100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
Internationaal Privaatrecht hoorcollege aantekeningen $4.82
Add to cart

Class notes

Internationaal Privaatrecht hoorcollege aantekeningen

6 reviews
 158 views  8 purchases
  • Course
  • Institution

Zeer uitgebreide aantekeningen van de hoorcolleges van het vak IPR 2017/2018.

Last document update: 6 year ago

Preview 4 out of 70  pages

  • December 23, 2017
  • January 12, 2018
  • 70
  • 2017/2018
  • Class notes
  • Unknown
  • All classes

6  reviews

review-writer-avatar

By: Janineveldthuis • 6 year ago

review-writer-avatar

By: irissusanne • 6 year ago

review-writer-avatar

By: kristelacar • 6 year ago

review-writer-avatar

By: Leonieee • 6 year ago

review-writer-avatar

By: riannedreijer • 6 year ago

review-writer-avatar

By: derkjanpilat • 6 year ago

avatar-seller
Hoorcollege IPR
Week 1A:Wat is IPR?
Het IPR is anders dan het nationale privaatrecht. Het komt in beeld wanneer de casus niet louter
beperkt is tot Nederland, maar er grensoverschrijdende aspecten aan te pas komen. Het IPR is ook
anders dan wat wij tot nu toe tijdens onze studie hebben gehad. Normaal bouwen master vakken
door op wat je in de bachelor geleerd hebt. Dit is ‘nieuw’ in die zin.

Nieuws: ‘winkelreus Amazon breidt uit in Nederland’. Het Duitse webwinkelbedrijf wil in Nederland
bezig. Ze gaan geen Nederlandse webwinkel maken, maar hun Duitse webwinkel interessanter maken
voor Nederlanders. Betaling via iDeal is bijvoorbeeld mogelijk nu. Duitse winkel opereert dus op de
Nederlandse markt. Amazon heeft ook contracten met Nederlandse bedrijven die producten
aanbieden. Stel, je schaft iets aan, dan komt er een overeenkomst tot stand. Bij bol.com is het
gewoon een via Nederlands recht, want het zijn twee Nederlandse partijen. Maar in dit geval komt er
een overeenkomst tot stand tussen de Nederlandse consument en een Duits bedrijf. Is dat wel zo
logisch dat dit wordt beheerst door het Nederlandse recht? Of moet het Duitse overeenkomstenrecht
hierover betalen? Wanneer is er sprake van wanprestatie? Nederlands of Duits recht? De logica dat
het Nederlandse recht automatisch van toepassing moet zijn, ontbreekt hier.
Of jij betaalt je product niet, je hebt het teruggestuurd. Amazon zegt nooit wat ontvangen te
hebben. Ze gaan naar de Duitse rechter. Moet jij daar dan heen? Ben jij verplicht naar Duitsland te
gaan? of moet Amazon uitwijken?
Dit zijn allemaal vragen van IPR. Vragen of de rechter wel bevoegd is kennis te nemen van een
geschil.
Je kunt je ook de vraag voorstellen, indien de rechter wel bevoegdheid aanneemt, wat er dan
met het vonnis gebeuren moet? Kan in Nederland dat Duits vonnis worden uitgevoerd? Kan het Duits
bedrijf loonbeslag leggen op jouw loon hier in Nederland? Heeft hij een Nederlands vonnis nodig of
kan hij het Duitse vonnis hier uitvoeren? Ook allemaal IPR vragen.
Algemene voorwaarden. ‘Duits recht is altijd van toepassing’. Jij vinkt argeloos aan. Vraag is
altijd of zo’n rechtskeuze geldig is, zo’n forumkeuze. Ook dit is een vraag van IPR.

IPR is dus overal om ons heen.

