HOORCOLLEGE 3 FORMEEL STRAFRECHT
Vandaag gaan we het hebben over de vervolging, onderzoek ter terechtzitting, de actoren en het
bewijs en bewijsstelsel.
VERVOLGING
Tot 2009 werd onder vervolgen bestaan: “het betrekken van een strafrechter in een strafzaak.”
Dat wilde zeggen dat tot op het moment dat de OvJ van mening was dat er een rechter bij de
strafzaken moest worden betrokken, dan betekent dat dat er sprake was van vervolging.
Nu is het zo dat de Wet OM Afdoening in werking is getreden en je kan dus nu ook worden
vervolgd door middel van een OM-afdoening.
Vervolging: het door het OM betrekken van een strafrechter in een strafzaak én het opleggen
van een strafbeschikking (art. 257a Sv)
GEVOLGEN ZODRA JE SPREEKT VAN EEN ‘VERVOLGING’
1. De verdachte wordt vanaf dat moment ook formeel aangemerkt en dat betekent ook dat
de verdachte meer bevoegdheden krijgt tot inzage in zijn procesdossier. → Dus volgens
artikel 27 Sv: meer de formele uitleg van het begrip ‘verdachte’
2. Andere moment is dat als er wordt geseponeerd en de vervolging is al aangevangen dan
betekent dat dat er niet meer sprake is van een sepot op grond van artikel 167 Sv, maar
dat betekent dat er sprake is van het afzien van vervolging op grond van art. 242 lid 2 Sv.
3. Als er al vervolging is kan er alleen maar verder worden vervolgd, en er kan alleen verder
worden vervolgd als er sprake is van nieuwe bezwaren (art. 255 Sv)
Dus:
1. Art. 27 Sv: formele uitleg begrip ‘verdachte’
2. Sepot voordat vervolging is aangevangen: 167. Toch vervolgen? Binnen grenzen
beginselen behoorlijke procesorde
3. Afzien van verdere vervolging: art. 242 lid 2 Sv. Toch vervolgen? Nieuwe bezwaren nodig
(255 Sv)
VERVOLGEN DOOR STRAFBESCHIKKING (ART. 257A E.V.)
Breuk met het verleden, want er wordt niet alleen strafbeschikking uitgevaardigd door OvJ maar
hij wordt ook de meester over het geding, namelijk ook degene die gaat bepalen welke straf er
wordt opgelegd. Dus je krijgt een beetje de trias politica die in 1 wordt geschoven → Hier lijkt het
dus beetje of uitvoerende en rechtssprekende macht in een gaan.
Hierom zijn er een aantal eisen gesteld aan de strafbeschikking, het is niet onbeperkt en mag
maar voor feiten waar een maximumstraf van zes jaar op staat. En OvJ is beperkt in zijn sancties,
alleen degene die in artikel zijn opgenomen (artikel 113 Sv).
Ne bis in idem geldt ook bij strafbeschikking, dus niet nog een keer vervolging. Ook mogelijk dat
strafbeschikking door lagere functionarissen dan OvJ wordt opgelegd volgt uit 257b en 257ba Sv.
, NB: artikel 257e Sv is het verzet tegen de strafbeschikking geregeld: de OvJ vaardigt een
strafbeschikking uit aan de verdachte, maar de verdachte kan dus in verzet komen en pas bij
aanvaarding van de strafbeschikking is er sprake van een straf beschikte. Wanneer verzet kan
worden gedaan is te lezen in het artikel.
- Verzet kan niet als de verdachte vrijwillig afstand doet door te voldoen aan de
strafbeschikking.
- Verzet kan ook niet als de verdachte, bijgestaan door een raadsman, schriftelijk afstand
heeft gedaan tot zijn mogelijkheid tot verzet
Klassieke vorm om een strafrechter bij het proces te betrekken is d.m.v. een dagvaarding. En die
aan tenlastelegging worden een aantal eisen gesteld en die eisen hadden we al in onze nationale
regelgeving (→ zie artikel 261 Sv)
VERVOLGEN DOOR DAGVAARDING
Tenlastelegging: art. 261 Sv (feit, tijd en plaats) ook welk feit en onder welke omstandigheden
deze is begaan → en art. 6 lid 3 sub a EVRM
- Onze eigen wet wil graag dat de verdediging op de hoogte is waarvan hij wordt verdacht
en dus beschuldigd. En dat is dus om te voorkomen waarbij iemand wordt gelicht van zijn
bed maar geen idee heeft waarvoor hij wordt vervolgd.
Als tenlastelegging wordt geformuleerd betekend het dat de strafrechtelijke grenzen van het
geschil wordt aangegeven. Daarom staat ook overal dat onderzoek ter terechtzitting plaats vindt
op grond van de tenlastelegging. De tenlastelegging is leidend als het gaat als we kijken of er al
dan niet sprake is van een strafbaar feit, maar ook voor het beantwoorden van de
procesrechtelijke vragen (denk aan de datum van het ten laste gelegde feit).
Het is aan OvJ om te bepalen waarvoor hij gaat vervolgen → volgt uit het opportuniteitsbeginsel.
Wat hij opportuun acht gaat hij ten laste leggen. En de OvJ is dominus litis = de heer van het
geschil.
- Zijn beschuldiging bepaalt waartoe de rechter zich moet beperken, dus in zekere zin is de
tenlastelegging ook een beperking van het hele strafproces.
Om de grenzen van het geschil beetje ruim te houden heeft de OvJ de mogelijkheid om de feiten
op een primaire subsidiaire wijze vast te leggen.
Samengestelde tenlasteleggingen:
• Primair/subsidiair: verband tussen feiten; subsidiair tenlastegelegde komt pas aan de
orde als primaire niet bewezen kan worden verklaard. Dus om het feit zo breed
mogelijk te houden
• Soms impliciet primair/subsidiair bijv. ‘al dan niet opzettelijk’ dus moord of doodslag
bijvoorbeeld. Je zegt eigenlijk hetzelfde als bij primair en subsidiair maar dan doe je
het impliciet
• Cumulatieve tenlastelegging: meer delicten naast elkaar; rechter beoordeelt alle
onderdelen. Bijv. A heeft B vermoord en bij het onderzoek wordt een ak27 gevonden
waarmee A, B heeft vermoord. Dan dus moordt maar ook in handen hebben van
vuurwapens.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merle_1234. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.29. You're not tied to anything after your purchase.