Samenvatting Coll4 - Gendron, Hogan en praktijkcasus Imtech
10 views 1 purchase
Course
Auditing Theory
Institution
Nyenrode Business Universiteit (Nyenrode)
Samenvatting Coll4:
- Gendron – ‘What went wrong? The Downfall of Arthur Andersen and the Construction of Controllability Boundaries Surrounding Financial Auditing’
- Hogan – “Financial statement fraud: Insights from the Academic Literature”
- Opdracht casus Imtech
Gendron – ‘What went wrong? The Downfall of Arthur Andersen and the Construction of
Controllability Boundaries Surrounding Financial Auditing’
Dit wetenschappelijk artikel gaat over de ondergang van het accountantskantoor Arhur Andersen
door het Enron-schandaal en hoe dit had kunnen gebeuren. Het artikel zoomt in op de
beheersbaarheidsgrenzen van de accountantscontrole. Het artikel is redelijk recent (2009) en is
nog steeds actueel, omdat de discussie rondom vertrouwen in de accountant en de discussie
rondom de relatie tussen commercie en controlekwaliteit van de accountantscontrole nog steeds
speelt.
De vraag die in dit artikel speelt is: “Hoe kan de financial audit worden gecontroleerd?”
Vanuit praktijkperspectief suggereert Gendron dat het redelijkerwijs te aanvaarden is dat het
ontwerp en de verbetering van de controle tenminste voor een gedeelte gebaseerd dient te
worden op de doelstellingen van de controle en/of standpunten van agenten. De
beheersbaarheid van de financial audit wordt in dit artikel vanuit een dubbel standpunt benaderd,
nl: het vermogen van accountantskantoren om controlewerkzaamheden en accountantsgedrag
binnen hun grenzen te beheersen (d.w.z. organisatorische beheersbaarheid) en anderzijds het
vermogen van externe toezichthouders om financial audits te controleren (d.w.z. regelgevende
beheersbaarheid). In het artikel is onderzocht hoe leden van Arhur Andersen, kijkend naar de
ondergang van hen kantoor, de organisatorische- en regelgevende beheersbaarheid van de
accountantscontrole beoordelen. Hiervoor zijn 25 voormalig partners en medewerkers van het
kantoor geïnterviewd.
Volgens de theorie van Ouchi (1979,1980) worden de grenzen van beheersbaarheid van de
accountantscontrole beïnvloed door drie factoren, nl:
1. Market control
2. Bureaucratic control
3. Clan control
Marktbeheersing is gebaseerd op winst- en prijsvergelijkingen om prestaties van
accountantskantoren te meten. Het gaat hierbij doorgaans om compensatieregelingen, m.a.w.
auditfees. (Uitvoer)
Bureaucratische beheersing omvat het gebruik van regels en beleid, maar ook persoonlijk
toezicht, om individueel gedrag te beïnvloeden en prestaties te beoordelen. Het gaat hierbij om de
controle op accountants binnen de accountantskantoren, hierbij kan gedacht worden aan
procedures. (Proces)
Clanbeheersing houdt in dat er wordt vertrouwd op gedeelde normen en waarden om individueel
gedrag te beheersen en organisatorische prestaties te vergemakkelijken. Het gaat hierbij dus om
de normen en waarden van het accountantskantoor en of deze worden nageleefd door de
accountants. (Invoer)
Van de 48 gevraagde personen hebben 25 partners en voormalig medewerkers van Arhur
Anderson gereageerd om deel te nemen aan het onderzoek. Tabel 1 vergelijkt deelnemende en
niet-deelnemende individuen in meerdere dimensies. Hieruit blijkt dat de kans op deelname aan
, het onderzoek relatief hoger is voor Noord-Amerikanen, mannen en voormalig-leden van het
kantoor.
