Summary
Samenvatting Strafprocesrecht Hoofdfase HAN
- Course
- Institution
Cijfer: 7,7 Dit document bevat aantekeningen van alle college's, alle jurisprudentie, casusvragen en 2 oefententamens.
[Show more]
4 reviews
By: farahNaz • 4 year ago
By: jessicaholland • 5 year ago
By: lottelivius • 6 year ago
By: mlbrando • 6 year ago
Seller
Follow
cicelini
Reviews received
Content preview
College 1.Wat is een belangrijke waarborg voor het formele strafrecht?
Art. 1 SV het legaliteitsbeginsel
‘strafvordering heeft alleen plaats op de wijze bij de wet voorzien’
- De wet = WIFZ
- Regering + SG
- HR Muilkorf
- Democratische en wettelijke grondslag aan (vrijheids)beperkende
bepalingen.
- Strafvordering omvat vroegsporing t/m tenuitvoerlegging. Omvat geen
toezicht o.g.v. art. 2 PW (politiewet).
Preventie kun je onderverdelen in:
1. Generaal effect: voor iedereen/ de maatschappij. Het heeft een afschrikkend
effect. Voorbeeld Wilders uitspraak met zijn minder uitspraak en Sylvana Simons
waar filmpjes over zijn gemaakt. je laat zien aan de maatschappij zien dat het niet
kan.
2. Speciaal: veel meer gerichter op de persoon die het strafbaar feit heeft gepleegd.
In het kader van de straf een behandeling nemen om niet opnieuw het strafbaar feit
te plegen. Een voorbeeld is ook een voorwaardelijke straf.
3. Orde scheppen:
4. Tegemoetkomen aan het slachtoffer: het slachtoffer heeft veel meer rechten
gekregen.
Actoren: reclassering, advocaten, rechters, officieren van justitie, slachtoffer,
verdachte (partijen) die een rol hebben in het strafprocesrecht.
Verdachte art. 27 SV
1. Redelijk vermoeden van schuld
- Uit feiten en / of omstandigheden: objectiveerbaar
1. Aan een strafbaar feit
HR Plastic Boodschappentasje: de verdachte kende de politie en liep over straat en
werd aangesproken door de agenten en die agenten vroegen van wat heb je in je
tasje en de verdachte gaf spontaan toe dat hij boeken had gestolen. Hier was nog
geen sprake van verhoor en verdachte. Pas op het moment dat hij spontaan
toegeeft. Dan moet je ook de cautie afleggen.
HR Hollende Kleurling: hij was hier geen verdachte. Hij rende door een steeg midden
in de nacht en de agenten zagen dat hij uit de kant van een café kwam waar heel
veel gehandeld werd. Er waren geen uiterlijke waarneembaarheden.
HR Stormsteeg: een plek waar veel gedeald werd zagen de agenten dat iemand
werd aangesproken. En diegene gaf een schrikbare reactie.
Verdachte in de fase van vervolging
,Art 27 lid 2 Sv: degene tegen wie de vervolging is gericht.
Daad van vervolging:
- Een dagvaarding ontvangen
- Een strafbeschikking krijgen art. 257a SV
Vragen
Het opsporingsonderzoek kan leiden tot het aanhouden van een verdachte, op
heterdaad of buiten heterdaad. Vervolgens moet de politie, onder
verantwoordelijkheid van het Openbaar Ministerie, een start geven aan het
opsporingsonderzoek met als eindresultaat de vervolging van de verdachte. De
officier van justitie is te allen tijde verantwoordelijk voor hetgeen in het
opsporingsonderzoek plaatsvindt. Omdat het verdachte begrip wellicht wat
weggezakt is dient u onderstaande casus te lezen en aan te geven of deze persoon
aangemerkt kan worden als verdachte.
Twee agenten rijden in een surveillancewagen door het centrum van Nijmegen. Op
een gegeven moment zien zij een auto (BMX X5) met een wat agressieve rijstijl voor
hen rijden. Zij vragen het kenteken op en horen dat de auto sinds gisteren als
gestolen gesignaleerd staat. De agenten besluiten hem een stopteken te geven maar
de bestuurder geeft vol gas en gaat er vandoor. Na een korte achtervolging weten zij
de auto klem te rijden en houden de bestuurder aan als verdachte.
1. Kunnen zij deze bestuurder als verdachte aanmerken én ten aanzien van
welke mogelijke strafbare feiten?
Is hier een redelijk vermoeden van schuld?
- hij kreeg een stopteken
- vol gas wegrijden na het zien politie (hier werd hij objectiveerbaar) HR stormsteeg
- hij wordt gesignaleerd in een gestolen auto (BMW X5)
Deze bestuurder kan als verdachte aangemerkt worden art. 27 SV voor diefstal art.
310 SR en heling art. 316 SR.
Rechten van de verdachte:
1. Zwijgrecht en cautie, beide art. 29 Sv; Zwijgrecht is dat je niks hoeft te
zeggen. Dit is een algemeen recht. De cautie is de mededeling van je bent
niet tot antwoorden verplicht. Als verdachte mag je liegen, maar dat is niet
handig.
2. Bijstand raadsman, zowel consultatiebijstand als verhoorbijstand > zie
college 2.
- Gekozen of toegevoegd: toegevoegd via piketdiensten en gekozen is die jou
vaker heeft bijgestaan.
