Medische en tandheelkundige vakkennis 3 iis een mega groot vak over allerlei zaken waar je in de eerste instantie niets van begrijpt. Ik heb alle colleges van dit vak opgenomen en thuis nog maar eens 1 of 2 keer goed doorgenomen. Daarna heb ik in mijn eigen woorden overgeschreven waardoor ik het ze...
College 3: pathogenese en bacteriële infecties
- termen
- verloop infectie
- pathogenese bacteriële infectie
- pathogenese virus infectie
- postulaten van koch
1 infectieuze dosis micro-organismen penetreert door barière gastheercel
2. micro-organisme komt het steriele milieu binnen van ghc
3. micro-organismen gaan naar specifiek weefsel van ghc
4. veroorzaakt trauma in dat specifieke deel, wat ziekte veroorzaakt.
5. verlaat ghc via uitgang om meer ghc’en te infecteren
TERMEN
Pathogenese = de manier waarop een infectie ontstaat en ontwikkeld
Om een infectie op te lopen moet je ten eerste in contact komen met een bepaalde micro
organisme met een bepaalde infectieuze dosis. Per organisme verschilt deze infectieuze dosis
met wanneer iemand ziek begint te worden.
Deze dosis moet wel door een bepaalde barrière heen gaan om te infecteren.
Micro organismen verplaatsen zich naar een bepaald type weefsel als hij het lichaam in komt,
dit weefsel moet voor hem perfect zijn om te groeien en te eten.
Zo’n mo wil niet in het lichaam blijven maar juist naar buiten daarna zodat ie weer anderen
kan infecteren.
Pathogeen = micro-organisme dat in staat is ziekte te veroorzaken. Niet iedere mo is
pathogeen!
Opportunistische pathogeen = pathogeen die alleen ziektes veroorzaakt bij individuen met
een verminderde afweer. (oppurtunity = gelegenheid; wanneer de gelegenheid zich voordoet)
Infectie = wanneer binnengedrongen mo zich gaat vermenigvuldigen en de gastheer ziek
wordt. Lichaam maakt namelijk een ontstekingsreactie aan om het mo te bestrijden waarbij
het verschijnsel ziekte is. (schade mo maakt ook dat je ziek wordt)
Minimale infectie dosis = aantal kiemen die je binnen moet krijgen om ziek te worden/om
een infectie te veroorzaken. (verschilt per mo) (wel binnen bepaalde tijd)
Virulentie = ziekte verwekkend vermogen van een mo (van het ene mo word je snel ziek en
bij de andere word je bijna niet ziek).
- Afhankelijk van:
, Hoeveelheid toxine-productie en hoe invasief (hoe ver dringen ze binnen; hoe dieper, hoe
meer weefsels, hoe meer schadel) ze zijn
- Dit kun je gemeten:
- LD50: 50 procent lethale (dodelijke) dosis; aantal organismen die nodig is om de helft van de
gastheren te doden (vooral in het lab)
Stel je neemt een groep proefdieren en die infecteer je met een bepaalde dosis, en de dosis
waarbij de helft van de dieren dood gaat = 50 procent lethale dosis.
- ID50: 50 procent infectieuze dosis: aantal organismen die nodig is om infectie te veroorzaken
in de helft van de gastheren (ligt vaak lager dan ID, omdat je om dood te gaan eerst
geïnfecteerd moet zijn!)
Verschillende soorten infecties:
- endemische infectie = constant aanwezig op laag niveau (niet dat iedereen ermee
geïnfecteerd is) in bepaalde populatie (malaria)
- epidemische infectie = vaker voorkomt dan normaal (griep/zika virus)
- pandemische infectie = wereld wijd (HIV)
VERLOOP INFECTIE
Stadia in (acute) infectie:
Als je in contact komt met een micro-organisme maak je eerst een acute infectie door, wat
later chronisch kan worden. (als het mo niet wordt opgeruimd)
1 incubatie periode = tussen besmetting en eerste symptomen (je merkt dan nog niks, geen
symptomen dan)
2 prodromale periode = niet-specifieke symptomen als koorts, malaise (toestand waarin het
slecht gaat), verlies eetlust
3 acute specifieke ziekte = kenmerkende ziekte symptomen
4 herstel periode = afname ziekte gezond
Soorten infectie:
Bepaalde types van virussen/bacteriën veroorzaken niet standaard één soort infectie!
Sommigen kunnen meerdere soorten infecties veroorzaken.
- subklinische infectie; asymptomatisch; infectie zonder waarneembare symptomen (zonder
symptomen dus ze weten niet dat ze ziek zijn maar ze geven het wel door). herpes simplex
waterpokken EBP virus; ‘’everybodies virus’’ = ziekte door pfifer
- chronische infectie (drager) = hebben een acute infectie doorgemaakt, het is wel over maar
ze hebben wel nog om in zich (bijvoorbeeld hepatitis b): pathogeen niet compleet verwijderd.
- latente infectie = virus is aanwezig maar wel slapend, soms activeert het virus zich maar tot
die tijd heeft het geen waarneembare symptomen
Plaatje:
‘’ Hepatitis B: mensen zijn in prodromale periode niet lekker (misselijk, grieperig, moe,
buikklachten, moe) bij acute specifieke ziekte zie je pas geelzucht, donker urine, veranderende
kleur van ontlastig.’’
als je in contact komt met hepatitis B maak je eerst acute infectie door 90% van de mensen
hersteld (hepatitis B is dan opgeruimd waarna je er vanaf bent). 9% kan chronisch worden
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller annabelkuijzer1997. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.79. You're not tied to anything after your purchase.