Dit document bevat deze stappenplannen:
- Beperkte en Volledige Beschikkingsonbevoegdheid
- Artikel 3:86 lid 1 en 2 BW
- Artikel 3:238 lid 1 en 2 BW
- Oefenvraag + Antwoord
STAPPENPLAN PROBLEEM 3
Stappenplan
1. Zijn aan de overige vereisten van overdracht/vestiging voldaan?
a. Overdraagbaar
b. Geldige titel
c. Levering
2. Om welk goed gaat?
a. Roerende zaak:
I. 3:86 lid 1
II. 3:86 lid 2
III. 3:238 lid 1
IV. 3:238 lid 2
b. Ander goed (dit is bij vordering of registergoed of onroerende zaak): 3:88 → nu klaar
3. Bij roerende zaak: Om welk recht gaat het?
a. Pandrecht → als de derden een pandrecht heeft gekregen (dus niet perse bij pandrecht altijd
3:238)
I. 3:238 lid 1
II. 3:238 lid 2
b. Ander recht (overdracht van eigendom, of vestiging van vruchtgebruik):
I. 3:86 lid 1
II. 3:86 lid 2
4. Welke beschikkingsonbevoegdheid?
a. Volledige: 3:238 lid 1 + 3:86 lid 1
b. Beperkte: 3:238 lid 2 + 3:86 lid 2
Maar altijd nog in de artikelen kijken of de derden bescherming krijgt → door in de artikelen te kijken en dus de
vereisten te toetsen:
Art. 3:86 lid 1:
‘Ondanks onbevoegdheid van de vervreemder is een overdracht overeenkomstig artikel 90, 91 of 93 van een
roerende zaak, niet-registergoed, of een recht aan toonder of order geldig, indien de overdracht anders dan om
niet geschiedt en de verkrijger te goeder trouw is’.
Vereisten:
1. Roerende zaak
2. Volledige BOB
3. Overdracht via 3:90, 3:91 of 3:93 dus bezitsverschaffing;
feitelijke macht
4. Anders dan om niet → er moet een tegenprestatie tegenover staan; dus geschonken kan niet
5. Goede trouw → dat betekent dat de verkrijger niet wist en ook niet behoorde te weten dat de persoon
waarvan hij verkregen heeft dat die beschikkingsonbevoegd was. (Art 3:11, onderzoeksplicht)
Gevolg → overdracht is toch geldig
Art. 3:98 heeft tot gevolg dat deze bepaling ook van
toepassing gaat zijn wanneer een beperkt recht
Dus nadat je het stappenplan hierboven hebt voltooid, (behalve pand) op een roerende zaak wordt gevestigd
Moet je nog wel de overige 5 vereisten toetsen. voor een volledig beschikkingsonbevoegd persoon.
→ En als het antwoord 5 keer ja is op deze vereisten: Opgelet: er is in dit artikel sprake van overdracht. Maar
Dan heeft dat tot gevolg dat de overdracht toch geldig is 3:98 zegt:
Al hetgeen (dus ook art 3:86 lid 1) dat geldt voor
overdracht ook geldt voor de vestiging van een beperkt
recht op een zaak. Behalve pand!!!!
, Art. 3:86 lid 2
‘Rust op een in het vorige lid genoemd goed dat overeenkomstig artikel 90, 91 of 93 anders dan om niet wordt
overgedragen, een beperkt recht dat de verkrijger op dit tijdstip kent noch behoort te kennen, dan vervalt dit
recht, in het geval van overdracht overeenkomstig artikel 91 onder dezelfde opschortende voorwaarde als
waaronder geleverd is.’
Opgelet: er is in dit artikel sprake van overdracht.
Vereisten: Maar 3:98 zegt:
1. Roerende zaak Al hetgeen (dus ook art 3:86 lid 1) dat geldt voor
2. Beperkte BOB overdracht ook geldt voor de vestiging van een
3. Overdracht via 3:90, 3:91 of 3:93 beperkt recht op een zaak. Behalve pand!!!!
4. Anders dan om niet
5. Goede trouw
Wat zou het gevolg zijn als iemand een goed heeft overgedragen gekregen van een beperkt
beschikkingsonbevoegde. Dus die had er bijvoorbeeld al een stilpand recht op gevestigd. Wat zal het gevolg
zijn als er is voldaan aan deze vereisten? → Dan zal dat eerdere recht wat ervoor zorgde dat die overdrager
beperkt beschikkingsonbevoegd was, dan zou dat eerdere beperkte recht vervallen en dus krijgt de verkrijger
een onbezwaarde roerende zaak. Gevolg → eerder beperkt recht vervalt
Artikel van toepassing?
• A koopt een fiets van B. Enkele eerder had B nog een vuistloos pandrecht op die fiets gevestigd t.b.v.
C.
Art. 3:86 is hier van toepassing, ook al is hier onduidelijkheid over of hij te goeder trouw was ja
of nee, dan mag je ervanuit gaan dat het wel zo was.
• A bedingt een vuistloos pandrecht op de fiets van B. Later blijkt dat C al een vuistloos pandrecht op die
fiets had bedongen
Hier geen bescherming van het art. 3:86 lid 2. Hier geen bescherming omdat je hier überhaupt
niks met 3:86 te maken hebt, omdat de persoon die bescherming nodig heeft een pandrecht
heeft verkregen of zou moeten hebben verkregen, dan kijk je naar stap 3 en gaat het dus om
een pandrecht. Dan kijken in art 3:238 lid 2.
Uitzondering beperkte BOB bij CP
Maar: opgelet bij levering CP!
Art 3:90 lid 2: blijft de zaak na de levering in handen van de vervreemder, dan werkt de levering tegenover een
derde die een ouder recht op de zaak heeft, eerst vanaf het tijdstip dat de zaak in handen van de verkrijger is
gekomen, tenzij de oudere gerechtigde met de vervreemding heeft ingestemd.
Vuistloos pandrecht
A --------------------------------------------------------> C
Verkoop + levering CP
A ---------------------------------------------------------> B
Tijdstip 1: A vestigt een vuistloos pandrecht op een fiets ten behoeve van C.
Tijdstip 2: A verkoopt diezelfde fiets aan B; maar de fiets blijft nog bij A (levering CP).
- B zou in principe een bezwaarde fiets krijgen → art 3:86 lid 2 maar art 3:90 lid 2 zorgt dat er geen
bescherming is: want de fiets bevindt zich niet in de feitelijke macht van de gebruiker dus dan gaan we
doen alsof er helemaal geen levering heeft plaatsgevonden, dus probleem bij de L. Dus C mag ten
aanzien B net doen of er nooit een levering is geweest. Waarom is B dan geen eigenaar geworden?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merle_1234. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.37. You're not tied to anything after your purchase.