100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Medische basiskennis - (MSP-0-MET-19) - Master Speltherapie CHE $9.59
Add to cart

Summary

Samenvatting Medische basiskennis - (MSP-0-MET-19) - Master Speltherapie CHE

 35 views  4 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit is een overzicht van oefentoetsvragen, inclusief uitleg vanuit het boek van Frans Verstappen. De hoofdstukken die hierin behandeld worden zijn hoofdstuk 1 t/m 6 en 9 t/m 19

Preview 4 out of 75  pages

  • No
  • 1 t/m 6, 9 t/m 19
  • November 2, 2023
  • 75
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
Toelichting toetsvragen

01. Celbiologie

1. Een orgaan bestaat uit één type cellen - Onwaar
Witte bloedcellen maken ziekteverwekkers onschadelijk en ruimen het beschadigde weefsel
op. Zogeheten stamcellen gaan zich delen en de dochtercellen ontwikkelen zich vervolgens
tot de gespecialiseerde cellen van het betreffende orgaan.

2. Veroudering gaat gepaard met een verminderde capaciteit van organen - Waar
Na zijn 20e jaar treedt het proces van veroudering in en gaat de capaciteit van het lichaam
geleidelijk achteruit. Op den duur laten een of meerdere organen het steeds verder afweten,
doorgaans ten gevolge van een aandoening.

3. Het streven naar het constant houden van de omgeving van de cel wordt
homeostase genoemd - Waar
Een cel kan alleen overleven als de omgeving voldoet aan de voorwaarden voor onderlinge
interactie. Daartoe moet de waterige omgeving van de cel vrij constant van samenstelling
zijn, waarin alle benodigde stoffen aanwezig zijn. Dit verschijnsel van een vrij constant
milieu rond de cellen wordt homeostase genoemd.

4. De bloedsomloop zorgt voor de verbinding tussen de lichaamscellen en de
buitenwereld - Waar
De bloedsomloop heeft vertakkingen in alle organen. In de longen neemt het bloed zuurstof
op en geeft het koolstofdioxide af. In de darmen neemt het bloed voedingsstoffen op en in
de nieren verwijdert het afvalstoffen. Een meercellig organisme beschikt dus over organen
met gespecialiseerde functies voor de uitwisseling van stoffen met de buitenwereld.

5. Stofwisseling is het wezenlijke kenmerk van een levend organisme - Waar
Een cel leeft. Een organisme ‘doet’ iets en dood materiaal doet dat niet. Een organisme leeft
uit zichzelf, houdt zichzelf in stand. Een organisme heeft stofwisseling als autonome
eigenschap.

6. In de cel vinden verbrandingsprocessen plaats, waarbij voedingsstoffen worden
afgebroken en zuurstof wordt verbruikt - Waar
De in chemische verbindingen opgeslagen energie gebruikt de dierlijke cel om zijn eigen
stoffen te maken. Die energie wordt vrijgemaakt door suikers en vetten af te breken met
zuurstof (het proces van verbranding).

7. Cellen hebben voor hun talloze chemische reacties energie nodig. Waar is deze
energie van afkomstig? (twee antwoorden goed)
(a) Deze energie is een product van een chemisch proces, waarbij zuurstof wordt verbruikt
en kooldioxide (koolzuur) vrijkomt.
(d) Het chemische proces, waar energie bij vrijkomt, vindt plaats in de mitochondriën.

, 8. Glucose is het enige suikermolecuul dat door de cel gebruikt kan worden voor de
energielevering - Waar
De meest voorkomende bouwsteen van suiker is glucose. De cellen van het menselijk
lichaam kunnen uitsluitend het molecuul glucose gebruiken voor de energielevering.

9. De opslag van overtollige energie uit voedingsstoffen vindt plaats in vet - Waar
Het lichaam conserveert elke gram voedingsstof die gegeten wordt. Er wordt dus niets
weggegooid. Het overschot aan energie bij overconsumptie van voedsel wordt dus
opgeslagen. De enige opslagvorm van overtollige energie is vet. Die van suiker is beperkt
tot ongeveer 500 gram glycogeen en de opslag van een extra voorraad eiwitten is helemaal
niet mogelijk.

10. Vet speelt een centrale rol in het proces van atherosclerose (aderverkalking) - Waar
Vet wordt geassocieerd met atherosclerose = neerslag van vet en afzetting van kalk in de
wand van slagaders. Atherosclerose leidt namelijk tot verstopping van bloedvaten en
verzwakking van de vaatwand.

11. Cholesterol is belangrijk als bouwsteen voor steroïde vetten, die de basisstructuur
vormen van sommige hormonen - Waar
De bouwsteen van steroïde vetten is cholesterol, de stof die berucht is vanwege zijn
hoofdrol in het proces van atherosclerose. Verder hebben steroïden belangrijke
hormoonfuncties, zoals die voor het ontwikkelen van het geslacht, voor het
ontstekingsproces en voor de suiker- en zouthuishouding van het lichaam.

12. Elke lichaamscel bevat dezelfde genen, maar niet alle genen zijn in alle
lichaamscellen actief - Waar
Voor de verschillende soorten cellen in weefsels en organen betekent dit dat verschillende
sets van genen actief zijn. Elke cel gebruikt namelijk maar een deel van de aanwezige
genen. Zo wordt voor het delingsproces een andere set genen gebruikt dan voor de
gebruikelijke celfuncties. Iedere cel beschikt weliswaar over dezelfde genen, maar slechts
een geselecteerd deel van de genen is actief.

