ZBMO-model:
Zender
Boodschap:
- Zakelijk: boodschap bevat feiten
- Expressief: boodschap toont gevoel en emotie van de zender
- Relationeel: uit boodschap blijkt hoe de relatie tussen de zender en de
ontvanger is
- Appellerend: boodschap is bedoeld om invloed op de ontvanger uit te
oefenen
Medium
Ontvanger
Feedback: zender krijgt reactie van de ontvanger
Terugkoppeling: zender reageert op de reactie van de ontvanger
Encoderen: omzetten van gedachten naar boodschap door de zender
Decoderen: omzetten van boodschap naar gedachten van ontvanger
Referentiekader: geheel van gewoonten, regels, ervaringen, normen en waarden
waarop de ontvanger zijn denken en handelen baseert
Ruis: factoren die het communicatieproces verstoren:
- Interne ruis
- Externe ruis
Redundantie: overtollige informatie:
- Functioneel
- Disfunctioneel
Verbale communicatie: schriftelijk en mondeling
Non-verbale communicatie: alle niet-talige vormen van communicatie
Metacommunicatie: communicatie over de communicatie.
Communicatiemodaliteit: communicatiewijze die zich onderscheidt van andere vormen
van communicatie.
Informatie: communicatie met een neutraal karakter
Voorlichting: hulp bij menings- en besluitvorming
Public relations: stelselmatig bevorderen van wederzijds begrip
Reclame: overredende informatie
Propaganda: overbrengen van ideeën
Massacommunicatie: openbare, voor iedereen toegankelijke communicatie
Interpersoonlijke communicatie: er is direct contact tussen de communicerende partijen.
, Theorieën over de invloed van massacommunicatie:
1. Stimulus-responstheorie/injectienaaldtheorie
2. Two-stepflowtheorie
3. Kennisklooftheorie
4. Agendasettingtheorie (massamedia bepaalt niet wát we denken, maar waaróver
we denken)s
5. Myceliummodeltheorie
6. Uses-and-gratificationstheorie
Selectieve perceptie: iemand kan zelf bepalen welke informatie hij wil verwerken.
Selectieve retentie: niet alle informatie die een individu waarneemt en opslaat in het
geheugen is op een later tijdstip voor verwerking beschikbaar.
Framing: inkaderen. Theorieën over framing gaan uit van het idee dat mensen situaties
en informatie construeren, presenteren en interpreteren aan de hand van bepaalde
kader.
Cognitieve dissonantie: ongemakkelijke spanning die wordt veroorzaakt door een
handeling die in strijd is met iemands positieve zelfbeeld.
Balanstheorie: individuen trachten inconsequenties in hun houding te vermijden en
daarom streven naar evenwicht en consistentie in hun attitudes.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller IngeLimburg. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.21. You're not tied to anything after your purchase.