Samenvatting van alle hoorcolleges, gastcolleges, werkgroepen, literatuur uit het boek, voorgeschreven literatuur en jurisprudentie van het vak Jeugdbescherming en jeugdhulp 2023/2024 van de Master Jeugdrecht in Leiden
Jeugdbescherming en jeugdhulp
Week 1 – Het stelsel van jeugdbescherming en jeugdhulp
HC: Historisch perspectief en actoren in de keten
Historisch overzicht
o Historische situatie: vaderlijke macht: vader besliste, geen wetten specifiek voor kinderen. Overheid bemoeide
zich niet met het gezinsleven
o Begin 20e eeuw (1905): kinderwetten strafrechtelijk, administratierechtelijk, civielrechtelijk
Ontheffing: met instemming (ouders deden kind onbedoeld kwaad) Gezag beëindigen
Ontzetting: zonder instemming (ouders deden kind bedoeld kwaad) Gezag beëindigen voor
onbepaalde tijd bedoeld als sanctie, er werd bijv. ook stemrecht ontzegt
Voorlopige toevertrouwing: crisismaatregel als er gronden waren om uiteindelijk een ontheffing of
ontzetting uit te spreken
o 1921:
Ondertoezichtstelling (bedoeld als lichte maatregel waarbij het kind thuis bleef wonen met bepaalde
tijd)
Praktijk: kinderen werden alsnog vaak uit huis geplaatst. De lichte maatregel werd steeds vaker
gebruikt voor zware situaties
Invoering kinderrechter civiel recht en strafrecht combineren
o Na WO II: accent van kind naar gezin professionalisering en versterking maatschappelijk werk verschuiving
van een kinderrechter die alles bepaalde naar een kinderrechter die zich juist liet adviseren door professionals
o 1956:
Ontheffing: met instemming ouders, maar deze instemming werd nooit gegeven Gedwongen
ontheffing een kinderrechter kon ouders ontheffen uit het gezag, terwijl er niet opzettelijk iets tegen
kinderen werd gedaan
o Vanaf jaren ’70: van welzijnsdenken naar rechtsdenken
1971: rapport commissie Wiarda (minderjarige als zelfstandig rechtssubject)
o In jaren ’70:
Belangengroepen pleiten voor rechtspositie minderjarigen en andere belanghebbenden (ouders,
pleegouders)
Start invloed EVRM
Internationalisering jeugdrecht
Politiek blijft behoudend t.a.v. rechtspositie minderjarige:
Notitie 1989: geen versterking processuele bekwaamheid
o Jaren ’90:
Rapporten Gijsbers, Vliegenthart, Koste: belang van rechtswaarborgen, externe controle en verbetering
rechtspositie betrokkenen kinderbescherming
Uitbouw rechten van minderjarigen en ouders (WGBO, informele rechtsingang, OTS-wijzigingen (1995)
IVRK en toenemende invloed van kinderrechten
1995: kinderrechter wordt passief (voogd wordt belangrijk voor de uitvoering van de maatregelen)
o 2005: Wet op de jeugdzorg
o 2008: beëindiging ‘samenplaatsing’: gesloten jeugdzorg
Strafrechtelijk geplaatsten werden samen geplaatst met civielrechtelijk geplaatsten
Tot 2008: civielrechtelijk geplaatsten komen in losse accommodaties vanwege besmetting
o 2011: Kinderombudsman
o 2013: verplichte meldcode kindermishandeling
o 2015: Jeugdwet + herziening kinderbeschermingsmaatregelen
Waarmee ontheffing en ontzegging (zelfde rechtsgevolg) zijn samengevoegd tot: beëindiging gezag
op basis van twee gronden mogelijk
Rol kinderrechter toen en nu
o 1921: kinderrechter belast met rechtspraak en uitvoering
o 1995: kinderrechter beslist op verzoek, Voogd (nu: GI) voert uit (scheiding rechtspraak en uitvoering)
o 2005: verdere beperking ruimte kinderrechter
o 2015: herziening kinderbeschermingsmaatregelen met iets meer bevoegdheden voor de kinderrechter:
geschillenregeling OTS, ambtshalve beslissen over ‘brusjes’
, Jeugdbescherming en jeugdhulp
Meer rechtsbescherming betrokken
o Vanaf jaren ’70: zoektocht naar meer rechtsbescherming betrokkenen
o 1995: herziening OTS (aanwijzing, pleegouders, minderjarigen 12+ meer bevoegdheden)
o 2008: gesloten jeugdzorg (met rechtswaarborgen)
