeten er bepaalde voorwaarde voldaan zijn in de person zelf.

Omgeving opgesplitst in brede (alles wat verderaf zit in de context bv. Thuismilieu of maatschappij en
cultuur zoals meisjes in Afghanistan) en enge (de plek waarin je iets in wilt of moet aanleren bv. De
schoolomgeving (klas, leerkracht, leermethode). Dit moet goed zitten om tot leren te komen.
Daarnaast ook match met de individu. Voorwaarden in individu een tweedeling: algemene
mogelijkheden en beperkingen (talenten en vaardigheden die van belang zijn voor vele voorwaarden
om te leren bv. Goed kunnen zien, horen en een bepaald niveau van intelligentie) en specifieke
mogelijkeden en beperkingen (kunnen van invloed zijn op één aspect van leren)-> daar gaan we op in
in de komende colleges = leerstoornis= primaire leerproblemen.


2

,Criteria ter definitie van leerstoornis
Huidige benadering:

Combinatie van 3 criteria:

 Achterstandscriterium
 Hardnekkigheidscriterium
 Exclusiviteitscriterium

Op dit moment criteria die gehanteerd worden om te spreken over leerstoornis: Combinatie van 3
criteria: Alle 3 vervuld om label te krijgen

Achterstandscriterium (specificiteitscriterium):
Achterstandscriterium: Er is een probleem, een achterstand, iets dat niet gemiddeld is, je loopt
achter. Belangrijk om aan te geven waar je achter zit. Je zit achter op een specifieke schoolse of
cognitieve vaardigheid. Lezen, spellen of rekenen. Om dit objectief vast te stellen zijn er afspraken.

Er zijn duidelijke problemen bij het verwerven van een specifieke schoolse of cognitieve vaardigheid

• adequate vergelijkingsgroep: leeftijd en scholing

• probleem van de cut-off

score < pc / / 16

z-score < -2 / -1.5 / -1

Genormeerde toets afnemen: alle lln zelfde leeftijd, zelfde leestoets afnemen en kijken waar die lln
zich situeert.

Zoeken naar een objectivering

Wanneer vinden we het echt zwak? Verschillende auteurs leggen de cut-off op een andere plek (geen
duidelijkheid wanneer het kind nu echt zwak is)

Percentiel= jouw niveau van vaardigheid, binnen een rangschikking van honderd personen

Wanneer slecht? Auteurs verschillen van mening. De heel strenge de 3% zwakste, doorgaans gekozen
voor percentiel 10

Z-score: ook hier discussie: minimaal zitscore van -1, meestal gekozen voor -1,5, heel streng -2

Wij houden het op beschrijvend niveau een genormeerde test afnemen op de schoolse vaardigheden
omdat de theorievorming (verklaringen) nog niet geland is.



• Beschrijvend (de schoolse vaardigheid)

= ernstige achterstand bij de automatisering van specifieke basisvaardigheden: lezen /
spellen / rekenen

 Verklarend (de cognitieve vaardigheid)
= er zijn problemen met de specifieke cognitieve vaardigheid die als oorzaak wordt
verondersteld

3

, bv. fonologische vaardigheid bij dyslexie
(Fonologie: verwerking van spraakklanken door de hersenen.)
bv. hoeveelheidrepresentatie bij dyscalculie
(Hoeveelheidrepresentatie: een hoeveelheid herkennen door de hersenen)



Hardnekkigheidscriterium:
De problemen blijven bestaan ook wanneer voorzien wordt in adequate remediërende instructie en
oefening

 “Respons op Instructie” (RTI) modellen
o Vereist een adequate en systematische aanpak: van basisdidactiek, over
differentiatie, tot en met individuele leerhulp
o Vereist meerdere betrouwbare metingen
RTI: waarbij je 2 metingen nodig hebt eerst en ook na remediëring en zo bekijken of je een
verschil ziet. Voorwaarde Klasleerkracht moet opmerken dat er verschil is tussen leerlingen!

 Wanneer is een probleem onvoldoende vooruitgegaan?
o Als er geen sprake is van een duidelijke inhaalbeweging
Kind zal wel ergens vooruitgang, bij hardnekkigheid kijken of extra remediëring zorgt
voor een inhaalbeweging.
o Momenteel is er nog geen kwantitatief criterium

Grafiek uit LVS: evolutie van
leerling M1lj tot E3lj

Groene balk gemiddelde

Streepjes ondergrens van de
echt goeie en zwakke
leerlingen.

Kind1: onderste lijn ->
stagneert

Kind 2: middelste lijn -> gaat
vooruit, geen inhaalbeweging

Kind 3: bovenste lijn ->
inhaalbeweging: stijgt het
meeste, scoort eerst bij
zwakste en dan bij de bijna
gemiddelde

Inhaalbeweging altijd relatief.




4

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anne-catherinebruynbroeck. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $6.96. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

50064 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$6.96
  • (0)
Add to cart
Added