- Recht op vrij verkeer met verdachte art. 45 Sv
- Gedeeltelijk dezelfde rechten als verdachte art. 48 Sv
3. Kennisneming processtukken art. 30 Sv
,Het slachtoffer art. 51a SV
‘Degene die als rechtstreeks gevolg van een strafbaar feit vermogensschade of
ander nadeel heeft ondervonden’
1. Rechten 51a-51c Sv
- Recht op respectvolle bejegening
- Recht op informatie
- Recht op inzage processtukken
2. Spreekrecht 51e lid 4 Sv
3. Klacht doen in de zin van art. 12 Sv?
4. Benadeelde partij (art. 51f – 51g Sv)
1. Waar is de voeging als benadeelde partij in het strafproces wettelijk
geregeld?
Wat is voeging?: art. 51f SV de schade die jou is toegebracht kan je als benadeelde
partij verhalen en die moet je voegen in het strafproces. Dit kan materiële en
immateriële schade zijn. Hij moet wel eenvoudig van aard zijn.
2. Waar kun je het spreekrecht vinden?
Art. 51e SV. Spreekrecht heb je niet altijd. Het recht kan alleen worden uitgeoefend
wanneer het tenlastegelegde feit een misdrijf betreft waar 8 jaar of meer op staat. De
verdachte moet dulden dat het slachtoffer kan spreken.
Aangifte
Als slachtoffer heb je een bevoegdheid en een verplichting. Als je weet van het
bestaan van een misdrijf ben je verplicht aangifte te doen.
Een aangifte is geen voorwaarde voor het OM om een zaak te beginnen. En een
aangifte kan je niet intrekken. Het is niet anders dan een kennisgeving aan de politie
dat er een strafbaar feit is gepleegd.
l Bevoegdheid tot aangifte art 161 Sv
l Aangifteverplichting art 160 Sv
– Ernstige misdrijven
– Geldt ook voor poging of voorbereiding daarvan (art. 129 Sv)
Klacht
Naast de aangifte heb je ook een klacht die je moet indienen. Het is een extra
voorwaarde dat je zeker weet dat je de persoon wilt vervolgen. Voorbeelden zijn
stalken en belaging.
l Klacht art 164
– Absolute klachtdelicten
Ø Delict alleen vervolgbaar als er een klacht is (bijv. stalking)
– Relatieve klachtdelicten
Ø Ambtshalve vervolgbaar, maar indien bepaalde relatie tussen
dader en slachtoffer alleen op klacht vervolgbaar. (diefstal
tussen echtelieden). Dit geldt dan alleen in die specifieke relatie
en omstandigheid.
, Als er een klacht ontbreekt kan het OM niet-ontvankelijk verklaard worden. Je kijkt in
het artikel en anders in de titel of aan het eind en daar staat of je een klacht moet
indienen.
De politie handelt altijd onder gezag van het OM.
l Ambtenaren van politie: ondergeschikt aan het bevoegd gezag = OM, dit volgt
uit art. 3 PW
– Dit kan onder andere bestaan uit B&W en / of het OM en de minister
van Justitie.
l Taken
– Hulpverleningstaak art. 3 PW
– Art. 12 en 13 PW voor handhaving openbare orde en strafrechtelijke
handhaving.
– Onpartijdigheid
– Bevoegdheden (bijv. art. 8 PW)
Het Openbaar Ministerie
Vervolgingsmonopolie: Wie, wat, hoe en waar
Opportuniteitsbeginsel: art. 167 SV(vormvrij: ze hoeven je niet van sepot op de
hoogte te stellen het mag wel) en 242 SV (niet vormvrij: het OM moet o.g.v. 243 SV
een kennisgeving niet verdere vervolging doen aan de verdachte)
Verdere vervolging betekent dat er een rechter bij de zaak betrokken is.
Er zijn twee sepots:
1. Technisch sepot: Geen of onvoldoende bewijs om te vervolgen. Er is
bijvoorbeeld alleen maar een aangifte of een verdachte die alleen ontkent.
2. Beleidssepot: Het OM kan wel vervolgen maar wil het niet. Er is wel bewijs. Stel
er is een man op hoog leeftijd en wordt op heterdaad aangehouden bij de kassa met
gestolen producten.
Beide sepots vallen onder art. 167 en 242 SV. Het ligt er alleen aan in welke fase de
verdachte zich bevindt. Zodra een rechter of RC naar de zaak gaat kijken dan zit je in
art. 242 SV.
Het Openbaar Ministerie is:
l Ondergeschikt aan minister van justitie (art. 127 RO)
l Taken 124 RO
– Strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde
– Andere bij wet vastgestelde taken
– Leiding over politie bij strafrechtelijke handhaving (art. 13 lid 1 PW).
– Executie art. 553 Sv
l Nemen van vervolgingsbeslissingen. Denk ook aan:
– Transactie (74 Sr): is een sepot onder voorwaarde. Het OM gaat niet
vervolgen en bieden je aan om bijvoorbeeld schade te vergoeden etc.
– Strafbeschikking (257a Sv): is daad van vervolging. Wordt
aangemerkt als vervolging.
De rechter
Taken
– Berechting van strafbare feiten (art. 113 lid 1 GW)
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller cicelini. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $7.83. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
83662 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now