Alle werkcolleges zijn uitgewerkt, met bijbehorende artikelen en jurisprudentie zoals besproken in de betreffende colleges. Ook zijn er algemene aantekeningen en tips met betrekking tot het tentamen opgenomen
Stappenplan btw:
1. Ondernemerschap(volgens artikel 7 OB) (Wie?)
2. Belastbare prestaties(bezwarende titel valt hieronder): levering van goederen, diensten, invoer en
intracommunautaire transacties artikel 3 en 4 Wet OB (Wat?)
3. Plaats artikel 5 en 6 Wet OB (Waar?)
4. Maatstaf + tarief (Hoeveel?)
5. Vrijstellingen (vb. behandeling in ziekenhuis sociale vrijstelling)
6. Aftrek van voorbelasting
7. Verschuldigdheid(afdracht van belasting)
Opdrachten uitwerkingen aan de hand van bovenstaand schema.
Opgave 1
Wat is het rechtskarakter van de btw?
Met het rechtskarakter van een belasting wordt bedoeld: ‘wie en wat de wetgever wenst te belasten met een
belasting en waarom’. Met de omzetbelasting bedoelde de wetgever een belasting op bestedingen. Degene die
de belasting uiteindelijk betaald, is de consument -> niet diegene die door de omzetbelasting aangewezen is als
belastingplichtige.
Kenmerken:
- Indirecte belasting: de ondernemer is de belastingplichtige, terwijl de consument de btw belastingdruk
draagt. (praktische oplossing: anders consumptie belasten ondoenlijk)
- Consumptie wordt belast
- Algemene belasting: alle consumptie is onderworpen aan btw (accijns is dit bijv. niet)
Opgave 2
Marieke is de dochter van Bakker Gerard. Als klein kind liep ze al in rond in de bakkerij en op haar 16e is ze
voor 16u in de week in dienst getreden bij haar vader. Op haar 18e is zij de bakkersopleiding gaan volgen en in
2015 heeft zij haar diploma behaald.
Naast haar werk bij de bakker bakt Marieke ook regelmatig op verzoek van vrienden taarten. Zij vraagt daar
niets voor, maar krijgt vrijwel altijd een bol.com bon of een fles wijn als bedankje.
Vragen
a) Is Marieke ondernemer in de zin van de omzetbelasting?
Een ondernemer is: ieder die duurzaam een beroep/bedrijf zelfstandig uitoefent (art. 7 OB).
Art. 9 btw richtlijn heeft het over economische activiteiten i.p.v. beroep/bedrijf.
1. Ieder
2. Zelfstandig
3. Beroep/bedrijf economische activiteiten: (je moet aan beide vereisten voldoen)
- Duurzaam streven naar opbrengst
Werkcolleges Omzetbelasting
, - Bezwarende titel (anders dan om niet): rechtsbetrekking(tolsma arrest) en rechtstreeks verband
tussen de prestaties en de verplichting(apple en pear arrest / golfclub arrest)
Marieke in loondienst bij haar vader geen ondernemerschap want je bent niet zelfstandig
Ieder:
- Marieke is een natuurlijke persoon.
Bedrijf/beroep:
- Marieke streeft niet duurzaam naar opbrengst, ze krijgt weliswaar een cadeaubon of een fles wijn maar
dit is niet van tevoren afgesproken, er is dus geen rechtsbetrekking(arrest Tolsma).
Zelfstandig:
- Marieke oefent hierbij zelfstandig haar werkzaamheden uit.
Ze voldoet niet aan alle vereisten en is daarmee geen ondernemer in de zin van de omzetbelasting.
Marieke krijgt regelmatig complimentjes voor haar innovatieve recepten, ze besluit deze dan ook bij te houden
op een blog MariekeBakt.nl. De website loopt zo goed, dat het ook de aandacht van
Koopmans en Dr. Oetker trekt. Zij besluiten contact op te nemen met Marieke om advertenties op haar
website te laten plaatsen. Marieke ontvangt per advertentie een vergoeding van 500 euro en iedere twee
weken worden er nieuwe advertenties geplaatst.
b) Is Marieke voor het bloggen op de website MariekeBakt.nl ondernemer voor de omzetbelasting?
