Geschiedeniswerkplaats / tweede fase havo historisch overzicht / deel Handboek
Dit is de samenvatting van het hele boek van geschiedenis geloof en verstand. Hierin staan alle paragrafen, begrippen en teksten die je moet kennen. Met deze samenvatting van het boek geschiedenis werkplaats, ben je gegarandeerd om een geweldig cijfer te halen.
8 pages of which 2 pages are advertising of one or another medicinal product -.-
By: minnedevosss • 5 year ago
By: bibischuring • 5 year ago
Translated by Google
In terms of content, but sometimes sentences are not correct, which makes it unclear what is meant.
Show more reviews
Seller
Follow
Celineklooster
Reviews received
Content preview
Geloof en verstand 1.1
Overeenkomsten en verschillen Germaanse/Romeinse
Overeenkomsten Verschillen
Hebben beiden meerdere goden aan wie ze offerden om Bij de Romeinen waren tempels en
gunsten te krijgen en ze geloofden beiden dat ze na de dood godenbeelden belangrijk
naar een dodenrijk gingen, waar soms contact met de
levenden mogelijk was.
Overeenkomsten en verschillen Germaanse/Romeinse en het christendom
Overeenkomsten Verschillen
Er waren geen Het christendom was monotheïstisch. Er is maar één onzichtbare God, die
overeenkomsten. hemel en aarde had geschapen en het gehele menselijke leven leidde.
Germaanse/Romeinse waren polytheïstisch.
Christendom had een heilig boek (de Bijbel), waarin de kennis van God en
zijn handelen met de mensheid was vastgelegd.
Het Christendom pretendeerde de universele, voor iedereen geldige
waarheid te bezitten. Er was één juiste orthodoxe leer.
Het christendom had een leer van goed en kwaad en gaf uitzicht op
persoonlijke verlossing. Volgens christenen was God in de gedaante van zijn
zoon Jezus naar de aarde gekomen om de mensheid de weg te wijzen en te
verlossen van de erfzonde van de eerste mens, Adam. Wie in navolging van
Jezus een goed leven leidde, kon worden beloond met het paradijs. Wie
zondigde moest branden in de hel.
De kerstening van Nederland: Het christendom werd in 395 de staatsgodsdienst. De kerstening van
Nederland vond pas plaats vanaf 700, toen Engelse monniken het christelijke geloof kwamen
prediken, met steun van de Paus. De missionarissen konden alleen hun werk doen in gebieden waar
ze de steun hadden van de lokale machthebbers. Hun komst hing daardoor samen met de uitbreiding
van het rijk dat de Germaanse Franken. Ze gebruikten het geloof om hun macht naar het noorden uit
te breiden.
1.2 De christelijke hoge en late middeleeuwen
Kerk en samenleving: Bisschoppen bestuurden de kerk vanuit een centrale stad, een eigen
kerkprovincie. Zij benoemden de lagere geestelijk in hun bisdom tot en met de pastoors. In principe
vormden de kerk en staat een twee-eenheid, met elk een eigen taak. De kerk bemiddelde tussen God
en mens en zag erop toe dat gelovigen hun religieuze plichten nakwamen. De wereldlijke overheid
beschermde de kerk en regelde rechts-en bestuurszaken die niet onder de kerk vielen. Soms werden
deze taken omgedraaid. Door het voortdurend gebed van de kloosters kwam er een welzijn
samenleving.
Leven in de schaduw van de dood: Vanaf de 12e eeuw leerde de kerk dat er tussen hemel en hel nog
een derde mogelijkheid was: het vagevuur. De meeste mensen moesten eerst boeten in het vage
vuur. Mensen konden geestelijken betalen, zodat ze regelmatig voor hun zouden bidden. De kerk gaf
aflaten uit waarmee de tijd in het vage vuur werd bekort. Deelnemers van kruistochten kregen een
volle aflaat. Pelgrims konden volle aflaten kopen als ze regelmatig Rome bezochten. Halve aflaten
werden altijd verkocht.
, Intolerantie en onverschilligheid: Joden en Moslims waren intolerant tegenover niet-christenen
vanaf de 11e eeuw werden Joden geïsoleerd en vanaf 1215 bepaalde de Paus dat ze een geel
herkenningsteken moesten dragen.
Joden isolatie:
Niet trouwen met christenen
Ze mochten geen lid worden van gilde
Soms werden ze slachtoffer van pogroms. Tegen ketterij (afwijkende christelijke opvattingen) richtte
de Paus een speciale rechtbank op, de inquisitie. Priesters en vrome leven werden belachelijk
gemaakt en de rijkdom van de kerk wekte ergernis. Een alternatief wereldbeeld bestond niet en de
officiële christelijke leer werd niet in twijfel getrokken. Volk was ook erg onverschillig en hadden
weinig kennis van het geloof.
Wetenschap en vroomheid: Vanaf de 13e eeuw werden universiteiten gesticht. De belangstelling voor
wetenschappelijk denken en voor klassieke auteurs leidde tot spanningen. Het christendom ging uit
van geopenbaarde kennis en de eerbiedwaardige geschriften van de kerkvaders. Het humanisme
ontstond, een beweging van geleerden die de klassieke werken bestuurden om zo achter hun
oorspronkelijke betekenis te komen. Erasmus, was de grootste vertegenwoordiger en ontdekte fouten
in Latijnse vertalingen. Ook wilde hij de kerk terugbrengen tot het oorspronkelijke christendom. Ook
vond hij dat elke individuele gelovige zich via Bijbelstudie kon richten op de navolging van Christus en
rechtstreeks contact met hem kon zoeken, zonder tussenkomst van de kerk. Het humanisme sloot
aan bij de Moderne Devotie.
1.3 Christelijke verdeeldheid
De Reformatie: In 1512 was er in Nederland nog nauwelijks verzet tegen de katholieke kerk. Er was
wel onvrede, maar er ontstond pas verzet nadat in 1517 de Luther de kerkhervorming of reformatie
was begonnen. In 1521 stelde hij een speciale keizerlijke inquisitie in om de nieuwe opvattingen te
vervolgen. Hij vaardige een groot aantal plakkaten uit, waarin van alles als ketterij strafbaar werd
gesteld. Zo werden het bespreken van de Bijbel en het bespotten van de geestelijkheid verboden. De
grote meerderheid paste zich aan.
Een belangrijk gemeenschappelijk kenmerk van die protestantse opvattingen was de nadruk op de
Bijbel.
Volgens de kerkhervormers was de Heilige Schrift de enige bron van geloofskennis en
moesten de gelovigen die voortdurend bestuderen.
Ook bestreden ze dat de kerk tussen God en mens kon bemiddelen. Er kon niets tussen de
mens en God instaan
Daarom mocht aan beelden en heiligen geen waarde worden gehecht. Alleen God mocht
worden geëerd en aanbeden.
Verder bestreden de protestanten dat de mens zijn heil kon verwerven door giften aan de
kerk of door het kopen van aflaten.
Het geluk en de redding van de mens waren zuiver een geschenk van God.
Oorzaken van de reformatie: Thomas à Kempis en Erasmus benadrukten de geloofsbeleving van het
individu, het direct contant tussen God en mens en de studie van de Bijbel. Hun opvattingen hadden
juist in de Nederlanden veel aanhang gekregen, doordat:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Celineklooster. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.42. You're not tied to anything after your purchase.