dit antwoordenmodel heb ik gekregen van mijn docent. het gaat het om het hoofdstuk rechtsstaat. de antwoorden zijn 100% goed en gecontroleerd. ik zit in vwo 4 en heb hier veel aangehad.
VRAGEN blz. 18
1. a. De stelling onder de begincase is: “Deze vormen van corruptie kunnen in rechtsstaat Nederland
niet plaatsvinden.”
Voorbeelden van argumenten:
Eens, door onafhankelijke rechtspraak en controle van politici door onafhankelijke pers zijn dit
soort praktijken hier onmogelijk.
Oneens, want een rechtsstaat is geen waterdicht systeem. Ook in Nederland zijn er
corruptieschandalen.
Twee voorbeelden uit 2017: een douanier werd veroordeeld tot veertien jaar gevangenisstraf
omdat hij coke doorliet in de Rotterdamse haven en een voormalige gedeputeerde in Noord-
Holland kreeg twee jaar en vier maanden cel voor het aannemen van steekpenningen. De omvang
van de corruptie in Nederland is wel onvergelijkbaar met die in Oekraïne.
b. In Nederland is er meer rechtszekerheid en wederkerigheid dan in Oekraïne, omdat je er hier in
principe op kunt rekenen dat niet alleen de burger, maar ook de staat zich aan de wet houdt.
2. - Grondrechten beschermen burgers tegen de macht en willekeur van de overheid.
- Vrije verkiezingen geven burgers indirect zeggenschap over beleid en wetgeving van de overheid.
3. Nee, uitsluitend de bestuurders bepalen welke regels gelden en ze wijken daarvan af wanneer het ze
uitkomt.
Anders dan in een democratische rechtsstaat, accepteert een deel van het volk in veel dictaturen de
macht van de machthebbers niet. Een uitzondering lijkt Noord-Korea. Daar wordt de leider op handen
gedragen.
4. Omdat de macht van de koning hierdoor zou afnemen. Het idee om de politieke macht van de koning te
verdelen over verschillende organen was een radicale breuk met het verleden.
5. Voorbeelduitwerking:
Uitkeringen, kinderbijslag, studiefinanciering, huurtoeslag, sociale huurwoningen, buurthuizen, subsidie
voor sportcomplexen, theaters, musea.
Deze voorzieningen zijn onderdeel van de sociale rechtsstaat omdat ze de welvaart en/of het welzijn
van burgers bevorderen.
6. Voorbeelduitwerking:
- Belasting betalen. In ruil zorgt de overheid voor collectieve voorzieningen, zoals wegen, onderwijs
en uitkeringen.
- Meldingsplicht bij demonstraties. In ruil zorgt de overheid voor de gepaste beveiliging en
bescherming gedurende de demonstratie.
- Houden aan verkeersregels. De overheid ziet toe op naleving. Hierdoor is het veiliger in het
verkeer.
7. De staat is meester door haar macht over de burgers. Tegelijk is de staat knecht omdat burgers
(democratisch) bepalen op welke wijze de staat die macht uitoefent.
8. Uit de zin “Vlak na (…) verklaarden rechters zijn decreet al onrechtmatig” blijkt dat de VS een
onafhankelijke rechterlijke macht hebben die de uitvoerende macht (president/regering) controleert.
Situatie juni 2017: Het Hooggerechtshof in de VS staat een groot deel van de plannen van president
Trump voor een inreisverbod toch toe. Het gaat om een voorlopige uitspraak van het Hooggerechtshof,
de rechters zullen zich er later in het jaar opnieuw over buigen.
3
, Rechtsstaat
9 WAT OF WIE HOORT BIJ WAT? blz. 19
1. Burgerlijk recht a. Code Civil
2. Franse Revolutie e. Vrijheid, gelijkheid, broederschap
3. Grondrechten b. Bill of Rights
4. Montesquieu f. Trias politica
5. Scheidsrechter c. Geweldsmonopolie
6. Verlichting d. Geloof in de rede
7. Verlichte dictatuur g. Machthebber houdt in zekere mate rekening met de bevolking
10 WAT HOORT BIJ WAT? blz. 19
Zie voor een toelichting bij deze thinking skill het document Inleiding en extra’s van de
docentenhandleiding 1 vwo 2017-2018.
Voorbeelden van antwoorden:
a. Rechtsstaat hoort er niet bij, want dat is geen beginsel.
De beginselen zijn noodzakelijke voorwaarden voor een rechtsstaat.
b. Wantrouwen hoort er niet bij, want daar is vooral sprake van in politiestaten.
Van sociale vrede, sociale cohesie en vrijheid is vooral sprake in rechtsstaten.
4
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller EURstudent158. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.32. You're not tied to anything after your purchase.