100% satisfaction guarantee Immediately available after payment Both online and in PDF No strings attached
logo-home
STATISTIEK 1: alle hoorcolleges samengevat (inclusief afbeeldingen en voorbeelden volledig uitgewerkt!) $8.87
Add to cart

Class notes

STATISTIEK 1: alle hoorcolleges samengevat (inclusief afbeeldingen en voorbeelden volledig uitgewerkt!)

 204 views  14 purchases
  • Course
  • Institution
  • Book

Dit document bevat alle hoorcolleges van het vak STATISTIEK 1. De hoorcolleges heb ik allemaal stuk voor stuk terug geluisterd en volledig uitgetypt/uigewerkt. Er mist écht geen enkel stukje informatie! Met deze uitgebreide aantekeningen heb ik zelf een 9.1 gehaald op mijn tentamen. Ik weet zeke...

[Show more]

Preview 4 out of 55  pages

  • November 22, 2023
  • 55
  • 2023/2024
  • Class notes
  • Ilja cornelisz
  • All classes
avatar-seller
Statistiek hoorcollege 1 31-10-2022

 Kansrekening vs. Statistiek: deductie en inductie

- Kansrekening gaat veelal uit van deductie, d.w.z. gegeven dat we alle details weten van
een bepaalde populatie, hoe waarschijnlijk is dan een bepaalde (steekproef-)uitkomst?
Dus, algemeen  specifiek

- Statistiek gaat veelal uit van inductie, d.w.z. gegeven een bepaalde (steekproef-)
uitkomst, wat kunnen we met welke waarschijnlijkheid zeggen over populatie?
Dus, specifiek  algemeen

Voorbeeld: Stel je een lade voor met 100 sokken

- Kansrekening: populatie van 30 rode, 20 blauwe en 50 sokken
 Wat is de kans als je 4 sokken pakt, zonder teruglegging, op 2 blauwe en 2 rode?
 Wat is de kans als je 5 sokken pakt, met teruglegging, op 5 zwarte sokken?

- Statistiek: pak een willekeurige steekproef van 10 sokken (kunnen we op basis van
steekproef iets zeggen over de verdeling in de populatie van sokken?)
 Als we 1 rode, 4 blauwe en 5 zwarte pakken, wat is de verdeling van sokken in lade?
 We doen dit 5x, met teruglegging, en het gemiddelde aantal zwarte sokken is 7 
hoeveel zwarte sokken zitten er in de lade?

Overeenkomsten:
- Kansrekening en statistiek houden beiden rekening met toeval
- Zelfde technieken (bijv. gemiddelde) voor zowel steekproef als populatie
- Statistiek maakt aannames over populatie (bijv. nulhypothese) om deze op basis van een
steekproef te kunnen weerleggen (falsificeren)

 Definitie statistiek
‘’Statistiek is de wetenschap van het verzamelen, organiseren en interpreteren van
numerieke feiten, die gegevens of data worden genoemd’’

A&F (boek): statiscs consists of a body of methods for obtaining and analyzing data
- Beschrijvende statistiek = wat zijn de samenvattende kenmerken van mijn steekproef
(beschrijft steekproef op basis van wat je ziet)  zit geen onzekerheid in
- Inferentiële statistiek = maken gevolgtrekkingen/inferenties op basis van bevindingen in
de steekproef over de populatie als geheel  komt wel met onzekerheid

 Statistiek vs. Methodologie

Methodologie:
Systematische wijze van hoe je (empirisch) onderzoek zou moeten uitvoeren
 Methodologie is het plan, dat je vervolgens gaat uitvoeren

Statistiek:
Het instrumentarium om empirisch onderzoek uit te kunnen voeren
 Gereedschap om het plan goed uit te kunnen voeren

Oftewel: zijn verschillen, maar kunnen in goed empirisch onderzoek niet zonder elkaar
 Onderzoeksvraag en data

, - Vraag: Hoe hoog is de werkdruk van Statistiek 1?

Onderzoeken met behulp van data: observaties van karakteristieken

Gaat bij statistiek steeds om twee werelden  de wereld die je ziet (steekproef) en de
wereld waar je iets over wil zeggen (populatie)

 Populatie: de totale set van deelnemers, relevant voor de onderzoeksvraag
 v.b. populatiegrootheid (parameter): gemiddeld aantal uren zelfstudie per week

 Steekproef: een deel van de populatie waarover data verzameld is
 v.b. steekproefgrootheid (statistiek): gemiddeld aantal uren zelfstudie per week

- Voor goede statistiek is goede data nodig om deze onderzoeksvraag te beantwoorden:
 Betrouwbaarheid (verkrijgen van consistente antwoorden)
 Validiteit (wordt het juiste beeld gegeven? Steekproef kan bijv. te kleine zijn)




 Variabelen, meetniveaus en waardenbereik

Variabele = gemeten karakteristiek die kan verschillen tussen subjecten
- Soorten: gedrags-, stimulus-, subject-, fysiologische variabelen

