Samenvatting hoofdstuk 2 : klimaat en landschap
docent: Dhr. Wentink
§ 3.1 + 3.2 Wereldwijde Luchtstromen + seizoenen
Atmosferische circulatie
Door de zon wordt het aardoppervlak rond de evenaar het sterkst
verwarmt. Door de bolling van de aarde is de afstand tot de aarde hier
het kortst én vallen zonnestralen recht op het oppervlak. Richting de
Zuidpool en Noordpool vallen de lichtstralen schuin op het oppervlak en
zijn hierdoor minder krachtig.
1 Bij de evenaar wordt het aardoppervlak het sterkst verwarmt. Lucht
zet bij opwarming uit, waardoor er per volume-eenheid minder
luchtdeeltjes zijn. De lucht is hierdoor minder zwaar en drukt minder
hard op het aardoppervlak. Dit noemen we een lagedrukgebied dat rond
de evenaar ook wel de intertropische convergentiezone (ITCZ) of zone van equatoriale lage luchtdruk wordt genoemd.
Laagdrukgebied rond de evenaar: de zon verwarmt de aarde, lucht stijgt op, hoog in de atmosfeer neemt de
temperatuur en luchtdruk af, hierdoor zet de lucht verder uit en koelt de warme lucht af. Omdat koude lucht
minder vocht kan vasthouden, gaat het op plekken met lage druk vaak regenen of is het bewolkt.
2 Omdat rond de evenaar (0°) lucht vanaf de aarde wordt opgestuwd, kan de afgekoelde lucht niet recht naar beneden zakken.
Lucht stroomt zijwaarts richting de 30° Noorderbreedte of zuiderbreedte. Rond de 30°NB/ZB is de lucht zover afgekoeld dat
deze gaat dalen. De lucht is zwaar en drukt hard op het
aardoppervlak. We spreken nu van een hogedrukgebied.
Deze lucht warmt op zodra het in de buurt komt van het
aardoppervlak en is gort droog. Rond de 30°NB/ZB vinden
we dan ook de woestijnen.
Hoogdrukgebied rond de 30° NB/ZB: de afgekoelde
lucht boven de evenaar zakt zijdelings richting de 30°
NB/ZB van het aardoppervlak. Dichtbij het
aardoppervlak neemt de luchtdruk + temperatuur weer
toe. De lucht is wordt hierdoor gort droog. Gevolg: geen
wolken, droogte. Waar? Woestijnen + poolgebieden
H° 3 Eenmaal weer aangekomen op het
aardoppervlak (30°NB/ZB) stroomt de lucht
(
deels weer terug naar de evenaar (Cel van
Hadley), deels richting de 60°NB/ZB (Cel van
Ferrell)
L
Rond de 90°NB/ZB (Noordpool en Zuidpool) is
het koud. Koude lucht is zwaar en daalt. Je vindt
H° er dus een hogedrukgebied (Polar cell).
(
Rond de 60°NB/ZB botst het warme
hogedrukgebied vanuit de woestijnen
(30°NB/ZB) met het koude hogedrukgebied
vanaf de polen (90°NB/ZB). Zodra deze warme
en koude lucht botsen, wordt warme lucht door
de koude lucht omhoog gestuwd en ontstaat er
stijgende lucht = laagdrukgebied > kans op
wolken & regen.
Door de hogere breedtegraad (60°NB/ZB) is het
hier kouder dan op de tropische evenaar (0°).
, De mondiale Atmosferische luchtcirculatie.
De wet van Buys Ballot
De Nederlandse wis- en natuurkundige Buys Ballot stelde in 1857 de volgende natuurkundige wetten op: TIP: Bekijk voor
deze blz. de
filmpjes!! Zo zie je
wet 1: Lucht stroomt altijd van hoge naar lage druk.
het in beweging =
hint voor de
wet 2: Doordat de aarde draait, zit er een afwijking naar links op het toets..
zuidelijk halfrond en een afwijking naar rechts op het noordelijk
halfrond (gezien vanuit de wind in de rug).
In Nederland zorgt het corioliseffect (afwijking van de luchtstromingen door de draaiing van de aarde) ervoor dat de wind
overheersend uit het (zuid)westen komt.
Passaten en moessons
Zoals je rechts kunt zien waait de wind op het noordelijk halfrond meestal uit het noord
oosten en op het zuidelijk halfrond meestal uit het zuidoosten. Deze winden, vroeger
erg belangrijk voor de scheepvaart, heten de passaten.
Omdat de hoogte van de zon varieert met het jaargetijde, waait de passaat niet altijd. In
onze zomer staat de zon verder naar het noorden het hoogst, in onze winter juist verder
naar het zuiden. Het lagedrukgebied rond de evenaar (ITCZ) schuift dan ook naar het
noorden in onze zomer en naar het zuiden in onze winter. Dit gebeurd het sterkst boven
landmassa’s omdat die sterker/sneller opwarmen dan oceanen. In onze zomer kruist de
zuidoostelijke passaat dus de evenaar. Op het noordelijk halfrond gekomen krijgt de
wind een afwijking naar rechts en waait dan als zuidwestelijke wind op de kust van India.
Deze omgebogen passaten worden moessons genoemd. In onze winter buigt op het
zuidelijk halfrond de noordoostelijke passaat af tot een noordwestelijke moesson.
Moessons zorgen vaak voor veel regen.
TIP: Bekijk hiervoor mijn video’s op de server D-ALGEMEEN en zie het in beweging !
30°
H°
(
§ 3.3 Zeestromen en klimaatgebieden
Zeestromen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DocentAK. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.77. You're not tied to anything after your purchase.