Een ondernemer is: ieder die duurzaam een bedrijf zelfstandig uitoefent (art. 7 OB en art. 9 richtlijn).
Ieder:
- Marieke is een natuurlijke persoon.
Bedrijf:
- In eerste instantie heeft ze alleen een blog: niet duurzaam streven naar opbrengst onder een
bezwarende titel.
- Op het moment dat ze geld krijgt voor de advertenties: nu streeft ze wel duurzaam naar opbrengsten
want ze heeft een afspraak gemaakt voor het verrichten van een dienst tegen een vergoeding
Zelfstandig:
- Marieke is hier zelfstandig
Ze voldoet hiermee aan alle vereisten en ze is daarmee een ondernemer in de zin van de omzetbelasting.
Opgave 3
Is een directeur-grootaandeelhouder ondernemer voor de omzetbelasting? Motiveer het antwoord en benoem
hier ook de relevante jurisprudentie.
Nee, door het Van der Steen arrest. Daarin werd bepaald dat een natuurlijke persoon die in naam en voor
rekening van de belastingplichtige vennootschap alle werkzaamheden daarvan ter uitvoering van een
Werkcolleges Omzetbelasting
,arbeidsovereenkomst deed, waarvan hij ook enig aandeelhouder was, zelf niet een ondernemer was. Dan ben
je in dienstbetrekking en dan ben je ondergeschikt (niet zelfstandig).
Opgave 4
Geef aan welke uitspraken van het Hof van Justitie van de EU iets zeggen over het begin- en het einde van een
ondernemerschap en geef in eigen woorden de relevante rechtsregels weer.
Begin ondernemerschap:
HvJ 14-02-1985 Rompelman 268/83 (basisarrest)
➔ Op het moment dat je de eerste investeringshandeling onderneemt ben je ondernemer mits je je
intenties kan onderbouwen met objectieve feiten.
HvJ 29-02-1996 INZO C-110/94
➔ 100.000 euro kosten gemaakt met een vooronderzoek, uit dit onderzoek bleek dat met voorgenomen
activiteit geen winst gemaakt kan worden. Door deze uitkomst van onderzoek geen onderneming
begonnen. HvJ: Het vooronderzoek kwam voort uit een ondernemershart en er was een intentie om
een onderneming te beginnen die hij kon onderbouwen met objectieve feiten. Btw mogen ze in aftrek
nemen omdat ze vanaf eerste investeringshandeling ondernemer zijn.
Gabel-Frisa(minder belangrijk)
In Spanje was er een regeling dat je een jaar van tevoren een verklaring moet hebben van
ondernemerschap dan pas btw aftrek mogelijk. Deze eis is niet redelijk zegt het HvJ: je mag als
wetgever geen onredelijke eisen stellen aan ondernemerschap.
Einde ondernemerschap:
HvJ 03-03-2005 Fini H C-32/03
➔ Ondernemer sloot 10 jarige huurovereenkomst af (niet opzegbaar). Na 5 jaar beëindigd hij
ondernemingsactiviteit maar wil btw blijven aftrekken. HvJ: btw is aftrekbaar, want er is een causaal
verband met de onderneming van destijds. Er moet dus een onlosmakelijke samenhang zijn met de
onderneming van destijds.
Opgave 5
Je ziet ze steeds meer: tablets. Tijdens festivals en concerten gebruiken mensen zelfs hun tablet om foto’s mee
te maken. Het Nederlandse IT-bedrijf TAB wil met zijn eigen tablet, “the new TAB” de markt betreden. Steven is
aandeelhouder van TAB Holding BV. De enige activiteit van TAB Holding BV is het houden van deelnemingen in
diverse vennootschappen.
De 100% deelneming van TAB Holding, TAB BV verkoopt de New TAB aan winkels in Nederland, in België en
Zwitserland. Steven vormt het bestuur van deze vennootschap. Een andere 100% deelneming van TAB Holding
BV, TAB Consumer Lifestyle BV richt zich op de directe verkoop van de New TAB aan particulieren in Nederland.
