100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Probleem 8 Materieel Strafrecht $3.23   Add to cart

Other

Probleem 8 Materieel Strafrecht

 6 views  0 purchase
  • Course
  • Institution

Omvat Probleem 8 van het vak Materieel Strafrecht aan de EUR in Bachelor Jaar 2.

Preview 2 out of 8  pages

  • November 2, 2023
  • 8
  • 2020/2021
  • Other
  • Unknown
avatar-seller
PROBLEEM 8

Kan een privaatrechtelijk rechtspersoon dader zijn?
AANSPRAKELIJKHEID RECHTSPERSOON
Je weet dat het gaat om de aansprakelijkheid van het bedrijf, de rechtspersoon, en die moet als dader worden
beschouwd en dat is het startpunt voor alles.


Strafrecht is gericht op natuurlijke personen. Want daar zijn de delictsomschrijvingen op gericht.
 Nadeel van de strafbaarheid van rechtspersonen:
 Moreel verwijt maken aan een rechtspersoon kan niet
 De straffen zijn ongeschikt: gevangenisstraf kan niet
 Onschuldige mensen worden getroffen, zoals dat indirect onschuldige derden (zoals werknemers)
worden getrokken. De rechter kan hier rekening mee houden, maar bij natuurlijke personen raakt een
straf ook de familie


Artikel 51 Sr: strafbare feiten kunnen worden begaan door natuurlijke en rechtspersonen.
Lid 1: Lid 1 is de grondslag voor de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de rechtspersonen: maar wanneer?
 Bij een vervolging van een bepaalde rechtspersoon is er de koppeling van artikel 51. Alleen art. 51 Sr
zelf is niks, maar een strafbaar feit/delict is zonder artikel 51 ook niet compleet. Je hebt die koppeling
nodig, voor het feit dat een rechtspersoon dan wel strafrechtelijk aansprakelijk kan zijn.
 Lid 1 zegt niks over de inhoud en over het criterium. Dus wanneer is iemand strafrechtelijk
aansprakelijk. Je haalt het dus niet in de wettekst.


Lid 2: Als een rechtspersoon een strafbaar feit heeft begaan, kunnen worden vervolgd en bestraft:
a. Die rechtspersoon
b. Zij die feitelijk leiding hebben gegeven (let op: aan het feit, niet aan de rechtspersoon) dan wel zij die
daartoe opdracht hebben gegeven: strafrechtelijke aansprakelijkheid opdrachtgever/ feitelijk leidinggever
c. Tegen a en b tezamen
 Dus die opdracht hebben gegeven aan het strafbare feit. Bij (c.) is er een keuze voor het OM om
gegeven een bepaalde feitelijke constellatie, dus iets heeft er gebeurt en dat leidt tot een bepaalde
mogelijkheid tot strafrechtelijke aansprakelijkheid. Maar wie gaan we daarvoor vervolgen en welk
criterium gaan we daarvoor gebruiken en die keuzes liggen bij het OM.


Is het nodig dat de rechtspersoon is veroordeeld of is het alleen maar indien de rechtspersoon het strafbaar feit
heeft gedaan. Dus als je toetst aan de vraag van aansprakelijkheid is dat afdoende of moet ook daadwerkelijk
de rechtspersoon zijn veroordeeld?
 Het is indien het is begaan door de rechtspersoon, maar er staat niet indien de rechtspersoon is
veroordeeld voor.


Maar wanneer is een rechtspersoon aansprakelijk? Huidig toetsingskader:
Arrest Drijfmest
Feiten: A. BV is eigenares van een stuk grond in de gemeente Zijpe dat in opdracht wordt beheerd door Z. BV
(verdachte). In opdracht van de verdachten wordt die grond feitelijk beheerd door C.S. D. Die in loondienst is bij
A. BV. Op 31 mei 1999 is vastgesteld op dat stuk grond door onbekende drijfmest was uitgereden en dat die
mest niet was ondergewerkt en toen is de verdachte daarvoor vervolgd en daarnaast ook veroordeeld. Het Hof
heeft in Hoger Beroep de verdachten veroordeeld ter zake van overtreding van een voorschrift. Nu het aan
haar te wijten is dat de mest op de bodem is aangebracht en in de bodem is geraakt.
 Dit soort feiten wijken af van een standaardcasus. Dit zijn economische delicten.
 Het ging hier om de vraag aan wie het kan worden verweten.
Hoge Raad:

, 3.3: Blijkens de wetsgeschiedenis kan rechtspersoon in de zin van artikel 51 strafrecht worden aangemerkt als
dader van een strafbaar feit indien de desbetreffende gedraging redelijkerwijs aan hem kan worden
toegerekend.


