100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Oefententamen BEP $7.40
Add to cart

Exam (elaborations)

Oefententamen BEP

1 review
 24 views  1 purchase
  • Course
  • Institution

60 vragen (A,B,C,D). de antwoorden staan steeds op het volgende blad. er kwamen super veel vragen van deze oefentoets in het tentamen!! dit tentamen heeft me echt naar een hoger cijfer gebracht.

Preview 2 out of 13  pages

  • November 1, 2023
  • 13
  • 2023/2024
  • Exam (elaborations)
  • Questions & answers

1  review

review-writer-avatar

By: gavcmaxhof • 6 months ago

avatar-seller
1. Het energieverbruik bij een matig actieve volwassen man bedraagt per dag…
a. minder dan 1000 Kcal (ca. 4000 kJ)
b. tussen 1000 en 2000 Kcal (ca. 4000 - 12000 kJ)
c. tussen 2000 en 3000 Kcal (ca. 12000 - 20000 kJ)
d. meer dan 3000 Kcal (ca. 20000 kJ

2. Uit welke voorraad wordt de grootste hoeveelheid energie gehaald tijdens een vrije oefening turnen
die 1,5 minuut duurt?
a. Glucosevoorraad
b. ATP-voorraad
c. Vetvoorraad
d. Vetzurenvoorraad (FFA’s)

3. Vet levert meer energie per molecuul dan koolhydraten. Waarom wordt vet bij zware inspanning (toch)
niet als brandstof gebruikt?
a. Vet wordt alleen afgebroken onder aërobe omstandigheden
b. Het afbreken van vet kost relatief veel tijd
c. Het afbreken van een molecuul vet kost meer zuurstof dan het afbreken van een molecuul
koolhydraat
d. Alle antwoorden zijn juist

4. Hiernaast zie je een kopie van de achterzijde van een pak roomboterkrakelingen.
Hoeveel energie wordt gehaald uit de koolhydraten (per 100 gram roomboterkrakeling)?
a. 60 kcal
b. 85 kcal
c. 240 kcal
d. 500 kcal

5. Wanneer gebruikt de mens de anaërobe energievoorziening?
a. Altijd voor de aërobe energievoorziening
b. Als het zuurstofsysteem de vraag naar energie (nog) niet aan kan.
c. Als de aërobe energievoorziening geen brandstoffen meer beschikbaar heeft
d. Als het creatinefosfaatsysteem (nog) niet voldoende energie kan leveren

6. Welke functie heeft ATP?
a. Opladen van energierijke fosfaten, zodat die gebruikt kunnen worden bij celprocessen.
b. Leveren van energie voor celprocessen, waaronder de spiercel.
c. Vervoeren van H+ naar de elektronentransportketen.
d. Het splitsen van creatinefosfaat.

7. De energie bij één werpbeweging van 0,5 seconde wordt geleverd door….
a. de voorraad ATP in de spiercel
b. aërobe verbranding van glucose
c. anaërobe verbranding van glucose
d. afbraak van CP (creatinefosfaat)

8. Wat is de functie van creatinekinase?
a. Vormen van ATP met behulp van energie uit het creatinefosfaatsysteem
b. Vormen van creatinefosfaat uit creatine, fosfaat en energie uit ATP
c. In het bloed opnemen van creatine uit de darmen
d. Het versneld afbreken van creatinefosfaat tot creatine, fosfaat en energie

, 1. C
2. A
3. D
4. A
5. A
6. A
7. D
8. D


9. Waar speelt de glycolyse zich af?
a. In een myofibril
b. In het sarcoplasma
c. In de mitochondriën
d. In het bloed

10.
Welke onderdelen spelen een rol wanneer glucose in het zuurstofsysteem wordt afgebroken?

Krebs of citroenzuur- Elektronentransport/
Lipolyse cyclus Anaërobe glycolyse Aërobe glycolyse ademhalingsketen
a. ja ja ja nee nee
b. nee ja nee ja ja
c. nee ja nee ja ja
d. ja nee ja ja nee


11. In welke onderdelen van de glucoseverbranding ontstaat CO 2?
a. Anaërobe glycolyse en elektronentransport
b. Krebscyclus en elektronentransport
c. Omzetting van pyrodruivezuur naar acetyl coenzym A en elektronentransport
d. Omzetting van pyrodruivezuur naar acetyl coenzym A en Krebscyclus


12. Welk stof komt voor in de anaërobe energievoorziening? Deze zat in mijn tentamen
a. FFA
b. Acetyl coenzym A
c. H+
d. NAD/FAD


13. Wat gebeurt hoofdzakelijk in het elektronentransportsysteem?
a. H+ wordt gebufferd in bloed; met O2 wordt water gevormd; energie voor productie van minimaal 2 of 3
ATP
b. H+ wordt gesplist in elektronen en protonen; met O 2 wordt water gevormd; energie voor minimaal 34
ATP
c. Water wordt gebruikt voor productie van ATP; CO2 wordt in het bloed opgenomen; energie voor
precies 34 ATP
d. CO2 wordt in aanwezigheid van O2 gevormd; daarbij energie vrij voor productie van 129 ATP


14. ß-(bèta)oxidatie is de … deze wordt ook gevraagd!!
a. aërobe verbranding van vrije vetzuren
b. anaërobe verbranding van vrije vetzuren
c. anaërobe verbranding van acetyl coenzym A
d. aërobe verbranding van acetyl coenzym A

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller BestePMTer. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.40. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

49051 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$7.40  1x  sold
  • (1)
Add to cart
Added