Ouderenpsychologie
Thema 1 - Inleiding ouderenpsychologie
Studietaak 1.1 - Ouderenpsychologie en beeldvorming over ouder worden
een beschrijving geven van de veranderende maatschappelijke visie op gezondheid en zorg
van de afgelopen jaren
steeds ouder worden, pensioen leeftijd wordt vaak aangehouden voor ‘ouderen’ (65-67+). Toename
levensverwachting en stijging van het aantal mensen in hogere leeftijd; hierdoor meer differentiatie
in leeftijdsgroepen ontstaan. Nu 5 fasen, vroege jeugd (--15), jongvolwassen (15-30), consolidatie
en spitsuur (30-60), actieve ouderdom (60-80, soms liever verlengde middelbare leeftijd genoemd,
en op te verdelen in periode voor en na pensioen) en intensieve verzorging (80+). Niet beter om
ook fase 95-100+ als aparte levensfase? Zelfstandigheid is veranderd; zo lang mogelijk thuis wonen
ipv naar een verzorgingstehuis.
Wordt gedacht: betere gezondheid ou dan voorgaande ou; is niet zo, meer gezondheidsproblemen
en meer zorg behoeven. Steeds meer ou willen na pensioen doorwerken. 1/3 tussen 55-74 doet
vrijwilligerswerk; erg belangrijk economische waarde.
Belangrijk: ouder worden kan niet gevangen worden in algemene beelden en gemiddelde cijfers; te
veel diversiteit en veel uitdagingen om daar goed vorm aan te geven, meer aandacht aan ouder
worden proces ipv kalenderleeftijd.
Vrouwen hogere leeftijdsverwachting. Hoogopgeleiden 7j langere levensverwachting dan laag.
Migratieachtergrond: door stress en uitsluiting; slechtere gezondheid.
Begrip gezondheid vroeger: afwezigheid ziekten. Mensen langer leven door verandering medische
zorg. Healthy ageing model: gezond ouder worden is van belang voor iedereen om het functioneren
zo veel mogelijk te bevorderen en te behouden. De toenemende aandacht voor veerkracht om het
eigen functioneren zo optimaal mogelijk te houden, ook bij tegenslagen. Ontwikkeling = groei,
maar ook behoud functioneren en omgaan met tegenslagen en verlies.
Vroeger: staat verantwoordelijk voor het verlenen van zorg en bevorderen welzijn, nu
participatiesamenleving: burgers zelf verantwoordelijk. Kritiek: moeilijk ou die niet in staat zijn hun
belangen in te schatten.
uitleggen waar de ouderenpsychologie zich mee bezig houdt en waarom deze een steeds
belangrijke rol zal spelen in onze samenleving
anders aan werken met ou: leeftijdsgerelateerde factoren (ouder worden, verandering omgeving en
levensgeschiedenis) kunnen grote invloed hebben op de cliënt, op de therapeut en op de voortgang
van het proces. Werkrelatie= aandachtspunt. Valkuil: ou vaak toegeschreven aan ouderdom;
daarom onoplosbaar gezien;hierdoor missen van behandelbare aspecten; geen ruimte hoop op
verbetering. Samen met de ou zorgvuldig analyseren welke klachten toe te schrijven zijn aan
leeftijd, en welke aan andere factoren. Duidelijk uit leggen dat er vaak iets gedaan kan worden om
lijden te verlichten en de kwali van leven te verbeteren.
de factoren noemen die deel uitmaken van het Contextual Lifespan Theory for Adapting
Psychotherapy (CALTAP) model
in hoeverre en op welke wijze is aanpassing nodig van
de communicatie, het diagnostische en het
behandelproces, en de methoden die daarbij worden
gekozen? Raamwerk om dit te beantwoorden:
de factoren die van belang zijn voor aanpassing van
psychologische behandeling aan de indivi ou.
