ILEVDH20R2 | Vooraadbeheer
Formules + theorie + voorbeeldopgaven + twee formulebladen voor
de toets van ILEVDH20R2
1
,Blok 2 Voorraadbeheer LVlogistiek
Inhoudsopgave
Algemeen ................................................................................................................................................ 3
Omrekenen ............................................................................................................................................. 6
Uitleg formules ....................................................................................................................................... 7
Afronden ................................................................................................................................................. 7
Push methode (Push Inventory Control) ................................................................................................ 8
Voorraadmodel 0: ROP 0 (Simple “Two-Bin Pull”) ................................................................................. 8
Voorraadmodel 1: ROP 1 ...................................................................................................................... 10
Voorraadmodel 2: ROP 2 ...................................................................................................................... 11
Voorraadmodel 3: Periodic Review (PR)............................................................................................... 12
Voorraadmodel 4: Joint ordering ......................................................................................................... 13
Voorraadmodel 5: Min-Max model ...................................................................................................... 15
Bijlage | Omzet tabel ............................................................................................................................ 18
Formuleblad 1 ....................................................................................................................................... 19
Formuleblad 2 ....................................................................................................................................... 20
2
,Blok 2 Voorraadbeheer LVlogistiek
Algemeen
➢ Pull: op basis van de vraag (alleen hierbij gebruik je voorraadmodellen)
➢ Push: op basis van het aanbod
Relevante kosten (voorraadbeheerskosten):
• Bestelkosten (Procurement costs)
- Bestelkosten = (D/Q) *S
• Voorraadkosten (Carrying costs)
- Voorraadkosten = I * C * (Q/2)
▪ Rente (Capital costs): rente die je moet betalen over het vermogen dat vastligt in de voorraad.
▪ Ruimte (Space costs): kosten van het magazijn, interne transportmiddelen, water en gas.
▪ Risico (Risk costs): producten kunnen bedreven en gestolen worden, verzekeringskosten.
▪ Overige kosten
o Inventory service costs: zijn de kosten voor het pand te verzekeren. En je hebt een
inboedel verzekering en een opstal verzekering.
o Risico kosten: ze noemen het ook wel derving. Voor de belasting dienst ben je verplicht 1x
per jaar balansen. Dan ga je je fysieke voorraad tellen en dat ga je controleren met de
computer. Het verschil schrijf je af want dat is derving. Bij luxe goederen heb je een grotere
afschrijving.
• Nee-verkoopkosten (Out-of-Stock costs)
- Aantal neeverkopen = D/Q * s’d * E(Z)
• - Neeverkoopkosten = D/Q * s’d * E(Z) * K (nee-verkoopkosten per stuk)
- De nee – verkoopkosten zijn anders bij ieder model omdat overal de s’d anders is.
Optimale bestelhoeveelheid (EOQ of Q*)
Bij de optimale bestelhoeveelheid is er een evenwicht tussen de bestel- en voorraadkosten.
De optimale bestelhoeveelheid heeft speciale voorwaarden, maar wordt ook gebruikt als er ongeveer aan de
voorwaarden wordt voldaan.
2𝐷𝑆
Q* = √
𝐼𝐶
Veiligheidsvoorraad (Ss of Vv)
De veiligheidsvoorraad wordt gebruikt om fluctuaties in de vraag en/of levertijd op te vangen.
Ss of Vv = z * 𝑠′𝑑 is de standaardformule. Daarbij is de 𝑠′𝑑 altijd anders.
Ss of Vv = 𝑧 ∗ 𝑠𝑑 ∗ √𝐿𝑇
S’d is bij ROP2 groter dan bij ROP1. Dus dan zijn de kosten van de veiligheidsvoorraad en de ‘stockout kosten bij
ROP2 ook groter dan bij ROP1.
Reorder Point (ROP)
Het re-orderpunt is het punt waarop je opnieuw bestelt. Het punt waarop je besteld is variabel. Je kunt dus
eigenlijk continue bestellen.
R.O.P = 𝑑 ∗ 𝐿𝑇 + 𝑆𝑠.
Gemiddelde voorraad (AIL)
1
AIL staat voor Average Inventory Level. De formule van de AIL in de optimale situatie is A.I.L. = 𝑄 ∗ + Ss. Dit is
2
de basis voor de gemiddelde voorraad.
3
, Blok 2 Voorraadbeheer LVlogistiek
Servicegraad
De servicegraad geeft de kans aan dat het product op voorraad is.
Servicegraad = 1 – Out of stock/Total demand (gemeten gedurende een jaar).
▪ Voorbeeld: Servicegraad van 90%, dus in 10 van de 100 gevallen NEE-verkoop.
De servicegraad bepaalt de z-factor in de veiligheidsvoorraad.
De servicegraad kan per product verschillen. Maar bij een order met meerder producten kijk je naar de
gewogen gemiddelde (weight average fill rate).
Verschillende servicegraden:
- Servicegraad voor de gehele periode
- Servicegraad gedurende de levertijd
- Servicegraad op orderniveau
Servicelevel (SL) = 1 – (D/EOQ) * (s’d * E(z) / D
Voorbeeldopgave (WAFR – Weighted Average Fill Rate)
Als en consumenten naar de winkel komt is de kans dat hij een A, B, AB, ABB of een AC product koopt
A: 99% B: 98% C: 95%
Order Geheel op voorraad (1) Frequentie (2) 1*2
A 99% 20% 19,8000%
B 98% 15% 14,7000%
AB 97,02% (0,99 * 0,98) 30% 29,1060%
ABB 95,08% (0,99 * 0,98 * 0,98) 20% 19,0159%
AC 94,05% (0,99 * 0,95) 15% 14,1075%
96,7249%
ABC-analyse
De ABC-analyse wordt berekend volgens het pareto principe, ook wel 80-20 regel.
Assortiment wordt ingedeeld in
- A-klasse; top 20% artikelnrs, vaak met 80% van de omzet/afzet/voorraadwaarde
- B-klasse; volgende 30% artikelnrs, met 15% van de omzet/afzet/voorraadwaarde
- C-klasse; resterende 50% artikelnrs, met 5% van de omzet/afzet/voorraadwaarde
Je kan een ABC analyse op verschillende manieren uitvoeren:
- Op basis van de afzet (om te kijken hoe je je magazijn indeelt)
- Op basis van de omzet (als je de kosten wilt minimaliseren)
- Op basis van winstbijdrage
- Op basis van de voorraadwaarde (als je de kosten wilt minimaliseren)
- Op basis van de omloopsnelheid
- Op basis van belangrijkheid van het product (bijvoorbeeld artikelen in een ziekenhuis)
- Op basis van de XYZ-analyse (bijvoorbeeld zowel omzet als afzet)
4