3.4: Vervolgens komt de vraag wanneer er verboden gedraging in redelijkheid aan een rechtspersoon kan
worden toegerekend. Het antwoord op die vraag is afhankelijk van de concrete omstandigheden van het geval.
Waartoe mede behoort de aard van de verboden gedraging. Een algemene regel laat zich dus bezwaarlijk
formuleren


Een belangrijk oriëntatiepunt bij de toerekening is nochtans of de gedraging heeft plaatsgevonden dan wel is
verricht in de sfeer van de rechtspersoon. Een dergelijke gedraging kan in beginsel worden toegerekend aan
de rechtspersoon.


Van een gedraging in de sfeer van de rechtspersoon zal sprake kunnen zijn indien zich een of meer van de
navolgende omstandigheden voordoen:
 Het gaat om een handelen of nalaten van iemand die het zij uit hoofde van een dienstbetrekking het zij
uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon
 De gedraging past in de normale bedrijfsvoering van de rechtspersoon
 De gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het door hem uitgeoefende bedrijf
 De rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden er
zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon
aanvaard of klacht te worden aanvaard. Onder bedoelde aanvaarden is mede begrepen het niet
betrachten van de zorg die in redelijkheid van de rechtspersoon kon worden gevergd met het oog op
de voorkoming van de gedraging


Dus het criterium voor aansprakelijkheid van een rechtspersoon is de redelijke toerekening. De concrete
invulling ofwel de toepassing is: (geen afvinklijstje, het is een totaalplaatje)
1. Is het redelijk om het strafbaar gestelde, dat spierfysiek is gericht door een natuurlijk persoon, toe te
rekenen aan de rechtspersoon?
2. Ter beantwoording van die vraag is een belangrijk oriëntatiepunt (geen vereiste dus) of de gedraging
heeft plaatsgevonden in de sfeer van de rechtspersoon.
 Als dat zo is, dan kan het in redelijkheid worden toegerekend aan de rechtspersoon. Dus niet
in de privésfeer bijvoorbeeld. Dus als je thuis privé voor eigen gewin fraude pleegt, maar het
heeft niks te maken met de rechtspersoon. Dan kan het niet worden toegerekend, dus het kan
niet redelijkerwijs worden toegerekend in beginsel.
3. En ter beantwoording van die vraag kunnen vervolgens 4 niet cumulatieve en inhoudelijk nogal
verschillende omstandigheden een rol spelen


3.5: Opmerking verdient dat het in 3.4 overwogene slechts betrekking heeft op de vraag of de rechtspersoon
kan worden aangemerkt als dader van de hem ten laste gelegde gedragingen, dus ongeacht of de overtreding
dan wel een misdrijf betreft. Los daarvan staat de beoordeling van de aanwezigheid van bestanddelen als
opzet of schuld indien het een misdrijf betreft.
 Het maakt uit wat voor type delict op de tenlastelegging staat, dus wat wordt de rechtspersoon
verweten, welk strafbaar feit en wat de bestanddelen daarvoor zijn. En is er een bestanddeel van opzet
of culpa, dan moet daar een beoordeling op plaats vinden. Dat wordt dus niet automatisch
meegenomen in de redelijke toerekening.

HR 26 april 2016
In geval de delictsomschrijving van het strafbare feit waarvan de rechtspersoon wordt verdacht, opzet vereist,
kan dat opzet op verschillende manieren worden vastgesteld. Onder omstandigheden kan het opzet van een
natuurlijk persoon aan een rechtspersoon worden toegerekend. Maar voor opzet van een rechtspersoon is niet
vereist dat komt vast te staan dat de namens of ten behoeve van die rechtspersoon optredende natuurlijke
personen met opzet hebben gehandeld. Het opzet van een rechtspersoon kan onder omstandigheden

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller merle_1234. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $3.23. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

67096 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$3.23
  • (0)
  Add to cart