13. Welke van onderstaande omschrijving van een gen is juist?
(a) Een gen is een deel van het DNA in een cel en bevat de code voor de bouw van een
eiwit.

Elk gen bevat de code voor het maken van een bepaald eiwit.

14. Onder celdifferentiatie verstaat men dat cellen, afkomstig van dezelfde stamcel, zich
tot verschillende typen cellen kunnen ontwikkelen - Waar
In diverse weefsels liggen ongedifferentieerde cellen, zogeheten stamcellen, die zich
voortdurend kunnen delen en verder ontwikkelen tot cellen van het betrokken weefsel. Dus
de omgeving van een weefstamcel bepaalt in sterke mate welke genen geactiveerd worden.

15. Of een cel zich zal differentiëren tot bijvoorbeeld zenuwcel, spiercel of botcel, is het
gevolg van het activeren van bepaalde genen - Waar
Zie hierboven

, 16. Onder mitose verstaat men in de celbiologie het proces van celdeling, waarbij een
cel zich deelt in twee dochtercellen - Waar
Celdeling = mitose. Mitose is het proces van de normale celdeling waarbij het kernmateriaal
exact wordt gekopieerd. Een ongedifferentieerde cel, de weefselstamcel, kan geruime tijd
liggen te wachten voordat hij gestimuleerd wordt tot deling. Een van de dochtercellen
differentieert zich verder tot weefselcel en de andere blijft weefselstamcel.

17. Onder mutatie verstaat men in de celbiologie een verandering in het DNA die kan
leiden tot de productie van foutieve eiwitten - Waar
De celdeling wordt geregeld door een aparte set genen, de proto-oncogenen. Door mutatie
kunnen deze veranderen in oncogenen en zo aanleiding geven tot ongecontroleerde
celgroei: kanker.

18. Wat wordt in de celbiologie verstaan onder meiose?
(b) De celdeling van de geslachtscellen (ei- en zaadcellen).

Het delingsproces van een geslachtscel wordt meiose genoemd.

19. De kern van een geslachtscel (ei- of zaadcel) bevat 46 chromosomen - Onwaar
Vier geslachtscellen met enkelvoudige chromosomen. De mens heeft 23 paar
chromosomen, waarvan één paar (XX vrouwelijk of XY mannelijk) het geslacht bepaalt.

, 02. Pathologie

1. Geriatrie is een specialisme in de geneeskunde op het gebied van kanker. - Onwaar
Het specialisme geriatrie richt zich op de diagnostiek en behandeling van oudere mensen
met ingewikkelde ziekteproblemen. Het gaat om ziektebeelden die veroorzaakt worden door
veroudering, of die sterk door veroudering beïnvloed worden. Daarbij kijken we niet naar
één probleem, maar naar de gehele mens.
Oncologie richt zich tot kankerbehandeling.

2. Bij de ouder wordende mens (boven 70 jaar) verschuift de aandacht van
behandelende artsen van genezing naar verlichting van de klachten. - Waar
Een ander probleem in de gezondheidszorg is de vergrijzing van de samenleving. Op
oudere leeftijd verschuift de aandacht op het gebied van gezondheid genezen naar zorg.
Het gezegde ‘ouderdom gaat gepaard met gebreken’ betekent dat het lichaam
mankementen gaat vertonen die veroudering nu eenmaal met zich meebrengt.
Mankementen ten gevolge van verkalking van de slagaders, afname van vitaal weefsel in
allerlei organen, ontwikkeling van kanker en ontwikkelingen van stoornissen in de
stofwisseling zijn niet te voorkomen. De geneeskundige behandeling is dan primair gericht
op het verlichten van de klachten en het vertragen van het ziekteproces.

3. Een recessief erfelijke aandoening wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van het
afwijkende gen op één van beide chromosomen. - Onwaar
Wanneer het afwijkende gen niet of nauwelijks effecten sorteert, wordt het recessief
genoemd. Wanneer op beide chromosomen het recessieve gen aanwezig is, wordt het
afwijkende eiwit uiteraard wel geproduceerd.

4. Bij een kind met een recessief-autosomaal erfelijke aandoening zijn beide ouders
drager van het afwijkende gen. - Waar
De genetische aandoeningen die via overerving aan kinderen worden overgedragen worden
verdeeld in drie categorieën, waarvan 1 autosomaal recessieve (homozygoot) is. Personen
die de aandoening niet hebben maar wel het afwijkende gen bezitten worden drager
genoemd. Dat zijn dus personen die één recessieve (autosomale) genafwijking hebben en
vrouwen met een X-chromosoomgebonden genafwijking.

5. Waardoor kan mutatie van een gen worden veroorzaakt?
(a) door zowel radioactieve straling als een virus

De meest gevreesde vorm van mutatie van genen tijdens het leven is de stoornis die leidt tot
de ongeremde celdeling: kanker. Er zijn vormen van kanker met een sterk erfelijk
component. Dat wil zeggen dat de kans op het ontwikkelen van dat bepaalde kankertype als
het ware voorgeprogrammeerd is in de genen. Er zijn andere vormen van kanker waarbij de
hoofdrol wordt toegeschreven aan een bepaald virus, radioactieve straling of carcinogene
stoffen.

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller laptrs. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $9.59. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

51683 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 15 years now

Start selling
$9.59  4x  sold
  • (0)
Add to cart
Added