Uitgewerkte examenvragen
Hoofdvragen
1) Klinisch georiënteerde vraag: Een boer belt jou op en meldt dat zijn Belgisch Witblauwe
rund ademhalingsproblemen vertoont. De dieren hebben buitenloop naast een vrij drukke
baan. Bij aankomst blijkt dat het dier ook af en toe naar de buikregio stampt en vertoont
het tevens koorts. Bij auscultatie worden zowel ter hoogte van de thorax als het abdomen
vreemde geluiden gehoord. Het is al een paar dagen aan de gang en een andere dierenarts
had het dier reeds behandeld voor pneumonie, zonder resultaat. Wat is volgens jou de
meest waarschijnlijke diagnose? Beschrijf tevens hoe de betrokken structuren zich situeren
tov de omliggende structuren.
Het gaat om een traumatische reticulo-pericarditis. Dit betekent dat een scherp voorwerp
door de netmaag heeft gestoken, aangezien deze vlakbij het diafragma en nog meer craniaal
bij het pericard ligt, kunnen deze structuren ook betrokken zijn bij dit trauma. Door het
voorwerp en uitsijpeling van de maaginhoud, zal dit leiden tot ontsteking. De lever is niet
betrokken aangezien deze door het voormagencomplex naar rechts werd verplaatst. Caudaal
van de netmaag vinden we de pens (het pensatrium) terug. Lateraal vinden we de ribben en
mediaal de lever.
2) Klinisch georiënteerde vraag: Een cliënt belt jou op en meldt dat zijn hond frequent met zijn
achterste “slederijdt” over de grond. Wat is de meest waarschijnlijke diagnose? Bespreek
de ligging van de betrokken anatomische structu(u)r(en).
Dit is een ontsteking van de (glandulae) sinus paranales. Deze parige structuren zijn
gesitueerd thv de zona cutanea die zelf deel uitmaakt van de anus. De zona cutanea wordt
naar buiten toe afgelijnd door de huid en inwendig door de linea anocutanea. De resterende
delen van de anus zijn dan de zona columnaris ani en tot slot de linea anorectalis.
3) Inzichtsvraag: Voor een urine-onderzoek wil je een koe sonderen. Bij het plaatsen van de
sonde krijg je geen urine en blijk je ook niet ver te geraken met jouw sonde. Wat is de
meest waarschijnlijke oorzaak? Bespreek tevens de ligging tov de omliggende anatomische
structuren.
De sonde is vast komen te zitten in het diverticulum suburethrale. Dit is een ondiepe blindzak
die zich caudaal van het ostium urethrae externum bevindt. Maw de uitmonding van de
urethra in het vestibulum vaginae. De urethra is de verbinding tussen urineblaas en de
vagina. De opening van de urethra in de urineblaas is het ostium urethrae internum.
4) Inzichtsvraag: Waarom is het paard zo gevoelig aan koliek in vergelijking met andere
species als we denken aan de maag? Bespreek tevens de belangrijkste verschilpunten van
de maag van een paard met de andere monogastrische huisdieren (varken, hond).
Het paard kan niet “boeren” noch braken, want het gas kan niet ontsnappen via de maag en
komt dus in de darmen terecht door de sterke cardiasfincter. Verder heeft het paard een
saccus caecus in de maag. Het varken heeft een diverticulum ventriculi en een torus
pyloricus. De maag van de hond is zo goed als volledig glandulair.
, 5) Inzichtsvraag: Galstenen komen frequent voor bij mensen. Bij welke van onze huisdieren
kunnen deze in theorie tevens problemen veroorzaken en bij welke niet? Hoe kunnen deze
voor problemen zorgen? (Bespreek de anatomische structuren en hun exacte ligging)
Bij al onze klassieke huisdieren behalve het paard want die heeft geen galblaas. De stenen
kunnen vast komen te zitten in de afvoerwegen van de gal, zoals de ductus cysticus. Het kan
ook gebeuren thv van de ductus choledocus. De gal wordt geproduceerd in de lever en
afgevoerd naar de galblaas via de ductus hepatici naar de ductus cysticus. In de galblaas
wordt de gal gestockeerd en bij een vetrijke maaltijd zal deze dan contraheren met extrusive
van de gal via de ductus cysticus en dan ductus choledocus naar het duodenum via de papilla
duodeni major. De galblaas zelf ligt tussen de lobus dexter medialis en de lobus quadratus
van de lever.
6) Inzichtsvraag: Welke belangrijke anatomische structuur verzamelt al het zuurstofarme
bloed van de hartspier? Bespreek tevens zijn/haar ligging. Denk hierbij ook zeker aan de
structu(u)r(en) waar dit bloed vandaan komt en waar het naartoe gaat.
Dit doet de sinus coronarius. Dit is een divertikel van het rechter atrium thv de sulcus
coronarius dicht bij de uitmonding van de vena cava caudalis. De vena cordis magna begint
dus aan de apex cordis en loopt in de sulcus interventricularis paraconalis, terwijl de vena
cordis media aan de facies atrialis van het hart in de sulcus interventricularis subsinuosus
loopt.
7) Klinisch georiënteerde vraag: we hebben een renpaard met een verminderd
uithoudingsvermogen en vooral bij zware inspanning horen we een piepend
ademhalingsgeluid. Geef 2 aandoeningen die hiervoor zouden kunnen zorgen (voor met
betrekking tot anatomische structuren).
Dit is cornage, het is een verlamming van de stemband. Door verlamming kan de stemband
niet meer contraheren, deze spier komt dus los te liggen en zorgt voor problemen. Het
piepend geluid komt dus door turbulentie langs de losliggende spier. Bij inspanningen krijgt
het paard minder zuurstof binnen en zal het uithoudingsvermogen dus dalen. Men kan dmv
een operatie het zakje van Morgagni (tussen de valse en de echte stemband) aanpassen
waardoor de stemband steviger vast komt te liggen. Deze aandoening kan 2 oorzaken
hebben, ofwel is het congenitaal en dan komt het meestal links voor, want door verplaatsing
van het hart gaat de linker aorta een belangrijke zenuw meetrekken en verlammen, hierdoor
komt de plica vocalis los te liggen. De tweede oorzaak is door ontsteking in de keelregio
(droes) en bij verettering kan de zenuw worden afgekneld.
8) Geef 2 redenen waarom een paard gevoeliger is aan koliek dan onze andere huisdieren.
Zandkoliek: door het grote caecum zal het zwaardere zand moeilijker terug naar boven
kunnen waardoor het in de apex blijft zitten en voor irritatie zorgt.
Obstipatiekoliek: de flexura pelvina is een scherpe bocht naar boven met een versmalde
diameter in het colon waardoor het voedsel moeilijker kan passeren, er kan zich een
opstopping vormen door voedsel dat indikt.
Gaskoliek: door de sterke cardiasfincter kan het paard niet boeren noch braken, waardoor het
gas door het hele darmkanaal moet, dit kan gaan gisten.
9) Klinische georiënteerde vraag: Een cliënt belt jou in paniek op dat zijn Duitse Herder
apathisch (in shock) op de grond ligt. De hond was direct na het eten van een grote
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller clairedecourt. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.36. You're not tied to anything after your purchase.