100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Samenvatting Recht (recht en maatschappij) $7.50   Add to cart

Summary

Samenvatting Recht (recht en maatschappij)

 1 view  0 purchase
  • Course
  • Institution

Hierin kan je de leerstof vinden van het vak recht en maatschappij, onderdeel recht!

Preview 3 out of 21  pages

  • November 6, 2023
  • 21
  • 2023/2024
  • Summary
avatar-seller
HOOFDSTUK 1: HET RECHT EN ZIJN BRONNEN
1. Het begrip recht
 Dankzij het recht is samenleven mogelijk.
 Voorbeeld: geen voorgang van recht -> samenleven moeilijk.
 ‘Een gemeenschap zonder recht, geen recht zonder gemeenschap’  recht zorgt voor een goede
gemeenschap en de gemeenschap zorgt dat het recht zich evalueert.

3 belangrijke elementen moeten aanwezig zijn:
 Gedragsregelen: voorschriften die ons gedrag in een bepaalde richting proberen te sturen.
 Afdwingbaar: worden deze niet nageleefd dan kan er gesanctioneerd worden  is voor iedereen van
toepassing.
 Via staatsapparaat: ontleent zijn gezag aan de overheid (politie en rechtbanken).
Recht ontstaat niet op zich, maar wordt beïnvloed door andere elementen.

2. Indeling van het recht
Opdeling:
 Publiek VS privaat recht:
o Publiek = van toepassing op een hele grote groep  algemeen belang en het goede beheer van de
openbare diensten tot doel.
o Privaatrecht = de verhoudingen tussen individuen, groepen van individuen, rechtspersonen
onderling.
 Nationaal VS internationaal recht:
o Nationaal: binnen staatsgrenzen (België).
o Internationaal: grensoverschrijdend recht overstijgt landgrenzen.

4 groepen:
 Nationaal privaatrecht -> burgerlijk recht: huwelijk + handelsrecht.
 Nationaal publiekrecht -> strafrecht: Hof van Assisen + administratief recht + grondwettelijk recht + fiscaal
recht.
 Internationaal privaat -> elementen voorkomen uit verschillende staten ( huwelijk tussen Belg en
Nederlander) -> vind nooit oplossing maar doorverwijzen naar juist nationaal recht.
 Internationaal publiek -> volkenrecht (Europees recht).

Bijzondere gevallen:
 Collectief arbeidsrecht -> overlappingen zowel publiek als privaat.
 Het sociaal recht -> arbeidsrecht en sociale zekerheidsrecht.
 Sociaal zekerheidsrecht -> verplichte sociale verzekeringen voor werknemers en voor zelfstandigen.




1

,3. Bronnen van het recht
Hiërarchische opsomming  wanneer er tegenstrijdigheid is.
 Internationale rechtsbronnen
 Belgische federale wetgeving
 Gewoonterecht
 Rechtspraak en rechtsleer

Internationale rechtsbronnen -> waarom naleven
 België verdrag sluiten met één of meerdere staten ( België en Nederland afspraken rond drugs)
 België lid worden van internationale organisatie ( Verenigde Naties)

Belgische federale wetgeving
 Federale wetgeving -> geld voor iedereen in België.
o De grondwet:
 Fundamentele rechten en vrijheden.
o Wet:
 Abortus, echtscheiding (er moet bemiddelt worden).
o Koninklijke besluiten:
 Verduidelijken de wet (bemiddeling wordt meer uitgelegd).
o Ministerieel besluit:
 Verduidelijkt een koninklijk besluit -> wordt uitgevaardigd door minister.

 Regionale wetgeving -> afhankelijk van regio’s en grondgebieden.
o Decreten/ ordonnanties:
 Rechtsbron die gemaakt word in gemeenschappen en gewesten.
o Besluit van gewest of gemeenschapsregering:
 Decreten en ordonnanties verduidelijken .
o Provinciale reglementen/ besluiten:
 Reglementen: worden opgemaakt door provincieraad.
 Besluiten: bevatten uitvoerende maatregelen ten aanzien van provinciale maatregelen.
o Gemeentelijke reglementen/ besluiten:
 Reglementen: opgemaakt door gemeenteraad.
 Besluiten: bevatten uitvoerende maatregelen ten aanzien van gemeentelijke reglementen.
Gewoonterecht
 Niet gaan opzoeken -> niet op papier.
 Algemeen gekend dus niet op papier -> hoever een boom moet staan op scheidingslijn.

Rechtspraak en rechtsleer
 Rechtspraak: uitspraken die rechters doen -> meedelen waarom.
 Rechtsleer: boeken, artikelen over rechtsgebieden en rechtsproblemen, geschreven door juristen.



HOOFDSTUK 2: HET BELGISCH POLITIEKE LANDSCHAP
(Examenvraag: 6 jaartallen kennen + wat er gebeurt is via pp, de rest ook kennen)
Ontstaan 1830 (liberale democratie):

2

,  Rechtsstaat: voornaamste taak overheid was persoonlijke rechten van alle burgers te beschermen ->
wetstaat.
 Democratie: verlenen van een stem aan alle burgers -> particratie (partijen hebben het voor het zeggen).
 Scheiding der machten -> scheiding der machten.
 Centralisme: gezag centraal -> regionalisering.
1. Belgische staatshervorming
6 fases:
1. Fase 1: 1970.
o Centrale België wordt verdeeld in taalgebieden.
o Cultuurgemeenschappen.
o Gewesten.
2. Fase 2: 1980.
o Arbitragehof opgericht -> bevoegd voor conflicten tussen wetten en decreten.
o Cultuurgemeenschappen worden gemeenschappen -> naast culturele aangelegenheden ook
persoonsgebonden aangelegenheden.
3. Fase 3: 1988-1989.
o Uitbreiding bevoegdheden gewesten en gemeenschappen.
o Uitbreiding bevoegdheden arbritagehof.
4. Fase 4: 1992.
o Sint Michielsakkoord.
o België een volwaardige federale staat opgebouwd uit gemeenschappen gewesten -> geen
centralisme.
o Aanpassing in grondwet.
5. Fase 5: 2001.
o Verruiming bevoegdheden gemeenschappen en gewesten.
o Uitbreiding fiscale bevoegdheden.
6. Fase 6: 2011.
o Splitsing Brussel- Halle- Vilvoorde.
o Overdracht bevoegdheden van federaal naar gewest en gemeenschapsniveau.
o Steeds minder centralisme meer regionalisering.

2. Federale instellingen
 De koning, het parlement en de regering vormen samen de federale instellingen.
 Het federale parlement:
o Kamer van volksvertegenwoordigers en senaat.
o Samen met koning wetgevende macht.
 Federale regering:
o Samen met koning uitvoerende macht.

! Parlementaire onverantwoordelijkheid: mag elke uitspraak doen zonder vervolgd te worden.
! Parlementaire onschendbaarheid: parlementslid kan niet vervolgd worden voor misdrijf gedurende de periode
waarin het parlement zitting heeft.
(Tenzij hij (casus Dries) op heterdaad betrapt wordt, dan kan het worden opgeheven).

3. Vlaamse overheid
 Vlaams Parlement (wetgevende) en Vlaamse regering (uitvoerende).
 Provincies en gemeentes -> provinciale en gemeentelijke aangelegenheden

3

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller martyna3620. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $7.50. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

72042 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$7.50
  • (0)
  Add to cart