Samenvatting voor de IP8 toets, met samenvatting van de theoretische achtergrond, het onderzoek en de behandeling en de behandeleffecten voor de betreffende casus.
Meneer heeft last van zijn linker schouder. Hij weet niet waar dit van komt, en
weet alleen dat hij er zo snel mogelijk van af wil. Hij is bij de huisarts geweest en
die heeft hem doorverwezen.
Impingement
Impingement is een klinische diagnose. De patiënt is meestal tussen 40 en 60 jaar oud en klaagt over
pijn in de schouder ter hoogte van de deltoideusregio. De pijn neemt toe bij gebruik van de hand
boven schouderniveau en ook ’s nachts is er meer pijn. Door de pijn zijn er functionele beperkingen.
Bij inspectie is de schouder niet afwijkend en bij palpatie is er drukpijn onder de voorpunt van het
acromion. Het acromioclaviculaire gewricht en de bicepspees ter hoogte van de groeve kunnen ook
pijnlijk zijn wanneer ze bij het proces zijn betrokken. Bij het zijwaarts heffen van de arm is het
scapulohumerale ritme verstoord en wordt de pijn vooral aangegeven in het traject van 60-120°
(painful arc). Wanneer bij maximale elevatie de schouder nog iets verder in elevatie wordt gedrukt,
ontstaat de schouderpijn (impingementteken). Met de arm in exorotatie wordt de abductiebeweging
gemakkelijker uitgevoerd (hierbij draait het tuberculum majus weg van het acromion). Infiltratie van
de bursa subacromialis met een anestheticum bevestigt de diagnose omdat de pijn dan verdwijnt en de
beweging wel kan worden uitgevoerd.
Bij lang bestaande klachten is er atrofie van de spieren van de rotatorenmanchet (zichtbaar bij de
scapulacontour) en een verminderde kracht van de abductie en exorotatie. Bij het röntgenonderzoek
ziet men meestal geen afwijkingen aan het bot van het glenohumerale gewricht of het acromion. Zijn
er afwijkingen zoals sclerose aan de onderzijde van het acromion, degeneratieve cysten ter hoogte van
het tuberculum majus, osteofyten aan de voorpunt van het acromion of grote osteofyten aan de
onderzijde van het acromioclaviculaire gewricht, dan betreft het meestal een lang bestaand
impingement waarbij een partiële of totale verscheuring van de rotatorenmanchet kan zijn ontstaan.
Het impingementsyndroom (inklemmingssyndroom) is de mechanische beschadiging van de
schoudertop (acromion), de humeruskop (kop van het opperarmbeen) en de tussenliggende weke
delen.
Dit kan zijn oorzaak vinden in een te nauwe ruimte onder het schouderdak. Soms is die vernauwing
aangeboren, soms ontstaat het door aangroei van bot. Vooral bepaalde sporten en beroepen waarbij de
schouder vaak hoog wordt geheven kunnen een extra overbelasting van de schouderstructuren geven.
, Een tweede reactie bij een irritatie kan zijn het optreden van verkalkingen. Door continue kleine
beschadigingen in de slijmbeurs of de pees ontstaan verkalkingen. Deze hebben de consistentie van
tandpasta, zijn dus niet hard, zoals we dat bij kalk zouden denken. Indien de slijmbeurs geirriteerd
raakt, zal deze ook nog verdikken. De krappe ruimte zal nu alleen nog maar kleiner worden. We zullen
nu bij alle bewegingen een inklemmen van de slijmbeurs en pezen krijgen.
Belangrijkste klachten zijn pijn en bewegingsbeperking. Vaak is de aanleiding een simpele
overbelasting.
Specifieke provocatietesten voor impingement
Neer test De Hawkinstest
Painfull Arc Jobe Test of Empty Can Test
Synoviaal gewricht:
In een synoviaal gewricht zijn de tegenover elkaar liggende uiteinden van de botten in een kapsel
ingesloten. Het gewrichtskapsel is helemaal gevuld met een slijmerige substantie die synovia of
synoviale vloeistof heet, ook wel gewrichtssmeer genoemd. Aan de binnenkant is het gewrichtskapsel
bekleed met het zogenaamde synoviale membraan. De uiteinden van de botten zijn bedekt met een
gladde laag van een zeer taaie substantie, het kraakbeen. Het kraakbeenweefsel wordt uitsluitend door
de synoviale vloeistof onderhouden. De synovia wordt door het synoviaal membraan geproduceerd.
Voor de optimale verdeling ervan in het gewricht is voldoende beweging nodig. Een goede
voedingssituatie van het kraakbeenweefsel verzekert toereikende elasticiteit en weerstandsvermogen
tegen wrijving en slijtage.
Wat zijn de functies van de synoviale vloeistof?
Ze houdt de weefsels op afstand en beschermt de oppervlaktes van het kraakbeen tegen slijtage door
wrijving. Ze fungeert als schokdemper en beschermt daardoor het kraakbeen tegen slijtage. Ze smeert
het gewricht en bevordert de vrije en gemakkelijke beweging ervan. Ze werkt als een filter die
voedingsstoffen voor het lichaam doorlaat maar schadelijke cellen en substanties tegenhoudt.
Het belangrijkste bestanddeel van synoviale vloeistof heet hyaluronzuur. Dit hyaluronzuur zorgt
ervoor dat de synoviale vloeistof fungeert als beschermer, schokdemper, smeermiddel en filter.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Ingebol. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.