Criminalistiek = interpretatie en presentatie in de rechtbank, een natuurlijke
wetenschap?
Typen bewijs: medisch/biologisch (DNA, bloedpatronen, anthropologie, pathologie
en toxicologie), fysiek/chemisch (brandstichting, verkeersongelukken, wapens en
gereedschapssporen), microsporen (schietresidu, glas en stof).
Schietresidu zegt iets over de schietafstand, met name als het gevonden is op het
slachtoffer.
Nieuwe digitale technologie → datacommunicatie, image analysis,
gezichtsherkenning/audio en vingerafdrukken.
Criminalisatieprocessen
- Identificatie: samenstelling van sporen.
- Classificatie: type sporen.
- Individualisatie: unieke bron van spoor.
Individualisatie principe → deductie/syllogonisme (premisse A en premisse
B beide waar, kan geen toeval zijn).
Deductie = rule → case (alle zwanen zijn wit → dit is een zwaan dus
hij is wit).
Inductie = case → rule (dit is een zwaan → dit dier is wit dus alle
zwanen zijn wit).
Individualisatieproces:
1. Vergelijk sporen met referentiemateriaal.
2. Zoek naar gelijkenissen en verschillen.
3. Probeer verschillen te verklaren.
4. Is de overeenkomst groot genoeg? Er is nooit zekerheid want je kan niet elke
andere mogelijkheid uitsluiten.
Overdracht van sporen gaat beide kanten op, let op: ‘nature doesn’t repeat itself
exactly’.
Werkcollege
Geen vragen stellen over uniciteit (hoe uniek een item is) maar over
zeldzaamheid van kenmerken en de variatie daarin → vingerafdrukken zijn
uniek maar je kan alsnog niet elk kleine vervormde fragment
identificeren, het is geen volledig beeld en is ook niet elke keer exact
hetzelfde.
, Universiteit Leiden
Fouten liggen bij de onderzoekers (‘deskundigen’), de methodologie moet
getest worden. We missen criteria/standaarden in onderzoek naar
vingerporen → geen ‘error rates’.
Serologie = bloedgroepenonderzoek, voorloper van DNA.
Irrelevante uitspraken: uitspraken die elkaar tegenspreken maar niks met elkaar te
maken hebben, uitspraken met ‘could’. Betrouwbaarheid van uitspraken ligt bij de
onderzoeker…
Voorwaardelijke kans: NIET de kans om bij hetzelfde object dezelfde
defecten te krijgen → P(same deficits | same object) MAAR de kans dat
dezelfde defecten ontstaan bij hetzelfde object → P(same object | same
deficits).
Literatuur
Forensisch bewijs kan het volgende constateren:
- Een bepaald persoon was op een bepaalde plek op een bepaalde tijd.
- Die persoon heeft bepaald gedrag vertoond.
- Dat is gedaan met een bepaald instrument.
- Er is een relatie tussen de twee personen.
Lochard’s principe: een dader (niet elk contact) laat sporen achter bij een PD of
neemt sporen mee van een PD.
Individualiteitsprincipe: twee objecten kunnen niet te onderscheiden zijn maar geen
twee objecten zijn identiek.
individualisatieprincipe: als er voldoende gelijkenissen zijn tussen twee objecten om
toeval te verwerpen, dan hebben deze twee objecten een gemeenschappelijke bron.
Dit kan alleen nooit volledig, de rol van de deskundige is het bepalen van de
bewijskracht (en niet uitspraken doen over individualisatie).
Bertillon: anthropmetrie, reeks van foto’s/afmetingen (informatie) van
botkenmerken die niet veranderen na adolescentie en vingerafdrukken →
onwaarschijnlijk dat twee mensen dezelfde afmetingen hebben gedurende
de reeks.
Poincare kritiek op Bertillon: omgekeerde waarschijnlijkheids probleem (kans op een
effect berekenen voor een gebeurtenis i.p.v. de meest waarschijnlijke oorzaak
berekenen van een effect na een gebeurtenis). Losse bewijsstukken zorgen ervoor
dat we onze beoordeling van de kans op een gebeurtenis/effect kunnen veranderen,
ze kunnen op zichzelf niet de kans bepalen.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller tessvandoorn0. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.87. You're not tied to anything after your purchase.