Samenvatting - Immunologie theorie en practicum (5052TPIM6Y)
9 views 0 purchase
Course
Immunologie theorie en practicum (5052TPIM6Y)
Institution
Universiteit Van Amsterdam (UvA)
Samenvatting van de plaatjes uit het boek Molecular biologie of the cell, can Alberts. Extra materiaal bij het vak Immunologie. Tijdens het tweede jaar van de bachelor Biomedische Wetenschappen bij de UvA
PLAATJES IMMUNOLOGIE
Alle cellen uit bloed ontstaan van cellen uit beenmerg. Deze splitst zich in twee
soorten cellen. De een zorgt voor de lymfoïde cellen en de andere voor de
myeloïde cellen. De dendritische cellen ontstaan meestal uit de myeloïde
voorloper, maar kunnen ook uit lymfoïde voorloper ontstaan.
Innate immuunsysteem duurt minuten voor het opgang komt en kan dagen
volhouden. Adaptieve immuunsysteem komt na uren of dagen pas op gang maar
kan dan ook dagen of weken aanhouden. Geheugen cellen komen pas na dagen
of weken op gang, maar zijn vaak levenslang.
macrofagen scheiden cytokines
uit bloedvat zet uit; vloeistof en
eiwitten kunnen uittreden.
Scheiden ook chemokines uit
leidt neutrofielen naar plek van
infectie.
Neutrofielen en macrofagen zijn
de inflammatoire cellen
Lymfoïde cellen (B en T cellen) komen vanuit bloed in lymfe knoop terecht via
een high endothelial venule (HEV).
Opsonisatie = antigenen gaan om bacterie zitten en markeren deze voor
fagocytose door macrofagen.
Epidermis bestaat uit heel veel lagen in verschillende stadia die ontstaan uit
basale laag van stamcellen. Stratum spinosum (2 e laag) cellen produceren stoffen
die in secretie organellen eorden opgeslagen (lamellar bodies). Worden in
intracellulaire laag gesecreteerd en vormen waterdichte laag (stratum corneum;
buitenste laag).
In longen cilia die zorgen voor beweging slijm. Geproduceerd in goblet cellen.
Slijm zorgt voor vangen eventuele pathogenen.
Mature dendritische cellen kunnen antigen overgeven aan residente dendritische
cellen in de lymfeknopen, die presenteren dan ook antigeen aan T cellen.
LPS hoort bij gramnegatieve
bacteriën TLR4
TLR5 sommige gramnegatieve
bacteriën herkennen omdat ze soms
flagellin hebben.
TLR6-TLR2 en TLR2-TLR1 horen bij
grampositieve bacteriën
TLR7,8 (ssRNA) en 3 (dsRNA) hooren bij virussen en TLR9 (CpG DNA) hoort bij
bacteriën. Extracellulaire deel TRL bestaat uit 18-25 leucine-rich repeats (LRRs).
Intracellulaire TLRs op het membraan van endosomen herkennen microbiële
componenten, zoals DNA. Alleen toegankelijk als het is afgebroken.
, in grampositieve bacteriën vormen
peptidoglycanen de buitenste laag waarin
andere moleculen zich bevinden.
In gramnegatieve bacteriën wordt de
dunne laag peptidoglycaan omgeven door
een laag lipide membraan, met eiwitten
zoals LPS.
Lysosomen knippen in de peptidoglycaan laag. Grampositieve bacteriën zijn hier
gevoeliger voor omdat de laag daar makkelijker bereikbaar is.
Diacyl lipopeptides (TLR2-TLR6) en triacyl lipopeptides (TLR2-TLR1) zijn afkomstig
van lipoteichoic acid van celwand grampositieve bacteriën en lipoproteïne van
gramnegatieve bacteriële oppervlakten.
Herkenning van PAMPs zorgt voor dimerisatie TLR-1-TLR2 en daardoor
signalering. Van de triacyl lipopeptiden binden 2 vetzuurketens aan TLR2 dn 1
keten aan TLR1. Hierdoor komen in cytoplasma de Toll-IL-1 receptoren (TIR) bij
elkaar.
Macrofagen hebben verschillende receptoren die moleculen op
microben kunnen herkennen.
Dectin-1 heeft een C-type lectin-like domein (CTLD). Lectines
zijn gebaseerd op een carbohydraat-recognition domein (CRD).
Mannose receptor heeft meerdere CTLDs met een fibronectine-
like domein en een cysteïne rijk gedeelte aan N terminus.
Klasse A scavenger receptoren (MARCO) zijn opgebouwd uit
collageen-like domeinen en vormen triggers. Receptor eiwit
CD36 is een klasse B scavenger receptor die lipiden herkent en
internaliseert.
C3 convertase knipt C3 tot C3a en C3b. C3b bind covalent aan pathogeen en kan
werken als opsonin; markeert cel voor fagocyten met C3b receptor om zo
makkelijker opgenomen te worden. Maar kan ook aan C3 convertase binden om
C5 convertase te vormen.
C1 kopgroepen kunnen binden aan constante gedeelte immunoglobulines of
direct aan pathogeen. Zorgt voor verandering conformatie C1r, activeert en knipt
dan C1s
C1 inhibitor (C1INH) zorgt ervoor dat C1r en C1s loskomen van C1 complex
geen activatie.
CD59 bindt aan C8 en voorkomt daarmee de MAC formatie; C9 kunnen niet
binden.
IL-1β, IL6 en TNF-α spelen cruciale
rol in acute respons in lever
waardoor koorts optreedt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lucavaneick. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.98. You're not tied to anything after your purchase.