Twee kantelmomenten: Vlaanderen haalt Wallonië in en mei 1968
(Federaal land: blz. 143-147)
A. De expansiewetten:
a) Door welke maatregelen van de regering Eyskens-Declercq, vastgelegd in
de expansiewetten, werden nationale en internationale investeerders eind
de jaren 1950 naar Vlaanderen gelokt?
- Aanleg van industrieterreinen
- Aanbieden van lage rentes voor economische investeringen
- Toekennen subsidies aan nieuwe bedrijven
- Vrijstellingen van bedrijfsbelastingen
b) Waarom profiteerde de Vlaamse regio wel van de expansiewetten en de
Waalse regio niet?
- De ligging van de Vlaamse regio was gunstig want:
o De lonen lagen er lager
o De vakbonden waren er meegaand
o Er was voldoende behoorlijk opgeleid personeel
voorhanden
o De uitbouw van de sociale zekerheid zorgde voor een
spectaculaire stijging van de welvaart en de koopkracht,
waardoor de Vlaming de nieuwe producten gretig kon
consumeren.
- De Waalse regio profiteerde niet mee want:
o De Waalse geografie, zonder zeehavens, nodigde minder
uit tot moderne investeringen
o Loonkosten hoger dan in Vlaanderen (erfenis van de
industriële gloriedagen daar)
o Waalse socialistische vakbonden waren niet bereid om
de lonen in te leveren
o De scholing van Waalse arbeiders was niet aangepast
aan de nieuwe economische vereisten
c) In welk jaar haalde Vlaanderen Wallonië economisch in en vloeiden de
geldstromen vanuit het rijkere Vlaanderen naar het armere Wallonië? Hoe
reageerde de Waalse beweging daarop?
- 1965 haalde Vlaanderen de Waalse regio in op economisch vlak
kantelmoment
o Dit ging gepaard met gewijzigde geldstromen:
Eerst betaalde Wallonië solidair voor de sociale
zekerheid en voor investeringen in Vlaanderen.
Nadien vloeiden geldstromen vanuit het rijkere
Vlaanderen naar het armere Wallonië.
- Reactie Wallonië: onderkenning (=inzien van) ‘le declin de la
Wallonie’ (=ondergang van Wallonië)
o = De Waalse politici, in het bijzonder de socialisten,
twijfelde er niet aan dat de belangen van de Walen
moedwillig geschaad werden door een complot van de
, Belgische regering, de Vlamingen en de Brusselse
financiële elite.
d) In januari 1960 keurde de Kamer van Volksvertegenwoordigers de
eenheidswet goed om de economische crisis te bezweren. Uit welke drie
algemene maatregelen bestond de eenheidswet?
- Verhoging indirecte belastingen
- Bezuinigingen in de openbare sector
- Rem op de sociale uitgaven
e) Hoe reageerde de Waalse vakbonden daarop? Wie was hun leider? Welke
beweging richtte die leider op in februari 1961? Welke waren de eisen van
die beweging?
- De Waalse vakbonden reageerde defensief.
- Leider: André Renard en de Waalse vakbonden (de Waalse
werknemers kwamen 4 weken lang op straat, hun economie lag zo goed
als plat)
- Beweging: Mouvement Populaire Wallon (MPW)
- samen met Edmond Leburton (= de toenmalige Waalse
socialistische partijvoorzitter)
- De socialistische partijtop was hem te kapitaalvriendelijk geworden;
o Eisen beweging:
Economisch federalisme waardoor de Waalse regio
een zelfstandige economische politiek zou kunnen
voeren.
Antikapitalistische hervormingen
= Renardisme
f) Bespreek de splitsing van de Katholieke Universiteit Leuven vanaf 17 mei
1966.
Opmerking: CVP = Christelijke Volkspartij, de voorloper van CD&V.
VU= Volksunie, de voorloper, toch gedeeltelijk, van N-VA.
PSC= Parti Social Chrétien, de voorloper van CDH.
- Aan de universiteit studeerden Franstalige studenten in een eigen
afdeling/sectie. Dat spoorde niet met de vernederlandsing van het hoger
onderwijs.
- <-> zich baserend op de grondwettelijke vrijheid van onderwijs
bleven de Belgische bisschoppen en Franstalige christendemocraten de
Franstalige sectie verdedigen. (Want dit is een laatste restant van het ooit
verfranste Vlaanderen)
- Nederlandstalige studenten protesteerden tegen de Fr studenten,
want er dreigde plaatsgebrek in de Universiteit. (Geen enkele Vlaamse
partijen sprak het protest tegen, CVP en VU steunden hen openlijk)
- De toenmalige premier (lid van Fr Christendemocraten) probeerde
het wetsvoorstel zo lang mogelijk in behandeling te laten in de hoop dat
de wind zo wel zou overwaaien. Maar in tegendeel zorgde het voor nog
meer politieke frustraties en meer uit de hand lopende protesten van
Nederlandse studenten.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller febenolf. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.35. You're not tied to anything after your purchase.