o 2013: versterking positie pleegouders (wijziging Wjz)
o 2015: herziening kinderbeschermingsmaatregelen (geschillenregeling + rechterlijke toets verplaatsing pleegkind
na 1 jaar)
o 2023: rechtsbijstand ouders bij uithuisplaatsing
Commissie de Winter (juni 2019)
o Opdracht om alle vormen van geweld tegen uit huis geplaatste kinderen 1945-2015 in kaar te brengen
o In hele periode kwam fysiek, psychisch en seksueel geweld in de jeugdzorg voor
Tot 1970: vooral fysiek geweld door leiding/pleegouder
Na 1970: meer onderling geweld pupillen
o Veel negatieve gevolgen slachtoffer (vooral van psychisch geweld)
o Conclusie: toezicht heeft gefaald
o Aanbevelingen:
Erkenning slachtoffers
Minder uithuisplaatsingen
Kleinere groepen
Goed geschoold personeel
Meer ondersteuning aan de ouders
Gezinsvoogd actiever
Meer toezicht
Rapport Bouwen aan bescherming 2022:
o De overheid maakt haar plicht om kinderen te beschermen tegen seksueel geweld onvoldoende waar
Vrijwilliger kader Jeugdwet
Gedwongen kader Burgerlijk Wetboek
, Jeugdbescherming en jeugdhulp
HC: Het jeugdhulpstelsel en de Jeugdwet
Herziening jeugdhulpstelsel:
o Oplopende kosten onder De wet op de Jeugdzorg, dus:
o Vanaf 1 januari 2015: Jeugdwet jeugdzorg/jeugdhulp wordt de verantwoordelijkheid van de gemeenten
o Achteraf was de herziening van het stelsel niet heel handig met name vanwege het meteen bezuinigen
Uitgangspunt Jeugdwet = de eigen kracht van de jeugdige, diens gezin en sociale omgeving, en inzetten op het
versterken van het probleemoplossend en zorgend vermogen van de jeugdige en diens omgeving
o Eén gezin, één plan, één regisseur
Doel Jeugdwet = eenvoudiger, efficiënter en effectiever jeugdstelsel + kosten verlagen (bezuinigen)
o Transformatie: anders omgaan met hulpvragen van ouders/gezinnen
o Transitie: andere organen beslissen en zijn verantwoordelijk voor de hulpvragen
Wet op de Jeugdzorg Jeugdwet
- Onafhankelijke indicatiestelling - Maatwerk door gemeenten
- Recht op jeugdzorg cliënt - Jeugdhulpplicht gemeente (art. 2.3 Jeugdwet)
- Bureau Jeugdzorg per provincie: - Veel vrijheid gemeente ivm maatwerk:
o Indicaties vrijwillig kader o Toegang zelf inrichten – lokale teams (art. 2.3 Jw)
o Jeugdbescherming/jeugdreclassering o Gecertificeerde instellingen jeugdbescherming en
o Advies Meldpunt Kindermishandeling jeugdreclassering (art. 3.2 Jw)
o Veilig Thuis: kindermishandeling en huiselijk geweld (art.
- Door provincie gesubsidieerde 4.1.1 Wmo)
jeugdzorgaanbieders
- Door gemeente gecontracteerde jeugdhulp (art. 2.6 Jw)
Twee keerzijden van het jeugdhulpstelsel:
o Aan de ene kant:
Door het jeugdhulpstelsel is er meer maatwerk mogelijk
o Aan de andere kant:
Door de vrijheid is er geen heel duidelijk overzicht van wat er nu eigenlijk gebeurd
Sprake van rechtsongelijkheid: in de ene gemeente kan je bepaalde hulp krijgen, terwijl dat in andere
gemeenten niet mogelijk is (vanwege het inkopen van de jeugdhulp)
Doordat er heel veel partijen betrokken zijn, kan het moeilijk zijn toezicht te houden (zowel vanuit de
inspectie als vanuit de gemeente zelf)
Wijkteams zijn geschikt voor lichte hulpvragen, maar hele complexe vraagstukken beginnen ook bij de
wijkteams de wijkteams zijn hier eigenlijk niet geschikt voor
Kinderrechter maakt beslissingen legt kinderbeschermingsmaatregel of jeugdstraf op, maar er
ontstaat een probleem wanneer de gemeenten niet genoeg capaciteit hebben ingekocht, waardoor er
geen uitvoering kan worden gegeven aan de oplegging door de kinderrechter
Decentralisatie verantwoordelijkheden gemeenten:
o Preventie (WMO = Wet maatschappelijke ondersteuning)
o Jeugdhulp (ook jeugd-ggz, jeugd-lvb, gespecialiseerde zorg, gesloten jeugdhulp)
o Zorgmeldingen aan de Raad voor de Kinderbescherming