- Meetniveaus (NOIR):
 Categorisch/kwalitatief
 Nominaal: ongeordende categorieën (kleur ogen)
 Ordinaal: geordende categorieën (opleiding niveau)
 Kwantitatief /numeriek
 Interval: gelijke afstand tussen opeenvolgende waarden (Celsius)
 Ratio: gelijke afstand én absoluut nulpunt (K)

- Waardenbereik:
 Discreet: vast aantal waardes (aantal broers of zussen, bijv. 2 of 3 en niet 2,7)
 Continu: niet vaste waardes (lichaamslengte)




Statistiek hoorcollege 2 02-11-2022

, Inferentiële statistiek
= op basis van een steekproef uitspraken doen over de gehele (doel-)populatie
 Beste door aselecte toewijzing

- Verschil tussen gemeten steekproefgrootheid en populatiegrootheid kan door:
 Natuurlijke variatie (toeval) tussen steekproeven
 Problemen/fouten met of binnen de steekproef

- Steekproefproblemen bij inferentiële statistiek

Doel: betrouwbare en valide uitspraken over populatie op basis van een steekproef
 Steekproefgrootheden moeten dan niet verschillen van de populatiegrootheden

Problemen:

 Steekproefvertekening (sampling bias) - ‘’selectieve werving’’

Voorbeeld: Landon vs. Roosevelt – 1963
The Literary Digest verzamelde 2,4 miljoen
antwoorden onder eigen lezers, car club members en
huishoudens geregistreerd in het telefoonboek
 Mate van welvaart zorgt hier voor vertekend beeld
(dus steekproef niet representatief voor populatie)

 Meetfout (response bias) - ‘’incorrect antwoord’’

Voorbeeld: sociale wenselijkheid, neutraal
antwoord op Likertschaal, onduidelijke of
sturende vraagstelling

 Selectieve response (non-response bias) - ‘’selectieve deelname’’

Voorbeeld: bereidheid tot participatie (bijv. mensen die ontevreden zijn vullen
minder snel vragenlijst in), gevoelige informatie




 Steekproeffout (sampling error) - ‘’toevallige steekproefverschillen’’
 vooral over hebben bij statistiek

Voorbeeld: kleine steekproef uit grote populatie

Oplossing:
‘’Een aselecte steekproef van voldoende omvang die informatie (data) oplevert over
iedereen die benaderd is, met correcte responses voor alle subjecten op alle items’’
- Steekproefmethoden:

,  Enkelvoudige aselecte steekproef
Kenmerken:
 Elke combinatie van deelnemers heeft evenveel kans om steekproef te vormen
 Haalbaar als participanten vanuit gehele doelpopulatie benaderbaar zijn
 Vereist groot aantal willekeurige getallen om steekproef te bepalen

Stap 1: stel steekproefkader (operationalisatie van je populatie) vast
 Bijv. een lijst met alle studentnamen uit de studentadministratie
(operationalisatie) als je iets wil zeggen over alle studenten in NL

Stap 2: trek willekeurig/aselect steekproef van n deelnemers
 Bijv. nummer toewijzen aan iedere student en dan met n willekeurige
getallen studenten kiezen voor steekproef

Stap 3: kies eerste deelnemer aselect en bepaal vervolgens deelnemers met
deze stapgrootte k (hier 5)
 Bijv. voor eerste student willekeurig nummer bepalen (bv. 3) en dan elke
ke student includeren

 Gestratificeerde steekproef
Kenmerken:
 Op voorhand expliciete groepen die met elkaar vergeleken worden
 Binnen iedere groep (stratum) wordt steekproef getrokken
 Kan proportioneel of disproportioneel zijn
 Met name handig bij vergelijken van groepen die verschillen in omvang

Stap 1: stel steekproefkader op

Stap 2: verdeel populatie in strata
 Bijv. jongens en meiden

Stap 3: trek aselect uit ieder stratum
 Bijv. 2 jongens en 2 meiden

 Clusterstreekproef
Kenmerken:
 Niet elke combinatie van deelnemers evenveel kans om steekproef te vormen
 Een steekproef van (natuurlijk voorkomende) bestaande clusters
 Handig als het niet haalbaar is om deelnemers uit alle clusters te benaderen

Stap 1: stel steekproefkader op

Stap 2: verdeel populatie in clusters
 Bijv. scholen

Stap 3: trek aselect aantal clusters
 Bijv. 2 scholen

Stap 4: kies alle deelnemers in getrokken clusters
 Getrapte steekproef
Kenmerken:

The benefits of buying summaries with Stuvia:

Guaranteed quality through customer reviews

Guaranteed quality through customer reviews

Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.

Quick and easy check-out

Quick and easy check-out

You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.

Focus on what matters

Focus on what matters

Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!

Frequently asked questions

What do I get when I buy this document?

You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.

Satisfaction guarantee: how does it work?

Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.

Who am I buying these notes from?

Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller emaass123. Stuvia facilitates payment to the seller.

Will I be stuck with a subscription?

No, you only buy these notes for $8.87. You're not tied to anything after your purchase.

Can Stuvia be trusted?

4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)

53022 documents were sold in the last 30 days

Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now

Start selling
$8.87  14x  sold
  • (0)
Add to cart
Added