Vraag 1:
1a. Nee, want in 1815 had de koning nog steeds de meeste macht in Nederland en was
het parlement nog niet bepalend in of een beleid gewijzigd mocht worden.
1b. Ja, er verandert wel degelijk iets tussen de verhouding koning en ministers. De koning
kan namelijk vanaf de grondwetswijziging van 1840 geen rechtsgeldige besluiten nemen
zonder contraseign van een minister op grond van art. 47 van de Grondwet. Daarnaast
ontstaat er ook een verschil tussen de verhouding koning en parlement omdat
strafrechtelijke ministeriële verantwoordelijkheid met zich meebrengt dat het parlement de
machtstoe-eigening van de koning kunnen belemmeren, het betekent niet dat ze
volledige volksvertegenwoordiging krijgen.
1c. Sinds de grondwetswijziging van 1848 werd de macht van de koning ingeperkt en
werden de ministers verantwoordelijk voor het beleid. Daarnaast worden de
bevoegdheden vanaf dat moment samen uitgevoerd, dus de koning, ministers en regering
gezamenlijk. Ook moeten de regering via de ministers verantwoording a eggen bij het
parlement.
Vraag 2:
2a. Koning Willem-Alexander leest troonrede voor vanuit zijn positie als onderdeel van de
regering. Hij doet dit vanuit deze positie omdat het op prinsjesdag worden de
belangrijkste plannen van de regering naar buiten gebracht.
2b. Nee, die bestaat niet omdat de koning geen verantwoording hoeft af te leggen aan het
parlement en bij politieke ministeriële verantwoordelijkheid gaat het juist over dat de
ministers verantwoording moeten a eggen bij het parlement.
2c. Ja, de Tweede Kamer kan de minister-president hierover ter verantwoording roepen
omdat de minister-president verantwoordelijk is voor de daden van de Koning.
Vraag 3:
3a. De vertrouwensregel luidt dat een minister, staatssecretaris of het kabinet als geheel
moet aftreden als zij niet langer het vertrouwen hebben van het parlement.
3b. Ministers zijn verantwoordelijk voor wetgeving en beleid.
3c. Wanneer een motie van wantrouwen is aangenomen.
Vraag 4:
4a. Een kabinetsformatie is het proces waarbij de grootste partij gaat praten met andere
partijen om zo een kabinet te kunnen vormen. Dit is geregeld in de wet (hoofdstuk 11 van
het reglement van orde van de Tweede Kamer.) Een kabinetsformatie duurt bij een stelsel
van evenredige vertegenwoordiging vaak langer omdat alle partijen gehoord moeten
worden en er daardoor meer meningen zijn en partijen daardoor ook weer langer met
elkaar in overleg moeten om tot een compromis te komen en een kabinet te kunnen
vormen.
4b. De voornaamste betrokkene bij een kabinetsformatie zijn de verkenners, de
informateurs (art. 11.1 RovTK) en de politieke partijen.
fl fl
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller luccaschouten. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.97. You're not tied to anything after your purchase.