Ander voorbeeld is het programma ‘Ik vertrek’. Dit is typisch een IPR programma, je kunt het
internationale aspect niet ontkennen hier.
Girbe en Ronald zijn hun leven in Nederland zat en beginnen voor zichzelf in Tenerife. Daar nemen ze
een restaurant over, Happas. Ze nemen het huurcontract over en de goodwill en inventaris. Huur
2750, andere 98.000 euro. Goodwill en inventaris zijn allebei van een andere Nederlander die in
Spanje woont.
Vragen die dan opkomen zijn welk recht van toepassing is op de overnameovereenkomst.
Nederlands recht omdat iedereen Nederlands is? of Spaans omdat daar het restaurant is? En naar
welke rechter moeten Girbe en Ronald toe als Arjan hun inderdaad een kat in de zak heeft gekocht?
Zou de Nederlandse rechter bevoegd zijn? Of moet je naar de Spaanse rechter omdat Arjan daar
woont? En stel dat je een Nederlands vonnis hebt, kun je daarmee dan ook iets in Spanje?

Na deze collegeperiode kun je de vragen (als het goed is) beantwoorden.

Het gaat niet alleen om de theorie, maar ook om het toepassen bij IPR. Houdt er rekening mee dat je
zelf de regels moet kunnen toepassen. Dat is de manier hoe het op het eind getoetst wordt.

,De dagelijkse praktijk is vol IPR. Bijvoorbeeld de grensoverschrijdende milieuvervuiling. De Rijn
ontspringt in Zwitserland, stroomt door Frankrijk, Duitsland dan in Nederland en komt dan in de
Noordzee uit. De Rijn heeft een grote rol gespeeld in het Kalimijnen arrest. In Frankrijk zit een fabriek
die zout wint aan de Rijn. Het water van de zoutwinning werd in de Rijn gegooid. Dat is veel
goedkoper dan afvalverwerking immers. Dat gebeurt een lange tijd. Het water wordt steeds zouter.
De tuinders in Nederland gebruikten dat water voor bevloeiing van hun gewassen. De gewassen
werden er niet beter op en de tuinders leden enorme schade. De tuinders achterhaalden wie
verantwoordelijk waren voor dat zoute water. Ze kwamen bij het Franse bedrijf. Ze starten een
procedure bij de Nederlandse rechter voor schadevergoeding. De Fransen ontkenden natuurlijk
allereerst, maar stelden ook dat de Nederlandse rechter niet bevoegd was. Het was een Frans bedrijf
in Frankrijk, dus waarom zou het naar de Nederlandse rechter moeten? De Nederlandse rechter
moest toen natuurlijk over zijn bevoegdheid spreken. Brussel Ibis-Verordening, art. 4 en art. 7. Art. 4
zegt dat je iemand met woonplaats in een lidstaat moet dagen voor de rechter van het land van zijn
woonplaats. Dan moest dus inderdaad naar de Franse rechter worden gegaan. Het blijft echter niet
bij art. 4. Art. 7 sub 2 kan uitkomst bieden misschien. Onrechtmatige daad: rechter van de plaats waar
het feit zich heeft voorgedaan of zal voordoen. Naast woonplaats kun je dus ook naar deze plek toe
gaan. De rechter kwam er niet helemaal uit en stelde prejudiciële vragen. voor de plaats kunnen 2
concepten worden verstaan: plaats van handelen als de plaats waar schade is geleden. Dit valt allebei
onder art. 7 sub 2. Dat redde de tuinders. Plaats van handelen is Frankrijk, maar waar de schade werd
geleden is overduidelijk de tuin in het Westland, in Nederland. Daar gebruikten de tuinders het zoute
water. Daar gingen de gewassen dood. Daar lijden ze schade.
Nu hebben we eigenlijk alleen nog maar bepaald of de rechter bevoegd is. vervolgens is er
dus een vordering uit OD. De rechter zal vervolgens nog moeten beoordelen of er wel een OD is.
Wordt dit door 6:162 beheerst of het Franse recht? Dat moet hij ook nog vaststellen. Vervolgens
moet in dat rechtsstelsel nog worden uitgezocht of het onrechtmatig is, of er vergoeding moet komen
en hoe hoog dat is.
Voordat je aan de uiteindelijke beantwoording komt, heb je dus allerlei andere vragen. ben ik
bevoegd en welk recht moet ik toepassen? Als dat beantwoord is, dan is het IPR eigenlijk op. De
rechter moet dan echter nog verder en aan de hand van het toepasselijke recht beantwoorden of er
een OD is. Het kan zijn dat de Nederlandse rechter buitenlands recht moet toepassen! Dit kan
natuurlijk ongelooflijk moeilijk zijn. Vaak wordt het met een bevooroordeelde blik bekeken, we willen
immers ons eigen recht toepassen. Maar soms zegt ons IPR toch dat je ander recht moet toepassen.

