Dit is een volledige samenvatting van voor het vak ILEREC20. De samenvatting omvat reader "Handelsrecht", de aantekeningen van de colleges en H1, H2 en H4 van het boek "Hoofdlijnen Nederlands Recht".
Dit is de samenvatting van de stof van Logistics Management leerjaar 2.
Recht omvat veel meer dan wetten leren en kennen, hoewel de wet natuurlijk wel een belangrijke rechtsbron
is. Recht vormt een centraal onderdeel van het maatschappelijk leven.
➢ Publiek recht: de overheid is altijd een van de partijen. De overheid wordt vertegenwoordigd door het
openbaar ministerie.
- Bij publiek recht heeft de verdachte niks te zeggen, het openbaar ministerie beslist of het een zaak is
voor de rechter en het uiteindelijke eindoordeel wordt beslist door de rechter.
- Voorbeeld strafrecht: de politie houdt aan en oordeelt ter plekken, de politie is in dit geval met de
vertegenwoordiger van de overheid. De advocaat vertegenwoordigd de verdachte en het openbaar
ministerie vertegenwoordigd de overheid.
- Voorbeeld staatsrecht: mensen mogen niet zomaar hun huis uitbouwen. Daarvoor is een vergunning
nodig, dit kan je aanvragen bij de gemeente (overheidsinstelling).
- Bestuursrecht: heeft betrekking op de mogelijkheden die de overheid heeft om regulerend op te
treden ten aanzien van de maatschappij.
Privaatrecht: recht dat geldt tussen burgers onderling (de overheid kan ook een partij zijn, maar dit is niet
vanzelfsprekend). Het gaat over een koopovereenkomst.
- Personen- en familierecht: regelt zaken als geboorte, huwelijk, geregistreerd partnerschap,
echtscheiding, adoptie, ondercuratelestelling en de regeling van het vermogen tussen echtgenoten.
- Vermogensrecht: regelt alle op geld gewaardeerde handelingen tussen burgers onderling waaraan
juridische gevolgen verbonden zijn.
- Ondernemingsrecht: regelt alle zaken omtrent ondernemingen en bedrijven.
Wetboek, internationale wetgeving gaat voor de nationale wetgeving.
- Gewoonte recht (incoterms = geschreven gewoonte recht) is belangrijk bij handelsrecht, het zijn geen
wettelijke regels.
- Jurisprudentie uitspraken van rechters op verschillende niveaus. Zij bedenken regels aan de hand
van de praktijk, deze regels kunnen in de toekomst rechten worden.
- Materieel recht: heeft betrekking op datgene wat men mag en niet mag (geboden en verboden),
welke rechten en plichten men heeft (inhoudelijk van aard).
- Formeel recht: heeft betrekking op de regels die men moet volgen om het materiële recht te
effectueren.
➢ Overheidsrecht: recht waar je recht op hebt
➢ Arbitrage recht: commercieel recht
3
, Blok 2 Handelsrecht LVlogistiek
Overeenkomstrecht
Een overeenkomst is een afspraak gemaakt door twee of meer personen (partijen), die juridisch relevant zijn.
Een verbintenis is een rechtsbetrekking tussen twee of meer partijen, op grond waarvan de ene persoon
tegenover de ander tot handelen of nalaten verplicht is, terwijl die ander recht heeft op dit handelen of
nalaten. Uit een verbintenis ontstaan dus een recht en een plicht.
• Artikel 6:217 BW er is een overeenkomst wanneer er sprake is van een aanbod aanvaarding.
- De overeenkomst moet rechtsgeldig zijn. De overeenkomst en de kwaliteit van het aanbod mogen niet
in strijd zijn met de wet.
- Er ontstaat geen overeenkomst als er geen aanbod, maar slechts een uitnodiging tot het doen van een
aanbod wordt gedaan.
▪ Bijvoorbeeld: als er bij een advertentie staat ‘prijs n.o.t.k. (nader overeen te komen)
• Artikel 6:221 BW het aanbod vervalt
- Een mondeling aanbod vervalt, wanneer het aanbod niet onmiddellijk wordt aanvaard.
- Een schriftelijk aanbod vervalt, wanneer het aanbod niet binnen een redelijke tijd wordt aanvaard.
▪ De 'redelijke’ tijd/termijn wordt bepaald door het product en/of de omstandigheden.
• Artikel 6:219 BW het aanbod herroepen (intrekken)
- Lid 1: het aanbod kan niet meer worden ingetrokken, als het aanbod onherroepelijk is.
▪ Bijvoorbeeld: als je een datum/termijn bij het aanbod heeft gesteld waarbinnen de aanvaarding
moet plaatsvinden (tot die tijd blijft je aanbod geldig). Als er géén datum bij het aanbod wordt
vermeld kan het aanbod altijd worden herroepen.
- Lid 2: Het aanbod kan niet meer worden ingetrokken, als het aanbod al aanvaard is.
• Artikel 6:225 BW een aanvaarding dekt het aanbod zolang het van kracht is.
Soorten overeenkomsten:
• Wederkerige overeenkomst: een overeenkomst waarbij beide partijen hebben zowel een recht krijgen als
een plicht op zich nemen (twee verbintenissen).
- Bijvoorbeeld: je wil een brood kopen bij de bakker koopovereenkomst. Jij hebt recht op de levering
van een brood; de verkoopster is verplicht jou het brood te leveren. Jij hebt de plicht €2,10 te betalen;
de verkoopster heeft daar recht op.
• Eenzijdige overeenkomst: afspraken waaruit slechts één verbintenis voortvloeit. Eén partij heeft een
verplichting, de andere partij heeft geen inspraak.
- Bijvoorbeeld: je schenkt een paar oude waardevolle munten aan een vriendin
schenkingsovereenkomst. De ene partij is verplicht de oude munten te geven en de andere partij heeft
daar recht op.
• Benoemde overeenkomst: staan apart in het wetboek benoemd, dus specificatie.
- Bijvoorbeeld: koopovereenkomst, verzekeringsovereenkomst en arbeidsovereenkomst.
• Onbenoemde overeenkomst: een overeenkomst die niet expliciet in de wet wordt benoemd (gebruik van
algemene wet)
Soorten verbintenissen
• Inspanningsverbintenis (overeenkomst op expeditie-gebied)
• Resultaatverbintenis (vervoersovereenkomst)
• Garantieverbintenis (komt niet voor in de logistieke branche)
Vijf situaties waarbij de geldigheid van een overeenkomst in gevaar komt:
• Artikel 3:33 BW wilsdefect: wat ik verklaard heb wilde ik (eigenlijk)
niet, daarom kan er, hoewel de wederpartij dat misschien dacht, ook
geen overeenkomst zijn ontstaan.
- Voorbeeld: je wilt een gift doen aan de Nederlandse Hartstichting
van €25. Omdat het nogal laat op de avond is, vul je de bankopdracht verkeerd in. Na enkele weken
blijkt (als je de afschrijving controleert) dat €250 aan de Hartstichting is overgemaakt.
- Wanneer de wil niet overeenstemt met de verklaring kan de overeenkomst nietig worden verklaard.
▪ Door vergissing, verspreking, verschrijving of misverstand
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller LVLogistiek. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.77. You're not tied to anything after your purchase.