o Uitvoering maatregelen van kinderbescherming (door GI)
o Uitvoering jeugdreclassering (door GI)
Taken gemeente op grond van de Jeugdwet (art. 2.6 Jw):
o Laagdrempelige, herkenbare toegang (art. 2.6 lid 1 sub b Jw)
o Voldoende aanbod van gecertificeerde instellingen (art. 2.4 lid 2 Jw)
o Voldoende aanbod jeugdhulp (art. 2.6 Jw)
o Consultatiefunctie professionals (art. 2.6 lid 1 sub c Jw)
o Maatregelen bestrijding kindermishandeling (art. 2.6 lid 1 sub d Jw)
, Jeugdbescherming en jeugdhulp
o Jeugdhulp toegankelijk na verwijzing (huis)arts (art. 2.6 lid 1 sub e Jw & art. 2.7 lid 4 Jw)
Landelijke voorzieningen (art. 1a.1 en 1a.2 Jw): kindertelefoon & vertrouwenspersoon
De jeugdbeschermingsketen
o Keten van verschillende organisaties, waarin iedere organisatie een eigen rol en taak heeft
o De keten begint meestal met een signaal van iemand die zich zorgen maakt over een kind
o Doel van de keten: afwenden van een ontwikkelingsbedreiging van een kind
Betrokken organisaties:
o Raad voor de Kinderbescherming
o Gecertificeerde instelling/Nidos
o Jeugdhulpaanbieders
o Kinderrechter
o Politie
o Gemeente (college B&W): algemene voorzieningen/individuele voorzieningen (jeugdhulp)
o Advies- en Meldpunt Huiselijk Geweld en Kindermishandeling (Veilig Thuis)
Maatregelen van kinderbescherming:
o Vrijwillige hulp: via wijkteams, gemeenten, ouders doen hier vrijwillig aan mee
o Drangkader/preventie jeugdbescherming: er wordt nog geen verzoek gedaan bij de RvdK, wanneer ouders zich
aan de volwaarden houden (hierdoor hebben ouders dus geen keuze, want anders RvdK)
Maar is dit dan nog wel vrijwillig? Maatregelen kunnen heel vergaand gaan onder ‘vrijwilligheid’
o Gedwongen hulp: via de RvdK
Route kinderbeschermingsmaatregel:
1) Hulpvraag van of voor kind/gezin OF zorgmelding over kind/gezin
a. Bij de gemeente wijkteams gaan op onderzoek uit gaan inventariseren: wat is de hulpvraag & wat
is de capaciteit binnen het gezin stap 1) vrijwillige hulp. Niet mogelijk: RvdK
b. Bij Veilig Thuis: VT gaan in gesprek met ouders stap 1) vrijwillige hulp. Niet mogelijk: RvdK
Jeugdbeschermingstafel: gemeente + Veilig Thuis + GI + RvdK vrijwillige hulp of gedwongen maatregel?
2) Raad voor de Kinderbescherming doet onderzoek wanneer RvdK gedwongen hulp nodig acht, dient de
RvdK een verzoek in bij de rechtbank
3) Rechtbank legt mogelijk een kinderbeschermingsmaatregel op
4) Gecertificeerde instelling uitvoering van de kinderbeschermingsmaatregel
5) Jeugdhulpaanbieder geeft begeleiding aan kinderbeschermingsmaatregel
Melden kindermishandeling
o Meldrecht in artikel 5.2.6 Wmo: degenen met beroepsgeheim kunnen zonder toestemming van degenen die het
betreft aan een AMHK desgevraagd of uit eigen beweging inlichtingen verstrekken, als dit noodzakelijk kan
worden geacht om een situatie van huiselijk geweld of kindermishandeling te beëindigen of een redelijk
vermoeden van kindermishandeling te onderzoeken
Meldrecht, geen meldplicht!
o Verstrekken van info op verzoek van de Rvdk (art. 1:240 BW): degene die tot geheimhouding verplicht is kan,
zonder toestemming van degene die het betreft, aan de Raad voor de Kinderbescherming inlichtingen
verstrekken, indien dit noodzakelijk kan worden geacht voor de uitoefening van de taken van de Raad
Taken Veilig Thuis (art. 4.1.1 lid 2 Wmo 2015):
o Fungeren als meldpunt/advies geven
o Meldingen onderzoeken
o Onderzoeken welke stappen nodig zijn
o Naar passende instantie verwijzen en overdragen van een zaak
o Justitiële autoriteiten (politie/RvdK) in kennis stellen + melder informeren
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Julie00. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.71. You're not tied to anything after your purchase.