100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Probleem 1 Formeel Strafrecht $3.38   Add to cart

Other

Probleem 1 Formeel Strafrecht

 5 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Omvat Probleem 1 van het vak Formeel Strafrecht aan de EUR in Bachelor Jaar 2.

Preview 2 out of 11  pages

  • November 2, 2023
  • 11
  • 2020/2021
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
PROBLEEM 1
Leerdoelen:
1. Wat is opsporing en wie zijn daarmee belast?
2. Op welke grond mag de politie observeren?
3. Wat is stelselmatige observatie?
4. Wat is het verschil tussen observatie en stelselmatige observatie?
5. Op welke grond mogen telefoongesprekken worden afgeluisterd?
6. Door wie mag onder welke voorwaarden een smartphone in beslag worden genomen en op welke grond kan een bevel tot
uitlevering worden gegeven
7. Mag een smartphone worden doorzocht?
8. Terug naar het probleem
a. Is er in casu sprake van observatie of stelselmatige observatie?
b. Mag aan Koos en Pierre het bevel worden geven tot uitlevering van hun telefoons zodat deze in beslag kunnen
worden genomen?


Wat is opsporing en wie zijn daarmee belast?
Het vooronderzoek staat in artikel 132 Sv. En opsporingsonderzoek staat in art. 132a Sv en maakt deel uit
van dat vooronderzoek. ‘Onder opsporing wordt verstaan het onderzoek in verband met de strafbare feiten
onder gezag van de officier van justitie met als doel het nemen van strafvorderlijke beslissingen.’
- Het gaat dus om een strafvorderlijk onderzoek.
- De officier van justitie heeft dus de leiding


De strafvordering begint met opsporing. Opsporing begint op het moment waarop het vermoeden rijst dat
een strafbaar feit is begaan.
- Artikel 132a Sv geeft definitie van opsporing: “het onderzoek in verband met strafbare feiten onder
gezag van de OvJ met als doel het nemen van strafvorderlijke beslissingen”. Mate waarin OvJ
feitelijk bij het opsporingsonderzoek is betrokken, verschilt per zaak.


Politie heeft een eigen professionaliteit en gaat in de praktijk met een grote mate van zelfstandigheid te werk.
Slechts in de ‘grote’ zaken van veel maatschappelijk gewicht bepaalt de OvJ daadwerkelijk mee de inhoud
en richting van het onderzoek. Toch is OvJ ook in die zaken verantwoordelijk voor de opsporing. Hij dient er
door geregeld overleg en het geven van algemene aanwijzingen voor te zorgen dat de politie werk van
behoorlijk niveau levert → waarborgfunctie.


Opsporing beperkt zich niet alleen tot voorbereidend onderzoek. In elk stadium van het geding kan
bewijsmateriaal opduiken waarnaar onderzoek moet worden gedaan, of kunnen onduidelijkheden ontstaan
die moeten worden opgehelderd.


9.2.1: Wettelijke taaktoedeling
Legaliteitsbeginsel: artikel 1 Sv.
 Niet specifiek strafvorderlijk, maar gaat over het hele publiekrecht. Betekent dat alle
overheidsoptreden dat belastend is voor burgers, moet berusten op een wet in formele zin.
 Er zijn 3 redenen waarom opsporingsactiviteiten belastend zijn voor burgers op wie de activiteiten
betrekking hebben:
o Eerste: bij opsporing wordt gebruik gemaakt van methoden (dwangmiddelen) die diep
ingrijpen in de rechten van burgers → telefoons afluisteren, huizen doorzoeken, vrijheden
ontnomen etc.
o Tweede: het systematisch verzamelen en registreren door de overheid van gegevens
omtrent personen is een privacygevoelige aangelegenheid op zich.
o Derde: doel onderzoek: strafrechtelijke sanctionering van wetsovertredingen. Een onderzoek
dat verstrekkende consequenties kan hebben voor de burger tegen wie dat onderzoek is
gerecht, is voor hem al daarom belastend.

, Conclusie: opsporing die door/vanwege de overheid wordt verricht om de strafwet te handhaven moet steeds
berusten op een wet in formele zin, dus ook als de gebezigde opsporingsmethoden zelf geen inbreuk maken
op de (grond)rechten van de burger. Voldoende grondslag in de wet? → ten minste is vereist dat de wet
aanwijst welke personen of instanties met opsporing zijn belast. Een nauwkeurige taaktoedeling vormt de
basis van de wettelijke regeling van opsporing. Daarna kunnen eisen worden gesteld, wie verantwoordelijk
is, wie gezag uitoefent, regels gesteld, bevoegdheden toegekend


9.2.2: Personen met opsporing belast
Artikel 141 Sv: ‘gewone’ opsporingsambtenaren.
Sub a: officier van justitie
Sub b: ambtenaren van de politie
Sub c: militairen van de Koninklijke Marechaussee
Sub d: opsporingsambtenaren van bijzondere diensten


Artikel 142 Sv: ‘buitengewone’ opsporingsambtenaren.


Officier van Justitie
Hij geeft leiding aan het opsporingsonderzoek. Dit staat ook in artikel 148 lid 1 Sv. Daarin staat dat de OvJ
belast is met het opsporen van strafbare feiten en in het tweede lid staat dat de OvJ daartoe bevelen kan
geven aan personen die belast zijn met opsporing, denk bijvoorbeeld aan politieagenten.


De betrokkenheid van de OvJ bij een opsporingsonderzoek verschilt per officier, maar ook per onderzoek.
De OvJ is juridisch onderlegd, maar is misschien minder vaardig in de tactische kant van het onderzoek. En
daar is dan de politie erg goed in.


Ambtenaren van de politie
Dit zijn de belangrijkste categorie opsporingsambtenaren en zij doen het meeste opsporingswerk in het
strafvorderlijk systeem. Wie nou precies de ambtenaren van de politie zijn, staat in de Politiewet.
Dus dat vind je in artikel 2 sub a en sub c van de Politiewet.


Militairen van de Koninklijke Marechaussee
Niet heel belangrijk voor nu, maar zij hebben de politiektaak ten behoeve van de krijgsmacht, en dat zij die
taak vervullen op Schiphol.


Opsporingsambtenaren van bijzondere diensten
Denk aan de Viod, zij kunnen ook gebruik maken van de bevoegdheden die in het WvSv staan.


Buitengewone opsporingsambtenaren
Buitengewone opsporingsambtenaren zijn aantal personen, die hun bevoegdheid ontlenen aan een
bijzondere wet (art. 142 lid 1 sub c) maar ook aan een akte van opsporing (art. 142 lid 1 sub a).


Belangrijk verschil tussen 2 soorten ambtenaren.
 Gewoon opsporingsambtenaar: opsporingstaak is algemeen.
 Buitengewoon opsporingsambtenaar: beperkt tot bepaalde strafbare feiten.


Art. 142 lid 1 sub c Sv spreekt van de personen die bij bijzondere wetten met de opsporing van de daarin
bedoelde strafbare feiten zijn belast, en voegt toe: voor zover het die feiten betreft. In de akte kan wel
worden bepaald dat de opsporingsbevoegdheid alle strafbare feiten omvat (art. 142 lid 2).

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merle_1234. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.38. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

79976 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.38
  • (0)
  Add to cart