Dit is een samenvatting van het vak 'groepsdynamica' binnen de opleiding 'Pedagogie van het Jonge Kind'. Het examen was 13/11/2023. Je mag steeds naar mijn punten vragen. Heb de uitslag 23/11/2023 :)
1. EEN PEDAGOGISCH ONDERSTEUNER:
De vier verantwoordelijkheden en bijhorende opleidingscompetenties:
Verantwoordelijkheid ten aanzien van kinderen
o Opleidingscompetentie 1 “opvoeden”
o Opleidingscompetentie 2 “ontwikkeling ondersteunen”
o Opleidingscompetentie 9 “reflecteren en innoveren”
o Opleidingscompetentie 10 “omgaan met diversiteit”
Verantwoordelijkheid ten aanzien van gezinnen
o Opleidingscompetentie 3 “dienstverlening afstemmen”
o Opleidingscompetentie 4 “ouders als partners betrekken”
o Opleidingscompetentie 9 “reflecteren en innoveren”
o Opleidingscompetentie 10 “omgaan met diversiteit”
Verantwoordelijkheid ten aanzien van medewerkers en dienstverlening
o Opleidingscompetentie 5 “professionalisering ondersteunen”
o Opleidingscompetentie 6 “sociaalpedagogisch project samen vormgeven”
Opleidingscompetentie 9 “reflecteren en innoveren”
o Opleidingscompetentie 10 “omgaan met diversiteit”
Verantwoordelijkheid ten aanzien van partners en de samenleving
o Opleidingscompetentie 7 “externe partners betrekken
o Opleidingscompetentie 8 “maatschappelijke oriëntatie”
o Opleidingscompetentie 9 “reflecteren en innoveren”
o Opleidingscompetentie 10 “omgaan met diversiteit”
Het concurrerende waardenmodel van Robert Quinn:
Wat is de positie van een pedagogisch ondersteuner:
Bestuurder: de leidinggevende in de rol van de bestuurder neemt de leiding, pakt zonder
aarzelen de zaken aan die gedaan moeten worden, neemt gedecideerd de noodzakelijke
initiatieven en zorgt dat hij alles onder controle heeft. Iemand die liever eerst doet en dan
denkt. Hij houdt de medewerkers voortdurend voor ogen waarom taken gedaan moeten worden
zoals ze gedaan moeten worden, heeft heldere aanwijzingen en laat iedereen precies weten wat
er van hem verwacht wordt.
Producent: de leidinggevende in de rol van producent is taak- en werkgericht. Hij demonstreert
een sterke interesse, motivatie, energie en persoonlijke gedrevenheid. Hij is gericht op het
voltooien van taken en moedigt zo anderen aan verantwoordelijkheid te dragen voor het
afronden van hun taken. Hij weet effectief zijn tijd te verdelen en kan goed omgaan met tijds-
en werkdruk.
, Bemiddelaar/netwerker: de bemiddelaar (ook wel de netwerker genoemd) vertegenwoordigt de
organisatie en fungeert daardoor als verbindingspersoon en woordvoerder. Hij probeert externe
legitimiteit van de doelen van de organisatie te verkrijgen en middelen voor het uitvoeren van
de plannen. Daarbij is het vestigen van een goede reputatie van de organisatie van belang.
Innovator: de innovator richt zich steeds op trends en ontwikkelingen in de omgeving. Hij
gebruikt zijn creativiteit en intuïtieve inzichten om te kijken of de veranderingen binnen de
organisatie gewenst en mogelijk zijn. Als dit zo is, geeft hij de veranderingen vorm en
vergemakkelijkt het implementatieproces. Hij zorgt ervoor dat de organisatie en de mensen
daarbinnen gemakkelijk met veranderingen kunnen omgaan.
Mentor: de mentor bekommert zich om de ander. Hij heeft aandacht voor alle menselijke
aspecten en met name voor de persoonlijke ontplooiing en voor de ontwikkelings- en
carrièremogelijkheden van medewerkers. Hij heeft een open en luisterende opstelling, is eerlijk
en gemakkelijk aanspreekbaar, toont begrip voor anderen, heeft geloof in de mogelijkheden
van de ander en geeft vertrouwen. Hij moedigt medewerkers aan en biedt ondersteuning.
Stimulator: de stimulator doet aan teambuilding. Hierbij moedigt hij samenwerking aan en
vergroot de groepscohesie. Hij betrekt de gehele groep in het nemen van beslissingen en het
oplossen van problemen. Hij bevordert een positief klimaat in de werkgroep, waarbij ieder
groepslid meedenkt en meedoet. Ook helpt hij bij het hanteren van interpersoonlijke conflicten.
Controleur: de controleur houdt zich steeds op de hoogte van feiten en details, analyseert deze
en beslist welke belangrijk zijn. Hij controleert of medewerkers zich aan de regels houden en
bekijkt of de afdeling de gestelde doelen/resultaten bereikt. Hij haalt de informatie uit
schriftelijk stukken of door directe waarneming op de werkvloer. Kenmerkend is dus het sterk
betrokken zijn bij en bezig zijn met informatie; het reduceren van overtollige informatie, het
kritisch analyseren van informatie en het effectief presenteren en doorspelen van informatie.
Coördinator: de coördinator zorgt ervoor dat de werkprocessen vloeiend verlopen door de juiste
mensen, op de juiste plaats, op de juiste tijd, de juiste taak uit te laten voeren. Daarbij horen
ook de benodigde materialen, gereedschappen en geschikte ruimten. Hij houdt zich dus bezig
met het plannen en organiseren van de werkprocessen. Hij wil daardoor een vlotte voortgang
van de werkzaamheden verzekeren. Hij houdt overzicht en structuur in de hand.
2. KENMERKEN VAN GROEPEN
Definieer vanuit verschillende standpunten een groep:
Doel: een groep is een verzameling van mensen die gezamenlijk een bepaald doel willen
bereiken. Individuen worden lid van een groep om een gemeenschappelijk doel te bereiken.
Mensen zoeken aansluiting bij een groep om doelen te bereiken die onhaalbaar zijn om als
individu te bereiken.
Interdependentie: een groep is een verzameling individuen die op een bepaalde manier van
elkaar afhankelijk zijn. Volgens deze omschrijving is er pas sprake van een groep als een
bepaalde gebeurtenis niet alleen één individu, maar eveneens de gehele groep beïnvloedt.
Interactie: een groep is een verzameling individuen die directe contacten (interactie) met
elkaar onderhouden. Als er geen interactie plaatsvindt (verbaal, lichamelijk, emotioneel,…), is
er volgens deze omschrijving geen sprake van een groep.
Perceptie van groepslidmaatschap: een groep is een sociale eenheid die uit twee of meer
personen bestaat die zichzelf als lid van een groep beschouwen. Volgens deze omschrijving
kunnen we pas van een groep spreken als de betrokken personen zichzelf als een lid van de
groep beschouwen.
Gestructureerde relaties: een groep is een verzameling individuen van wie de interacties door
een aantal rollen en normen gestructureerd worden. Individuen binnen een groep kunnen een
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller shannongoffa. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.60. You're not tied to anything after your purchase.