Voortplanting
Jongens en meisjes
Puberteit: periode van lichamelijke verandering, 10-17 jaar.
Adolescentie: periode van geestelijke verandering, 20 tot 25 jaar.
Tijdens de adolescentie veranderen de hersenen. Niet alle delen van de hersenen veranderen
even snel, veel jongeren vertonen impulsief gedrag: dingen doen waar je later spijt van krijgt.
Hormonen
Hormonen: chemische stoffen die door
hormoonklieren aan het bloed worden afgegeven
en in alle cellen terechtkomen. Cellen die gevoelig
zijn voor een bepaald hormoon reageren op
veranderingen van concentratie van dit hormoon.
Door hormonen krijgen cellen informatie van andere
cellen, dus ze wisselen informatie uit:
celcommunicatie.
Hormonen regelen vooral processen in het lichaam zoals groei, stofwisseling en voortplanting.
Geslachtshormonen: hormonen die een rol spelen bij de voortplanting.
Geslachtskenmerken
De ontwikkeling van de geslachtsorganen begint als een embryo een aantal weken oud is.
Hoge concentratie testosteron -> man
Lage concentratie testosteron -> vrouw
Primaire geslachtskenmerken: geslachtskenmerken die een kind bij de geboorte heeft.
Secundaire geslacht kernmerken: lichamelijke veranderingen later in de puberteit.
In de puberteit nemen de concentraties van de geslachtshormonen toe -> lichamelijke
veranderingen.
Versieren
Territorium: het gebied dat een dier verdedigt.
Balts: de handeling die dieren uitvoeren voorafgaande aan de paring.
Seksueel gedrag
Seksueel gedrag: alles wat met seksualiteit te maken heeft (balts,
zoenen, strelen)
Seksuele selectie
Om te overleven bezitten organismen aanpassingen om bijvoorbeeld
niet op te vallen of om een prooi te grijpen.
Seksuele selectie: het veroveren van een partner, op grond van goede
uitstraling die de voortplanting bevorderd -> natuurlijke selectie.
Mooie ornamenten (lichaamsdelen) staan symbool voor een goed
genenpakket.
1
, Geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
Mutaties
Voorafgaande aan de celdeling ontstaan kopieën van de DNA-moleculen: replicatie. Na de
replicatie bestaat een chromosoom uit twee identieke DNA-moleculen. Tijdens de celdeling krijgt
iedere dochtercel een van beide DNA-moleculen. Dochtercellen -> identiek.
Tijdens de replicatie kunnen er fouten optreden. Hierdoor verschillen de kopieën iets van elkaar.
Mutatie: veranderingen in het DNA die bijv. tijdens de replicatie ontstaan. Hierdoor ontstaan
verschillen tussen moeder en dochtercel.
Voor en nadelen van seks
Ongeslachtelijke voortplanting Geslachtelijke voortplanting
Voorbeeld: schimmels, planten en sommige dieren Voorbeeld: dieren, mensen
Er is maar 1 organisme nodig Er zijn 2 organismen nodig
Om populatie even groot te houden, moet een Om populatie even groot te houden, moet een
individu bij geslachtelijke voortplanting gemiddeld individu bij ongeslachtelijke voortplanting maar 1
twee nakomelingen krijgen. nakomelingen krijgen.
Je hoeft niet te zoeken naar geschikte partner Zoeken naar een geschikte partner kost tijd/energie.
Geen gameten nodig Gameten nodig
Bij geslachtelijke voortplanting versmelt de kern van een cel van een individu met de kern van een
cel van een ander individu -> bevruchting.
Tijdens de bevruchting verdubbelt het aantal chromosomen. De cellen van het organisme dat uit
de bevruchte cel ontstaat, bevatten daardoor allemaal dit dubbele aantal chromosomen. Om
opnieuw te kunnen voortplanten ontstaan er cellen die weer het oorspronkelijk aantal
chromosomen bevatten -> geslachtscellen of gameten.
Recombinatie: de erfelijke informatie van beide ouders dat is gemengd.
Door de recombinatie van de chromosomen zijn de nakomelingen niet exact gelijk aan de ouders
en onderling verschillen ze ook: variatie.
De kleine verschillen in het DNA die door mutaties ontstaan, worden bij ongeslachtelijke
voortplanting direct doorgegeven aan de nakomelingen.
Bijna alle meercellige organismen kunnen zich geslachtelijk voortplanten. Hierdoor ontstaat veel
variatie en aanpassing aan de omgeving.
Geslachtscellen
Dubbel aantal chromosomen
Bij geslachtelijke voortplanting vind bevruchting plaats. De nieuwe cel heeft het dubbele aantal
chromosomen en informatie van beide cellen. Door celdeling ontstaat uit de bevruchte cel een
nieuw organisme. Alle cellen bevatten daardoor het dubbele aantal chromosomen.
Het aantal chromosomen in de cellen van een organisme is constant en verandert niet door
geslachtelijke voortplanting. Er vind reductie van het aantal chromosomen plaats. Bij mensen en
veel andere meercellige organismen vindt deze reductie plaats tijdens de productie van de
geslachtscellen.
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller loisneut. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.74. You're not tied to anything after your purchase.