Hieronder vind je vragen ter voorbereiding op college 1-3. De vakgroep humane biologie is ervan
overtuigd dat juist een gedegen start voor dit vak, de slagingskans aan het einde positief beïnvloedt.
In de eerste 3 colleges wordt een belangrijke basis gelegd als fundament voor de rest van het
semester. Aan de hand van onderstaande vragen zal het (doelgericht) bestuderen van het boek
makkelijker gaan.
Werkwijze (als voorbereiding op het 1e t/m 3e college en later het tentamen):
A. Lees de genoemde pagina’s globaal door. Besteed hierbij vooral aandacht aan de
(tussen)koppen, de dikgedrukte termen en de gekleurde tekstblokken
B. Neem aan de hand van de vragen die hieronder gesteld worden meer gedetailleerd de tekst
nogmaals door. Formuleer een bondig antwoord op de vragen. Stel vragen over die vragen die
naar jouw mening onvoldoende zijn beantwoord zijn in de bijbehorende les.
C. Zorg ervoor dat je de samenvattingen in het boek woordelijk begrijpt. Stel zo nodig vragen aan
je klasgenoten of je docent.
D. Na het college en/ of voor het tentamen ga je nogmaals gedetailleerd door de gehele stof heen,
met als verschil dat je nu al precies weet waar deze over gaat. Maak je aantekeningen of een
samenvatting per tussenkop zodat je later gemakkelijk terug kunt vinden waar het gestaan heeft.
Vragen over college 1 (p. 68 t/m 75)
1. Noem voorbeelden van het metabolisme dat in ons lichaam plaatsvindt.
Metabolisme = alle chemische reacties die in ons lichaam plaatsvinden (stofwisseling)
Voorbeeld = afbreken van energierijke substraten
2. Hoeveel kilocalorieën bevatte je ontbijt (of het eerste dat je vandaag gegeten hebt) bij
benadering?
1 boterham met kaas bevat
3. Welke stoffen wordt in ons lichaam energie geput om ATP mee te vormen?
Koolhydraten en vetten. In weinige hoeveelheid ook eiwitten, maar eiwitten worden eerder
gebruikt als bouwstof ipv brandstof.
4. Stel dat je op een dag 50% van je totale energiebehoefte (2500 kcal voor vrouwen en 3000 kcal
voor mannen) uit koolhydraten haalt. Hoeveel gram koolhydraten heb je dan verbruikt?
1 gram koolhydraten levert 4,1 kcal
1250 kcal = 304,9 gram koolhydraten
5. Wat is de rol van enzymen bij het vrijmaken van energie?
Enzymen zijn eiwitten en verbreken chemische verbindingen.
6. Geef overzichtelijk weer wat er overblijft als je energie uit een ATP molecuul haalt.
ATP = Adenosine + ENERGIE + Pi + ENERGIE + Pi + ENERGIE + Pi
Afbraak ATP (ATP-ase) Energie tussen de Pi verbinding komt los ADP + P blijft over
, Voorbereiding college 2 (p. 73 t/m 80).
7. a. Welke stoffen worden gecombineerd voor het vormen van creatinefosfaat?
Creatine + fosfaat
b. Welk enzym help bij de afbraak van creatinefosfaat?
Creatinekinase (CK)
c. Wanneer is het creatinefosfaat systeem uitgeput?
Op het moment dat de ATP en de CP niveaus laag zijn, bijvoorbeeld na een sprint.
8. Welke stoffen kunnen in de glycolyse afgebroken worden?
Glucose of glycogeen
9. Waartoe dient de glycolyse?
Afbraak van glucose voor het verkrijgen van energie (ATP)
10. Waarom wordt de glycolyse ‘anaeroob’ genoemd?
Er is geen zuurstof voor nodig
11. Wat is de functie van mitochondria?
Productie ATP
12. Wat gebeurt er met pyrodruivenzuur (uit de glycolyse) in het oxidatieve systeem?
Het wordt omgezet in acetyl-CoA. Hierna gaat Acetyl-CoA naar de krebs-cyclus. Hier wordt het
volledig afgebroken.
13. a. Wat zijn de restproducten van de citroenzuurcyclus?
Koolstofdioxide en waterstof
b. Wat gebeurt er met deze restproducten?
H+ verbindt zich met co-enzymen (FAD en NAD) en worden naar de elektronentransportketen
gebracht. Hier worden ze gesplitst in elektronen en protonen. H+ bindt aan zuurstof en vormt
H2O. Hiermee wordt verzuring voorkomen.
14. Hoeveel moleculen ATP kunnen er gevormd worden uit respectievelijk 1 molecuul glycogeen en
uit 1 molecuul vrije vetzuur (palmitinezuur)
Glycogeen = 3 ATP
Vetzuur = 6,3 ATP
Werkcollege 2
Kennis stellingen:
1. ATP-vorming kan zowel een aeroob als anaeroob proces zijn.
Klopt, met of zonder zuurstof.
2. ATP –vorming kan tijdens het ATP-CP systeem oneindig doorgaan
Nee, maximaal 20 seconden.
3. Enzymen kunnen het proces van energie vrijmaken versnellen
Klopt, hierdoor wordt ATP sneller afgebroken.
4. Volgens het mass action effect, richt het lichaam zich op alle beschikbare brandstoffen.
Nee, het mass action effect zegt dat het lichaam eerst gebruik maakt van de stoffen die het meeste
aanwezig is.
5. Ons lichaam heeft alleen energie nodig voor groei en herstel
Nee, ook voor bijvoorbeeld spiercontracties.
Begrip/toepassing
1. Voor het effectief vrijmaken van energie tijdens langdurige inspanning kan je het beste een
vetrijke maaltijd nuttigen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller TokeDamgrave. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.73. You're not tied to anything after your purchase.