Recht = verzameling van regels ( gebod/ verbod ) die betrekking hebben op handelen van mensen als
leden van samenleving & op organisatie van samenleving met als doel
- het ordenen, uniformeren van menselijk gedrag
- handhaven van regels door geschilbeslechting.
De rechtsbronnen
Positief recht = het geheel van alle geldende rechtsregels ( niet afgeschafte & nog niet ingevoerde regels )
Objectief recht = algemeen geldende & in abstracte bewoordingen gestelde regels (ordenen verhouding
tussen personen door aan hen bevoegdheden & verplichtingen toe te kennen ) ( law )
• Art. 4 van de Grondwet : iedere meerderjarige Nederlander is stemgerechtigd
Subjectief recht = individuele bevoegdheid ontleend aan de regel van objectief recht ( right )
• Iedere meerderjarige stemgerechtigde Nederlander heeft een recht om te mogen stemmen
Samenhang O & S recht: iedere individuele bevoegdheid die iemand jegens een ander of jegens alle
anderen kan doen gelden, moet altijd berusten op een algemene regel.
Rechtsbronnen = bronnen waaruit geldend recht voortvloeit waarbij het gaat om de vorm & niet om inhoud
van regels
1. De wet ( = elke algemeen geldende geschreven rechtsregel afkomstig van 1 tot wetgeving bevoegd
overheidsorgaan )
2. De jurisprudentie ( de rechtspraak = toepassen van eerdere uitspraken door rechters )
3. De gewoonte ( zijn niet in de wet vastgelegd, wel als bindende rechtsregels beschouwd & nageleefd )
4. Verdragen & sommige besluiten van volkenrechtelijke organisaties
Nationaal en internationaal recht
Internationale recht domineert de Nederlandse rechtsorde
( art 93./94. Grondwet )
Volkenrecht = het deel van internationaal recht dat rechtsregels bevat over het verkeer tussen staten
onderling & verkeer tussen staten & volkenrechtelijke organisaties ( verdragen, volkenrechtelijke
organisaties & regels van gewoonterecht )
Verdrag = schriftelijke, bindende regeling tussen staten onderling of tussen staten & volkenrechtelijke
organisaties met typen
1. Verdragen tussen staten waarbij alleen desbetreffende regering wederzijds verplichtingen aangaan
2. Verplichtingen voor wetgevers van aangesloten staten tot het maken/aanpassen van wetgeving
3. Verdragen met rechtsregels die in een staat zonder tussenkomst van wetgever rechtstreeks in het
nationale recht kunnen gelden ( grijpt direct in de soevereiniteit = art 3./6. EVRM )
, Nederland heeft Monistisch systeem: rechtsregels uit verdragen kunnen deel uitmaken van nationaal recht
zonder dat eerst omzetting in nationaal recht nodig is ( vrijwillige inperking van soevereiniteit = art 93.
Grondwet )
4. Regelingen waarbij bevoegdheden tot wetgeving, bestuur & rechtspraak worden opgedragen aan
een internationale organisatie ( art 92. Grondwet )
Voor Nederland vastgelegd in Verdrag betreffende Europese Unie m.a.g geldende rechtsregels afkomstig
van de EU ( = Europese verordeningen: algemene strekking, verbindend in al hun onderdelen &
rechtstreeks toepasselijk in elke rechtsstaat art. 288 van VwEU )
Geheel van rechtsregels afkomstig van EU = Europese Unierecht. Als regel van nationale recht in strijd is
met regel/besluit van internationale herkomst art 94. Grondwet Ne regel kan buiten toepassing
blijven bv bij EVRM
Materieel en formeel recht
Materieel recht = regels met betrekking op rechten en plichten van personen in hun onderlinge verkeer
- Koper van mobiel moet prijs betalen ( plicht ) & heeft recht op levering mobiel
- Verkoper moet mobiel leveren ( plicht ) & heeft recht op betaling van prijs
Formeel/proces recht = regels over wijze van procederen in een juridisch proces ( bij conflicten tussen bv
koper & verkoper waarbij koper de levering via de rechter alsnog kan afdwingen )
- Koper van mobiel heeft al wel betaald, maar verkoper weigert om te leveren
De rechtsgebieden
1. Het staatsrecht
• Regels die betrekking hebben op organisatie van de Staat en zijn organen en op bevoegdheden van
die organen
• Verhoudingen van burgers tot de Staat en de mogelijkheden die de burgers hebben om invloed uit
te oefenen op het functioneren van diverse staatsorganen
Belangrijkste wettelijke fundament = Grondwet = summiere geschreven regeling met belangrijke
gegevens over de organisatie van onze Staat en bestaat uit:
- Grondrechten ( gelijkheidsbeginsel art 1. Grondwet, vrijheidsrechten, politieke grondrechten,
sociale grondrechten )
- Inrichting van Staat en bevoegdheid van de belangrijke overheidsorganen ( de Koning, minister ) =
Organieke opbouw
- Organieke wetten = een wet die uitwerking bevat van een bepaling ( er moeten nadere regels
gemaakt worden in een wet ) in een Grondwet
- Gewoonterecht ( regels ontwikkeld in parlementaire leven & niet in wettelijke regeling vastgesteld/
verhouding tussen regering & parlement, gang van zaken bij kabinetsformatie )
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller yaraknoops. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.