Hoofdstuk 1: Hoe onze hersenen en onze erfelijkheid werken
Om het psychisch functioneren van mensen en dus onszelf te kunnen begrijpen moeten we
globaal de werking van twee biologische processen begrijpen: de werking van ons
zenuwstelsel en de interactie tussen de erfelijke aanleg van ons gedrag en
omgevingsinvloeden op de ontwikkeling van ons gedrag.
Ons zenuwstelsel kent twee hoofdbestanddelen: Het centraal zenuwstelsel en het perifeer
zenuwstelsel. Het centraal zenuwstelsel bestaat uit onze hersenen en ons ruggenmerg. Het
ruggenmerg bevindt zich in onze wervelkolom. Het zorgt voor de communicatie tussen de
hersenen en het lichaam. Ook speelt het ruggenmerg een belangrijke rol bij het afgeven van
reflexen. De hersenen bevinden zich in ons hoofd en worden beschermd door een schedel.
De hersenen kennen veel onderdelen zoals de grote hersenen met de cortex, de kleine
hersenen en de hersenstam.
De grote hersenen worden onderverdeeld in twee hersenhelften, elke hersenhelft heeft vier
kwabben. Tussen de hersenhelften bestaat een verdeling van taken. De belangrijkste
verdeling is dat de linkerhersenhelft het rechterdeel van ons lichaam bestuurd en
rechterhersenhelft dat met het linkerdeel van ons lichaam doet. Over het algemeen zijn beide
hersenhelften nodig en geen een helft is meer of minder belangrijk. Hersenhelften staan met
elkaar in contact via de hersenbalk. Ook de hersenenkwabben kennen een bepaalde mate
van specialisatie, maar belangrijker is dat hij vrijwel elk gedrag verschillende delen van onze
hersenen met elkaar samenwerken. Ze doen dat in de vorm van netwerken van zenuwcellen
die vaak meerdere kwabben omvatten.
Onze hersenen bevatten twee soorten bouwstenen: zenuwcellen (neuronen) en gliacellen.
De zenuwcellen zijn er over het algemeen voor het verplaatsen van informatie en voor het
opslaan en bewerken van informatie. Gliacellen kennen veel functies, waaronder het bieden
van stevigheid, het aan en af voeren van voedingsstoffen en afvalstoffen, het aanbrengen van
myeline en waarschijnlijk ook het verplaatsen van informatie.
Myeline is een vettige stof die op veel plaatsen van het zenuwstelsel de axon omhult. Het
zorgt ervoor dat boodschappen snel worden doorgestuurd. Zonder deze stof zou een impuls
er veel langer over doen om via de axon de volgende neuron te bereiken.
Onze hersenen kennen twee vormen van communicatie: het verplaatsen van informatie
binnen een zenuwcel wordt gedaan met elektrische communicatie. Het verplaatsen van
informatie tussen zenuwcellen wordt gedaan met chemische communicatie. Beide vormen
van communicatie kunnen beïnvloed worden. Door ons voedsel, drugsgebruik en
medicatiegebruik wordt de concentratie van neurotransmitters, waarmee chemische
communicatie plaatsvindt, beïnvloed. Elektrische communicatie kan tegenwoordig beïnvloed
worden door pacemakers in de hersenen.
Menselijke hersenen hebben in de loop van een lange evolutionaire ontwikkeling een paar
opvallende kenmerken gekregen, waardoor zij verschillen van de hersenen van andere
diersoorten. Verhoudingsgewijs hebben mensen zeer zware hersenen voor hun lichaam.
Door deze omvangrijke hersenen zijn wij goed in probleem oplossen, maar vooral goed in
, sociale samenwerking, communicatie en elkaar inschatten en begrijpen. Dit wordt de
hypothese van het sociale brein genoemd. Een ander opvallend verschil tussen menselijke
hersenen en die van dieren is dat wij verhoudingsgewijs een erg grote frontaalkwab hebben.
Daardoor kunnen we goed organiseren, plannen en ons gedrag controleren.
Ook bevatten de menselijke hersenen verhoudingsgewijs meer gliacellen dan de hersenen
van dieren. Waarom dit is, en welke functie het vervult, is nog niet goed duidelijk.
Ons perifeer zenuwstelsel omvat alle zenuwbanen en zenuwcellen die de verbindingen
onderhouden tussen onze zintuigen, spieren en organen enerzijds en het centraal
zenuwstelsel anderzijds. Het perifeer zenuwstelsel bevat twee hoofdgroepen. Het
somatisch zenuwstelsel staat onder controle van onze wil. Met ons bewustzijn sturen we dit
deel aan, zoals doelbewust een armspier aanspannen. Het autonoom zenuwstelsel werkt
echter buiten onze wil om. Wij kunnen het niet of slechts indirect beïnvloeden. Een
voorbeeld is de hartslag. Het autonoom zenuwstelsel is op zijn beurt ook weer in twee delen
te onderscheiden die elkaar in evenwicht houden: het sympathisch zenuwstelsel dat
belangrijk is bij activiteit en snel handelen en het parasympatisch zenuwstelsel dat belangrijk
is bij rust en herstel.
Onze erfelijke aanleg is opgeslagen in het DNA. Dit DNA kent veel verschillende afgebakende
deeltjes die genen heten. Genen zijn dragers van erfelijke eigenschappen en zorgen voor de
aanmaak van eiwitten; die dienen weer als bouwstenen van cellen en als lichaamsregelaars.
Het DNA en zijn genen liggen op chromosomen. Mensen hebben 23 chromosoomparen. Van
elke chromosoom hebben wij twee kopieën, een van onze vader en een van onze moeder.
Genen kunnen op twee manieren een erfelijke eigenschap dragen: op een dominante manier
of op een recessieve manier. De erfelijke eigenschap van een dominant gen overheerst die
van een recessief gen. Het ontstaan van vrijwel al onze eigenschappen wordt beïnvloed door
meerdere genen. Naast de erfelijke invloed worden onze eigenschappen ook gevormd door
omgevingsinvloeden. Zo is onze lichaamslengte het resultaat van een erfelijke aanleg in
combinatie met bepaalde omgevingskenmerken.
Achterhoofdskwabben Occipitaal, houden zich bezig met het
gezichtsvermogen zoals het herkennen van
gezichten en het interpreteren van plaatsjes.
Slaapkwabben Temporaalkwabben, de slaapkwabben spelen
een rol bij het onthouden en herkennen van
mensen en voorwerpen en bij het terughalen
van herinneringen. Geluidsherkenning en
spraak worden ook in deze kwabben
aangestuurd.
Pariëtaalkwabben Registeren en interpreteren we lichamelijke
gewaarwordingen (voelen) zoals temperatuur,
pijn of tast. Ze zijn ook actief als je een
rekensom maakt en als je leest.
Frontaalkwabben Houden zich onder meer bezig met de fijne
motoriek zoals schrijven, spraak, stemming,
denkvermogen en plannen maken.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller bsph. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.37. You're not tied to anything after your purchase.