Een ander voorbeeld: voetbaltransfers.
‘Eerste Japanner ooit in dienst van FC Groningen’. Ritsu Doan komt bij FC Groningen. Deze zomer
werd hij aangenomen. Eerst voor een jaar gehuurd, daarna gekocht voor 3 jaar. Hij speelde voordat
hij in Groningen kwam in Japan. Er moest een overeenkomst worden gesloten tussen het Japanse
voetbalbedrijf en FC Groningen over de huur van Doan. Bovendien zou er een arbeidscontract zijn.
drie verschillende partijen die verhoudingen aangaan. Maar op zo’n huurovereenkomst ten aanzien
van een Japanse speler die in Groningen komt, welk recht is dan van toepassing? Japans recht?
Nederlands recht? Maakt het nog uit waar hij gaat spelen? En als hij gekocht wordt, welk recht is dan
op de overeenkomst van toepassing? En welk recht geldt op de arbeidsovereenkomst?

Twintig jarig model voor voornamelijk lingerie is ontevreden over benen en billen. Ze krijgt daar zelfs
psychische klachten van. Ze kiest voor een liposuctie behandeling, die ze laat uitvoeren in België.
‘billen zijn gaan hangen, striae, en huidoneffenheden’. Het is dus na de operatie nog erger. Dat komt
door foutief handelen en onkundig uitgevoerde liposuctie. Wat nu te doen? Het is een medische
behandelovereenkomst tussen de Nederlandse dame en de Belgische kliniek. Welke rechter mag
hierover oordelen? Wat is het toepasselijke recht?
Rome I-Verordening, art. 4 lid 2. Welk van de partijen heeft de meest kenmerkende prestatie gedaan?
Het recht van het land van die woonplaats is van toepassing. Belgische kliniek voert de liposuctie uit,
vrouw betaald. Kenmerkend is niet het betalen van geld, maar het uitvoeren van de liposuctie. Bij

,bijna elke overeenkomst is betalen een voorwaarde, dus kenmerkend is dat vrijwel nooit. De
Belgische kliniek verricht de kenmerkende prestatie. Op basis van art. 4 lid 2 is Belgisch recht van
toepassing.
Maar Rome I bevat ook een art. 3. Recht dat partijen hebben gekozen. Dit kan uitdrukkelijk of
indirect gebeuren. Het zou zo kunnen zijn dat in afwijking partijen zelf een keuze hebben gemaakt. Je
kunt hier in feite voor elk willekeurige recht kiezen. Je moet dus bezien of de overeenkomst een
rechtskeuze bevat. Want dan is dat recht van toepassing.
Maar… het is hier een consumentenovereenkomst. Voor de consumentenovereenkomst
gelden bijzondere regels. Een van de voorwaarden is dat de professionele wederpartij zijn of haar
diensten moet hebben gericht op het land van de consument. Het moet dus zo zijn dat de Belgische
kliniek zich (mede) richt op Nederlandse patiënten. Nabehandeling of eerste consult konden in
Utrecht. Dat is dus zeer zeker gericht op Nederlanders. Het recht van het land waar de consument
woont is dan ineens van toepassing. Niet het Belgische recht, maar het Nederlandse recht moet
worden toegepast.
Bevoegdheid van de rechter in dit geval. Hoofdregel Brussel Ibis, art. 4 weer. In principe het
recht van het land waar jouw wederpartij woonachtig is. in principe in ons geval dus België. Ten
aanzien van de OD was art. 7 sub 2, je kon eventueel ook naar een andere rechter. voor geschil uit
verbintenissen mag het ook, maar dan is het art. 7 sub 1 a. Is uitgevoerd of moet worden uitgevoerd.
Is ook weer de Belgische rechter hier. Nederlandse rechter bevoegd, dan had het in Nederland
moeten worden uitgevoerd. Het helpt de Nederlandse rechter dus niet.
Maar je hebt ook art. 25: de partijen mogen een forumkeuze uitbrengen. Haal rechtskeuze
(welk recht is van toepassing) en forumkeuze (welke rechter) niet door elkaar!

