Maatstaf van heffing (1)
Voorwaarde om aan heffing van omzetbelasting toe te komen, is dat er gepresteerd wordt
onder bezwarende titel. Zie art. 1 OB
Tolsma: orgeldraaier die met zijn bakje op straat staat om geld op te halen. Is hij btw
verschuldigd over de vergoeding die hij ontvangt voor het maken van muziek op straat? De
Belastingdienst vond dat daar rechtstreeks verband tussen bestond en dus dat hij btw
verschuldigd was over de ontvangen vergoedingen. Het Hof zei uiteindelijk dat er geen
sprake was van een bezwarende titel, want er is geen rechtsbetrekking tot stand gekomen
tussen Tolsma en de mensen die hem wat geven.
Er is wel een rechtsbetrekking nodig om te kunnen constateren dat er sprake is van onder
bezwarende titel. Onder bezwarende titel houdt ook in dat er een rechtstreeks verband
moet zijn tussen de prestatie en de vergoeding.
Spot the ball: je betaalt als deelnemer aan een spelletje. Je krijgt een kraslot waarop een
plaatje staat van een voetballer op het moment dat hij scoort. Je moet het vakje wegkrassen
waar achter de bal zit. De organisatoren zeiden dat de prijs een soort ereschuld is, de
mensen kunnen deze niet afdwingen en daarom is er geen bedongen vergoeding en daarom
blijft de prestatie buiten de heffing van de omzetbelasting. Het Hof zegt dat dit niet het geval
is. Volgens het Hof is er een rechtstreeks verband tussen de betaling die men doet voor het
kraslot en het kunnen meedoen aan het spel. Daarmee is de vergoeding bedongen.
De maatstaf van heffing vinden we in art. 8 OB. Het gaat hier om een subjectief
bedrag/begrip. Het gaat om de vergoeding, het maakt niet uit of die meer of minder waard
is dan de prestatie die daarvoor wordt verricht. Het gaat om het totale bedrag. Hier zie je
een verschil met de Btw-richtlijn. In de OB staat namelijk dat het moet gaan om het bedrag
dat in rekening wordt gebracht, terwijl in de richtlijn staat dat het gaat om het bedrag wat
hij ontvangt of moet ontvangen. Hier zit een verschil tussen, want wat als hij meer ontvangt
dan hij in rekening had gebracht? Dit zie je ook terugkomen bij de fooien. Dan ben je vaak
bereid om meer te betalen dan het bedrag dat op de rekening staat. Dus het bedrag wat op
de rekening staat, komt niet meer overeen met het bedrag wat wordt ontvangen.
Maatstaf van heffing (2)
Bij fooien is op zichzelf wel een rechtstreeks verband, want een fooi die betaal je voor de
service. Je bent namelijk bereid geweest om meer te betalen voor wat aan jou geleverd is. Er
is dus een rechtstreeks verband, maar het is niet een bedongen vergoeding. Je kunt er
namelijk ook voor kiezen om geen fooi te geven. De Hoge Raad heeft gezegd dat fooien
buiten de maatstaf van heffing blijven. Een fooi is dus geen onderdeel van de vergoeding.
Het is ook nog mogelijk dat er minder wordt ontvangen dat hetgeen in rekening wordt
gebracht. Maar dat maakt niet dat de vergoeding minder wordt. Als ondernemer heb je een
factuur waarop het bedrag staat, dat is het bedrag waarover je btw moet voldoen en dat is
je maatstaf van heffing. Maar er is een correctiemechanisme, zie art. 29 OB. De factuur moet
, dan worden aangepast en de ondernemer kan dan de reeds voldane btw ook weer
terugvragen.
Maatstaf van heffing (3)
Naturally Yours: het gaat over make up-party’s. Naturally Yours maakt gebruik van beauty
consultants en deze moeten gastvrouwen zien over te halen om een feestje te organiseren
voor de vriendinnen. Tijdens zo’n feestje moeten dan zoveel mogelijk producten worden
verkocht. Als dat lukt, kunnen de beauty consultants een pot crème kopen voor maar 1/10 e
van de prijs van wat het normaal is. Wat is nou de maatstaf van heffing? Er wordt een pot
crème geleverd en ze ontvangen er maar 1,50 voor. Is dat ook de maatstaf van heffing? Is
dat de vergoeding die wordt ontvangen?
Volgens het Hof wordt de vergoeding gedeeltelijk in natura ontvangen. Het is gedeeltelijk
betaald in de vorm van het overhalen van de gastvrouwen om zo’n thuisparty te
organiseren. De vergoeding kan dus in geld worden betaald, maar ook in natura. Hier zien
we een combinatie en dan moet je gaan kijken wat er wordt ontvangen door Naturally
Yours. Dat is zowel die 1,50 als die extra prestatie in de vorm van het overhalen van de
gastvrouwen om zo’n thuisparty te organiseren. Hier moet een waarde aan gekoppeld. Bij
een ruil is dat een lastig vraagstuk. Volgens het Hof moet je dan gaan kijken naar het verschil
wat normaal betaald zou worden (ruim 10 pond) en het bedrag wat in dit geval wordt
betaald. Het verschil ertussen is de waarde die je nog kunt toekennen aan de vergoeding in
natura die door de beauty consultant aan Naturally Yours wordt betaald.
Maatstaf van heffing (4)
Empire Stores: het gaat om ECI-winkelketens. Het idee is dat als je een nieuw lid aanbrengt,
dat je dan een geschenk krijgt. Wat is de vergoeding die Empire Stores daarvoor ontvangt?
In geld ontvangen ze geen vergoeding. Maar in natura ontvangen ze wel een vergoeding,
namelijk het aanbrengen van een nieuw lid. Dit is als een vergoeding te beschouwen in
natura. Hoe waardeer je dat? Kijk naar de inkoopprijs van het gratis geschenk. Daarover is
Empire Stores btw verschuldigd.
Maatstaf van heffing (5)
Bertelsmann: ook een ECI-achtige zaak. Het gratis geschenk wat je kon krijgen, is een fiets.
De fiets werd dan naar jou toegezonden. Bertelsmann had wel btw over de inkoopprijs
voldaan, maar over de verzendkosten ontstond discussie. Zijn de verzendkosten onderdeel
van de maatstaf van heffing? Hof: de waardering van het aanbrengen van een lid, dat is de
totale inkoopprijs die de ondernemer zou moeten rekenen, dat is de maatstaf van heffing.
Verschuldigdheid
Moment van verschuldigdheid
Wanneer is een ondernemer die een prestatie verricht en er dus een vergoeding voor
ontvangt, wanneer ontstaat de verschuldigdheid voor de ondernemer? Zie art. 13 OB: op het
moment dat je een factuur uitreikt. De factuur is dus een belangrijk document in de
omzetbelastingwetgeving. Artikelen over de factuur: art. 35 OB e.v.
Kun je die verschuldigdheid als ondernemer manipuleren door bijvoorbeeld te wachten met
het uitreiken van de factuur? Nee. Als je de factuur al had moeten uitreiken en je hebt het
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller daan123tjuh. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.