Je moet op een professionele manier omgaan met omgaan: dwz dat je niet zomaar impulsief
te werk kunt gaan, je handelt doelgericht en systematisch maar vooral bewust. Het doel is
om bewust en verantwoord met mensen om te gaan.
Communicatie heeft een doel: nl overbrengen van een boodschap, dus communicatie heeft
steeds een berichtwaarde.
− Vraag: Hoe breng ik mijn boodschap zo goed mogelijk over?
− Antwoord: Door communicatieve vaardigheden
Communicatie:
basisdefinitie: is het overbrengen van informatie uit het brein van de éne persoon
(zender) naar dat van één of meerdere personen (ontvangers). De opdracht vindt
plaats door middel van boodschappen.
is sociale interactie met boodschappen. De zender wil het gedrag van de ontvanger
beïnvloeden.
2. Functies, vormen en soorten
1
Communicatie is functioneel, effectgericht maar niet altijd succesvol. Er is veel mis- en non-
communicatie.
Functies:
Mensen kunnen niet tegen chaos. We hebben de neiging om de wereld om ons heen
te ordenen. Hier kunnen we communicatie voor gebruiken.
Communiceren = ordenen.
Door te communiceren kunnen we greep krijgen op onze omgeving.
Communicatie is zowel voor dieren als voor mensen, een hulpmiddel in de
overleving.
Het is ook een middel om het gedrag van anderen te sturen want we hebben (de
hulp van) die anderen nodig.
Alle intermenselijke communicatie speelt zich af in de sociale context, dwz heeft
betrekking op de omgang tussen mensen.
Mensen communiceren om contact te houden met de wereld: we zijn afhankelijk
van onze omgeving, de natuur bv.
Niveaus
Macroniveau:
allerlei waarneembare, openbare communicatiestromen in onze samenleving, in
Europa, in de wereld.
Dit is het soort communicatie dat we tegenkomen op tv of in de krant, in films en
boeken. We spreken hier van massacommunicatie
Mesoniveau:
communicatie met en bestemd voor een aantal personen, maar niet voor iedereen.
Denk hier aan een communicatie in een organisatie. We spreken hier van interne of
groepscommunicatie
Microniveau:
directe, vaak besloten en vertrouwelijke dyadische communicatie (tussen 2
personen). We spreken hier van persoonlijke communicatie
In een gesprek wordt er een onderscheid gemaakt tussen:
1. taak
Inhoud
Procedure
2. proces
2 Interactie
Gevoelens
Inhoud: alle opmerkingen die gemaakt worden over het gespreksonderwerp
procedure: manier waarop men het gespreksonderwerp behandelt (en hoe). Begin
van het gesprek hierover duidelijke afspraken maken.
Interactie: wijze waarop deelnemers in de groep met elkaar omgaan op dat
moment, staat los van het gespreksonderwerp. Alle opmerkingen die
deelnemers hierover maken, behoren tot dit niveau. Meestal gebeurt
dit weinig omdat de meeste het niet gewend zijn om iets over de sfeer
te zeggen.
Gevoelens: het gevoel van iedere persoon afzonderlijk mbt het gebeuren in de
groep op dat moment.
Met behulp van deze niveaus zijn storingen makkelijker op te sporen en
bespreekbaar. Storingen op inhouds- en procedureniveau zijn makkelijker
bespreekbaar dan op interactie- en gevoelsniveau.
3. Menselijke communicatie
Er is sprake van media-explosie: (te) veel mogelijkheden tot communicatie. Gevolg: te veel
boodschappen niet (willen) zien. (selectie)
We hebben aandacht voor het ene (positieve selectiviteit) en willen de andere niet zien
(negatieve selectiviteit).
, Communicatie
De hoeveelheid persoonlijke communicatie is groter dan ooit. Door dat we dichter bij elkaar
wonen, meer te vertellen hebben, we meer mensen kennen (netwerken), of omdat het
gemakkelijker en goedkoper is.
Betrokkenheid speelt altijd een rol bij communicatie. Die is hoog als het gaat om zaken waar
we belang bij hebben en laag bij veel massa-communicatie.
Bij definiëring van begrip communicatie wordt er vaak uitgegaan dat de zenders en
ontvangers robots zijn, dat het een rationeel proces is. Maar in de dagelijkse praktijk blijkt
dat er veel emoties komen kijken bij intermenselijke communicatie.
Enkele kenmerken van emoties:
− ze beïnvloeden onderwerpen en vorm waarin gecommuniceerd wordt
Bv. Angstige mensen worden sprakeloos of kunnen niet uit hun woorden komen,
angst doet het stem bibberen, vreugde maakt spraakzaam en luidruchtig.
− Mensen zijn in staat om emoties aan elkaar over te brengen, zowel in persoonlijke
contacten als in communicatie met massamedia.
Bv. persoonlijke en groepscommunicatie, of radio tv, film , boek
− We maken in de massamedia intensief kennis met de emoties van anderen.
We lijken heel rationeel maar we zijn het niet. Het brein gaat vaak ongecontroleerd zijn
gang. Het controleert zichzelf. We bezitten geen brein, het brein bezit ons
3
In iedere gesprek kan je minstens 4 fasen onderscheiden:
1. Aanloopfase
2. planningsfase
3. themafase
4. slotfase
Soms zeggen we hetzelfde maar bedoelen we iets heel anders. Mannen en vrouwen
gebruiken wel dezelfde taal maar het bedoelde effect is vaak verschillend.
Hoofdstuk 2: Componenten van communicatie
1. Inleiding
Mens onderscheidt zich in communicatie, niet in zijn lichaamstaal maar hij beschikt wel als
enige over gesproken en geschreven taal.
De nadruk ligt op:
− Niet vrijblijvende contacten
− Effect van communicatie
− tussen de regels lezen
, Communicatie
2. Definitie
Zender zet een idee om in gedachten. Hiervoor moet hij het idee coderen in tekens en/of
symbolen. Hij stuurt deze boodschap via een kanaal naar de ontvanger. Deze codeert de
boodschap op zijn beurt.
Hij krijgt zo'n idee, aan de hand waarvan hij al dan niet handelt: zgn. effect van de
communicatie. De bron ziet dit effect (feedback) en kan aan de hand hiervan de effectiviteit
van de boodschap bepalen. Zo nodig vindt bijbesturing plaats.
De communicatie is geslaagd als het bedoelde effect wordt verkregen. De ontvanger
reageert zo op de boodschap als de zender het beoogde.
3. Componenten van het communicatieproces volgens Fauconnier
4
De componenten:
− De zender
− De ontvanger
− De boodschap
− Coderen in tekens en symbolen
− Het kanaal
− Feedback
− Ruis of noise
3.1. De zender
Interactieve communicatie is een proces dat vaak begint 'in het hoofd' van de zender, hij
heeft behoefte om te communiceren.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller icd1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.33. You're not tied to anything after your purchase.