Voorbeeld: Recht in de regio, mr. Frank Visser.
Mevrouw kwam aan tafel. Ze is getrouwd in Las Vegas. Ze wil scheiden, ze wil van het Amerikaanse
huwelijk af. Dat zou dan in Amerika moeten gebeuren volgens de gemeente. Wet Conflictenrecht
huwelijk. Het huwelijk wordt erkend in Nederland. Als ze opnieuw wilt trouwen, moet ze scheiden. Ze
heeft geen huwelijkse voorwaarden. Ze is getrouwd dus in gemeenschap van goederen. De vrouw is
dus ook aansprakelijk voor zijn schulden.
Er werd dus over allemaal vragen van IPR gesproken. Haar probleem is dat haar is verteld dat
ze in Nederland niet van echt zou kunnen scheiden, dat de Nederlandse rechter niet bevoegd is
kennis te nemen van de echtscheiding. Maar in dat kader vraagt meester Visser zich eerst andere
dingen af: zou het huwelijk hier in Nederland wel geldig zijn? als het huwelijk niet geldig is hier, hoeft
ze immers niet te scheiden. Het huwelijk werd erkend, wet conflictenrecht huwelijk (is echter
ingetrokken in eind 2012, de regel geldt echter nog wel steeds dat het erkend wordt). In 2012 zijn
veel conflictenwetten ingetrokken en samengevoegd in burgerlijk wetboek 10. Vervolgens de vraag
welk recht van toepassing is op het huwelijksvermogensregime. Twee Nederlanders in Nederland die
toevallig op vakantie trouwden, dus Nederlands recht. Derde vraag: is de Nederlandse rechter
bevoegd ten aanzien van de echtscheiding? Hier is ook een verordening voor: Brussel II-bis, art. 3.
Gerechten van de lidstaten waar de echtgenoten hun gewone verblijfplaats hebben o.a.. Beiden
wonen nog in Nederland. Nederlandse rechter is dus zonder problemen bevoegd. dat het in het
buitenland is gesloten, doet niet ter zake.
Als de rechter zegt dat hij bevoegd is, is de volgende vraag welk recht. Daarover zegt art.
10:56 iets. Altijd beheerst door het Nederlandse recht. Erkenning van het huwelijk was in art. 10:31
BW.

De vragen spelen niet alleen op grote afstanden. Het speelt ook wanneer bijvoorbeeld iemand net
over de grens is gaan wonen omdat de belasting daar lager is.

IPR bestaat uit 3 onderdelen:
1. Internationaal bevoegdheidsrecht. Welke rechter is bevoegd?
2. Het toepasselijke recht (conflictenrecht). Welk recht geldt tussen partijen?

, 3. Erkenning en tenuitvoerlegging
Het conflictenrecht is het materiële IPR, de andere 2 zijn het formele IPR.