Stimuleert aandacht voor pos en neg aspecten ouder
worden. Specific challanges: indivi ziekte oa. Ook veel
nadruk sociale context ou. Ook cogni en attitude HV
meegenomen; denk aan gevoelens en stereotype
beelden meenemen uit eigen cohort over ou; oefenen
neg invloed uit op vertrouwen dat verandering
mogelijk is en op motivatie van de HV om te helpen.
Cultuur en cohort heeft invloed op ou; bijv hoe over
problemen denken en praten.
HV; speciale kwali nodig helpen ou; zelfreflectie en
bewustwording eigen beelden, (voor)oordelen en
gevoelens HV tov ouder worden.
uitleggen wat gemeten kan worden met de Aging Perception Questionnaire.
In het artikel wordt beschreven dat het hebben van een positieve attitude tegenover (optimistische
kijk op) de eigen veroudering geassocieerd is met meer gezondheidsbevorderend gedrag, minder
gevoelens van eenzaamheid, minder depressieve gevoelens, betere functionele gezondheid en
zelfs een lager sterfteaantal.
, De originele APQ en de APQ-S (verkorte versie) bestaan allebei uit zeven verschillende dimensies
die corresponderen met zeven verschillende subschalen.
De zeven dimensies zijn:
Chronische tijdslijn, wat betekent dat het bewustzijn van de eigen veroudering chronisch
verloopt/altijd aanwezig is. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o Ik ben me altijd bewust van mijn leeftijd.
o Ik zie mezelf altijd als een ouder iemand.
o Ik ben me altijd bewust van het feit dat ik ouder word.
Cyclische tijdslijn, wat betekent dat het bewustzijn van de eigen veroudering cyclisch
verloopt ofwel komt en gaat in een golfbeweging. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o Ik zit in een cyclus waarin ik afwisselend betere en slechtere ervaringen heb met
het ouder worden.
o Er zijn tijden dat ik me oud voel.
o Van dag tot dag heb ik een ander besef van het ouder worden.
Positieve consequenties, wat betekent dat iemand positieve gevolgen op verschillende
levensdomeinen koppelt aan het ouder worden. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o Naarmate ik ouder word, word ik wijzer.
o Naarmate ik ouder word, neemt mijn persoonlijke groei toe.
o Naarmate ik ouder word, waardeer ik dingen steeds meer.
Negatieve consequenties, wat betekent dat iemand negatieve gevolgen op verschillende
levensdomeinen koppelt aan het ouder worden. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o Het ouder worden beperkt mijn mogelijkheden.
o Het ouder worden maakt alles veel moeilijker voor mij.
o Naarmate ik ouder word, kan ik aan minder activiteiten deelnemen.
Emotionele representaties, wat weergeeft welke emotionele reactie veroudering bij iemand
oproept. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o Denken aan het ouder worden maakt me somber.
o Ik maak me zorgen over het mogelijke effect van het ouder worden op mijn relaties
met anderen.
o Denken aan het ouder worden maakt me boos.
Positieve controle, wat weergeeft in hoeverre iemand het gevoel heeft zelf controle te
kunnen uitoefenen op positieve ervaringen. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o De kwaliteit van mijn sociale leven op latere leeftijd hangt af van mijzelf.
o Of ik nog altijd een volwaardig leven kan leiden, hangt af van mijzelf.
o Of het ouder worden positieve kanten heeft, hangt af van mijzelf.
Negatieve controle, wat weergeeft in hoeverre iemand het gevoel heeft geen controle te
kunnen uitoefenen op negatieve ervaringen. Vragen die horen bij deze subschaal zijn:
o Trager worden op hogere leeftijd is niet iets wat ik zelf in de hand heb.
o Het ligt niet aan mij hoe mobiel ik ben op latere leeftijd.
o Ik kan er zelf niets aan doen als ik later minder vitaal word of mijn levenslust
verlies.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller jeterinkveld. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.97. You're not tied to anything after your purchase.