Deze verkopen vinden uitsluitend plaats via het internet. Het beheer van de internetpagina (de webwinkel) van
TAB Consumer Lifestyle BV is ondergebracht in TAB e-commerce BV. Deze vennootschap is voor 60% in handen
van TAB Holding BV. De overige 40% van de aandelen is in eigendom van een investeringsmaatschappij. TAB e-
Werkcolleges Omzetbelasting
, commerce BV brengt maandelijks een vergoeding in rekening aan TAB Consumer Lifestyle BV voor het gebruik
van de internetpagina. De enige andere omzet die TAB e-commerce behaalt, bestaat uit de fee die zij jaarlijks in
rekening brengt aan TAB BV. TAB e-commerce is gevestigd in een pand die door Steven wordt verhuurd aan
TAB e-commerce. Het bestuur van TAB e-commerce BV bestaat naast Steven uit een bestuurder die namens de
investeringsmaatschappij optreden. TAB Holding BV bezit ook alle aandelen in een vennootschap in Frankrijk,
TED R&D Sarl. Deze vennootschap draagt zorg voor de research en development. Steven vormt het bestuur van
deze vennootschap.
Vanuit TAB Holding BV worden de genoemde dochtervennootschappen aangestuurd. In 2013 is voor die
activiteit geen vergoeding in rekening gebracht. De enige inkomstenbron van TAB Holding BV bestond toen uit
dividendinkomsten. Per 1 januari 2017 berekent TAB Holding BV wel een management fee aan de andere
groepsvennootschappen.
a) Wat zijn de vereisten voor een fiscale eenheid?
Art. 7 lid 4 OB:
- Alle deelnemers moeten afzonderlijk ondernemer zijn
- Alle deelnemers moeten in Nederland gevestigd zijn dan wel een vaste inrichting in Nederland hebben
- De deelnemers moeten financieel verweven zijn: meer dan 50% aandelenbezit , in geval van stichting:
overwegende zeggenschap
- De deelnemers moeten organisatorisch verweven zijn: zelfde bestuurlijke leiding, meer dan 50%
- De deelnemers moeten economisch verweven zijn: zelfde klantenkring of interne prestaties aan elkaar
leveren of complementaire ondernemingen(koffiemelk en koffie)
b) Is hier een fiscale eenheid voor de omzetbelasting te onderkennen, en zo ja: tussen welke entiteiten? Nb: Er
hoeft hier nog geen aandacht te worden besteed aan de btw-behandeling van leveringen van goederen en
diensten (belastbare handelingen)
Alle vereisten van de fiscale eenheid moet je per lichaam/natuurlijk persoon toetsen.
Ondernemerschap:
1. Is steven ondernemer ? Nee van der Steen arrest hij is in dienstbetrekking bij de bv, maar hij verhuurt
ook een pand aan e-commerce.
3 vereisten: hij is een ieder en zelfstandig en voldoet aan beroep/bedrijf. Voor de verhuur van het pand
is hij wel ondernemer
2. Is de holding ondernemer? 3 vereisten: ieder, zelfstandig, economische activiteit
Houden van aandelen leidt niet tot ondernemerschap, dit volgt uit Polysar arrest. Maar als je
managementtaken verricht tegen vergoeding is dit anders Floridienne/Berginvest arrest. In deze
casus twee situaties: 2016 en 2017. 2017: Ja ze krijgen een vergoeding dus ondernemerschap volgens
Floridienne/Berginvest arrest. 2016: holding ontvangt geen vergoeding dus geen ondernemerschap
volgens Floridienne/Berginvest arrest en ook niet volgens andere 2 opties. 2 andere opties die kunnen
leiden tot ondernemerschap bij het houden van aandelen: arrest Welcome trust(1)als je
bellegingsactiviteiten het normale effectenbeheer te boven gaan en Harnas en Helm(2)
verlengstukgedachte ‘’motor en zijspan’’: zijspan is het houden van obligaties die echt hoort bij de
hoofdactiviteiten van de onderneming(=de motor)
Betekent dit automatisch dat de holding niet kan worden opgenomen in de Fiscale Eenheid? Nee
holding resolutie: een topholding die beleidsmatig en sturend bezig is richting haar
Werkcolleges Omzetbelasting
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jacobprovoost. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.01. You're not tied to anything after your purchase.