Het internationaal privaatrecht is geen internationaal recht. Het IPR is nationaal recht voor
internationale gevallen. Er bestaat dus het Nederlands internationale privaatrecht en het Duitse
internationale privaatrecht. Het kan wel zijn dat in landen hetzelfde IPR wordt toegepast, door
bijvoorbeeld verordeningen. Het doel is belemmering voor internationaal rechtsverkeer wegnemen.
Op het moment dat je een overeenkomst met iemand in de collegezaal sluit, dan heb je een
Nederlandse overeenkomst. Met IPR heb je niet te maken. Nederlands recht beheerst de verhouding.
Maar stel je verkoopt het aan iemand die in Duitsland woont. Dan komt de vraag op welk recht van
toepassing is. zonder regels van conflictenrecht is die vraag niet te beantwoorden. Dan kun je je
rechtspositie niet inschatten. Als je dat niet kunt inschatten, ga je ook geen overeenkomst aan.
Daarom hebben we de regels nodig om contracteren met buitenlandse partijen mogelijk te maken.
Wanneer heb je regels van IPR nodig? Allereerst is rechtsverscheidenheid nodig. Als
Nederlands recht en Duits recht hetzelfde zijn, maakt het immers niet uit welke van de twee je nodig
hebt. Zelfs als er rechtsverscheidenheid is, heb je geen IPR nodig als alles in hetzelfde land gebeurt.
Daarom heb je grensoverschrijdend rechtsverkeer nodig.
De verwijzingsregels geven geen eindoplossing, maar ze verwijzen naar het rechtsstelsel
waarin je de oplossing moet zoeken. Het is een fase eraan vooraf dus als het ware. Voordat je de
materiële oplossing zoekt, moet je eerst weten in welk recht je de oplossing moet zoeken. Dat is wat
het IPR doet. Het is geen oplossing van het geschil, maar een hulpmiddel voor de oplossing van het
geschil. De uitkomst kan heel goed zijn dat de Nederlandse rechter uiteindelijk buitenlands recht
toepast.

Waar vind je de regels van het IPR? In de eerste plaats vind je het in verordeningen vanuit Brussel.
Ook de Europese commissie wil zo veel mogelijk vrij verkeer. Obstakels moeten worden
weggenomen. De EC wil in de Europese verordeningen ervoor zorgen dat alle landen op dezelfde
manier, via dezelfde Europese regels, zoeken welk recht ze moeten toepassen. Daarnaast hebben we
verdragen, zoals de Haagse Conferentie. Vierjaarlijks komen ze bij elkaar om te spreken over
mogelijkheden tot IPR verdragen. Hebben we geen verordening of verdrag, dan gelden de regels van
het nationale internationale privaatrecht, dus burgerlijk wetboek 10. Ook het wetboek van
rechtsvordering is soms nodig, zoals bij erkenning en tenuitvoerlegging. Daarnaast de rechtspraak van
de Nederlandse rechter, maar ook van het HvJ.


Week 1B
Kunst uit de Krim in Nederland. Inmiddels is het regime in de Krim anders. Rusland wil het terug, de
Krim wil het zelf ook natuurlijk houden. Welk recht zou straks worden toegepast?
IPR beoogt alle grensoverschrijdende conflicten te beslechten.


Bestaansvoorwaarden IPR:
- Rechtsverscheidenheid. Als het recht niet verschilt, maakt het niet uit wat je toepast.
- Grensoverschrijdend verkeer. Als niemand de grens over gaat, is er ook geen probleem.
Iedere staat kan dan zijn eigen recht creëren en zijn eigen regels toepassen.
Als een van de twee gevallen zich voordoet, heb je het IPR nodig. Dat zie je ook terug in de
geschiedenis.

Allereerst moet je de grondslag weten van het gebruik van het buitenlandse recht. Daarnaast moet je
de methode weten. Hoe ga je op zoek naar het toepasselijke recht?

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Kellyz. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $4.82. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

52355 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$4.82  8x  sold
  • (6)
Add to cart
Added