Gedurende het onderzoek zijn 3 hoofdprofielen ontstaan waarin respondenten zijn ingedeeld,
respectievelijk ‘unwavering’ (standvastige), ‘restoring’ (herstellende) en ‘skeptical’ (sceptische)
deelnemers. De ‘unwavering’ deelnemers vertrouwen meer op organisatorische beheersbaarheid
en de effectiviteit van de organisatorische controles van Arthur Anderson. De ‘restoring’
deelnemers vertrouwen meer op organisatorische beheersbaarheid, maar minder op de
effectiviteit van de organisatorische controles van Arthur Anderson. De ‘skeptical’ deelnemers
zien organisatorische controlefouten die niet makkelijk kunnen worden opgelost en vertrouwen
meer op de betrokkenheid van externe toezichthouders.
Figuur 1 weergeeft het perspectief van de geïnterviewde over de organisatorische beheersbaarheid
versus de regelgevende beheersbaarheid. Elke geïnterviewde is in dit figuur geplot op een grafiek,
waarbij het plotten gebaseerd is op de uitkomsten van de interviews. Zoals in figuur 1 is te zien
zijn er 7 blokken ontstaan, waarvan er 3 uitspringen. Dit zijn de drie blokken die eerder genoemd
zijn, nl: Unwavering (Hoog vertrouwen in organisatorische beheersbaarheid en wijten ondergang
aan invloed van elementen die buiten het bereik hiervan liggen), Restoring (Hoog vertrouwen in
organisatorische beheersbaarheid, maar tekortkomingen hiervan hebben wel een rol gespeeld bij
de ondergang van Arthur Andersen) en Skeptical (Hoog vertrouwen in regelgevende
beheershaarbeid, wijten ondergang aan organisatorische beheersbaarheidstekortkomingen).
De overgrote meerderheid van de geïnterviewde beschouwt commercialisme als een kracht die
het beroep laat wankelen. Wanneer gekeken wordt naar de totale groep respondenten wordt
gesteld dat 2/3 van de ondervraagde gelooft dat beheersbaarheid kan worden bereikt door middel
van een combinatie tussen bureaucratische- en clanbeheersbaarheid. Wat ook opvalt is dat oud
partners meer vertrouwen hebben in organisatorische beheersbaarheid en dus eigen kunnen. Oud
medewerkers (niet partners) hebben juist meer vertrouwen in regelgevende beheersbaarheid en
dus extern toezicht.
De ondergang van Arthur Andersen heeft geleidt tot organisatorische verandering bij
accountantskantoren die de bureaucratische houding van partners bevorderen (denk aan de
procedures, regels en beleid). Gendron sluit ten slotte af met een stelling dat er meer onderzoek
nodig is over de gevolgen van een verscherpte controlemechanismen bij accountantskantoren en
dat er meer dan ooit behoefte is aan onderzoek gericht op inzichten van de accountantskantoren
zelf (de werkvloer).
Ik vind het sterke aan dit artikel dat gezocht wordt naar hoe mensen ingedeeld kunnen worden
(organisatorisch en regelgevende voorstanders) om vanuit die indeling eventueel een vertaalslag te
kunnen maken naar vernieuwing in de controles of culturen van accountantskantoren. Verder
vind ik het sterk dat voormalig medewerkers van Arhur Andersen worden ondervraagd, maar
vind ik het weer minder sterk dat er geen medewerkers worden ondervraagd die niets met Arthur
Andersen te maken hebben gehad. Ik denk dat er dan een breder blikveld zou zijn gecreëerd en
gekeken had kunnen worden of de bevindingen bij Arhur Andersen overeenkomen met die van
andere kantoren.
Zelf denk ik dat er een sterke combinatie noodzakelijk is, maar dat het voornamelijk eerst begint
bij de accountantskantoren zelf om veranderingen in hun cultuur door te brengen. Ik vond dit
een duidelijk artikel en heb dan ook geen inhoudelijke vragen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller dennisvaas. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.25. You're not tied to anything after your purchase.
