Voeding en Dietetiek, Fysiotherapie, Logopedie, Ergotherapie
Voedingsleer
All documents for this subject (97)
1
review
By: menovanhooff • 4 year ago
Seller
Follow
lottebrands
Reviews received
Content preview
Samenvatting voedingsleer
les 1 – hypes, trends & productontwikkeling
voedingshype doelen:
1. De dio weet wat voedingshypes zijn en kan voorbeelden noemen
2. De dio kan gezondheidseffecten die het onderwerp van de voedingshype beoogt te hebben objectief
beoordelen, daarbij wordt gebruik gemaakt van de voedingskundige analyse
3. De dio kan eventuele gezondheidsrisico’s van de voedingshype onderbouw aangeven
product doelen:
4. De dio is in staat om, ten behoeve van een voor een bepaalde cliëntgroep met een bepaald
voedingspatroon te ontwikkelen/verbeteren product of te geven advies, relevantie nutriënten te
identificeren op basis van een voedingskundige analyse
5. De dio kan uitleggen hoe en waarom het te ontwikkelen product of te geven advies bijdraagt aan de
gezondheid van de cliëntgroep met een bepaald voedingspatroon
6. De dio kan eventuele gezondheidsrisico’s van het te ontwikkelen product voor andere cliëntgroepen
onderbouwd aangeven
Hype = een verschijnsel dat tijdelijk bovenmatige (media) aandacht krijgt en daardoor belangrijker lijkt dan
het in werkelijkheid is.
Gevolg: dat iets dat zich als een ogenschijnlijk verwaarloosbare kleinigheid voordoet, uitgroeit tot een
werkelijk belangwekkend verschijnsel.
-hype waait altijd over (blijft deze lang = trend)
-kortstondig en eindigt vaak net zo snel als dat bij begon, terwijl een trend toonaangevender is en zich
voorzet
Voedingshype = hype op het gebied van voeding met een beoogd gezondheidseffect. Dit effect is vrijwel
altijd op basis van een of meerdere voedingsstoffen of –middelen.
-nutrilligie of nutritheologie (voor- en tegenstanders)
(voorbeelden: glutenvrij, koolhydraat arm, kokosolie)
Literatuur
-artikel HAN scholar: ondervoeding door een extreem gezondheidseffect
- PDF bestand : volkskrant voedingsmythes
Ondervoeding door een extreem gezondheidseffect
Patiënten met een eetstoornis hebben afwijkend eetgedrag dat gekoppeld is aan een buitensporige
preoccupatie met het eigen gewicht of de lichaamsvorm.1 Wij zagen echter een patiënt met ernstige
ondervoeding door een obsessie met een gezondheidsdieet. Bij hem speelden preoccupaties met uiterlijk
en gewicht geen rol. Ondervoeding door het volgen van een extreem gezondheidsdieet is een
onderbelicht fenomeen in de medische literatuur. Aan de hand van een ziektegeschiedenis willen we de
aandacht vestigen op dit onvoldoende onderkende medische probleem.
,Ten eerste vroegen wij ons
af of ondervoeding met
ernstige complicaties door
gezondheidsdiëten vaker
wordt gezien in
ziekenhuizen. Ten tweede
wilden we graag weten in
hoeverre de extreme
dieetgewoonten van patiënt
verklaard konden worden
door een actuele,
behandelbare
psychiatrische aandoening.
En ten derde vroegen we ons af of we hier wellicht te maken hebben met een nieuwe eetstoornis.
-prevalentie niet bekend, omdat het geen vastgestelde eetstoornis is.
- vaak sprake van onderrapportage
Psychopathologie : Verklaringen voor extreme voedingsgewoonten psychiatrisch: psychose in het kader
van schizofrenie of een waanstoornis + diganose; obsessieve-compulsieve persoonlijkheidsstoornis
mogelijk.
Ondervoeding door het volgen van een dieet dat voortkomt uit een obsessie met gezondheid vormt een
onvoldoende onderkend medisch probleem. Wij zagen een patiënt die vanwege ernstige complicaties van
een gezondheidsdieet werd opgenomen in het ziekenhuis. Dit fenomeen is niet gedefinieerd als een
aparte eetstoornis in de DSM-IV en er is niets bekend over de epidemiologie hiervan. In de populaire
literatuur daarentegen bestaat veel aandacht voor orthorexia nervosa, een vermeende eetstoornis,
waarvan de symptomen veel overeenkomsten vertonen met de symptomen van onze patiënt en die door
behandelaren van patiënten met een eetstoornis veel wordt gezien. Meer aandacht voor dit onderwerp
door klinisch en wetenschappelijk onderzoek en door berichtgeving in de medische literatuur is wenselijk,
zodat meer duidelijk wordt over de epidemiologie, de validiteit van de definitie en het klinisch beeld van
orthorexia nervosa.
Les 3 functional Foods en productclaims
Voor functionele voedingsmiddelen bestaat geen officiële definitie. Dat maakt dat er verschillende
omschrijvingen in omloop zijn.
UN: ‘whole, fortified, or modified Foods that contain physiologically active compounds that provide health
benefits beyond their nutrient contributions; sometimes called designer Foods or neutraceuticals’
-> bestaande voedingsmiddelen met daarin fysiologisch actieve stiffen, voedingsmiddelen waaraan
fysiologisch actieve stoffen zijn toegevoegd of voedingsmiddelen waaruit deze zijn verwijderd om
bepaalde gezondheidseffecten te sorteren. In feite hebben we het over designer Foods, voedingsmiddelen
die speciaal ontwikkeld zijn met als doel de gezondheid te verbeteren. Voorbeeldje; margarine met
plantensterolen. Fytochemicaliën zijn fysiologisch actieve stoffen afkomstig uit planten, dus functional
Foods. Het zijn stoffen die veelal gunstige biologische activiteit in het lichaam hebben en dat is de reden
waarom voedingsmiddelen waarin deze stoffen voorkomen door bijv. de gezondheidsraad worden
aangeraden. Niet alle fysiologische actieve stoffen zijn echter plantaardig. Vitamine B12 komt uit dierlijke
producten en wanneer vitamine C aan een product wordt toegevoegd kan deze vitamine ook synthethisch
zijn aangemaakt. Hier komen de termen verrijking, substitutie en restauratie van voedingsmiddelen om de
hoek kijken.
Doelen:
1. De DIO weet wat functional Foods zijn en kan voorbeelden noemen
2. De DIO kan fysiologisch actieve stoffen die aan het betreffende voedingsmiddel zijn
,toegevoegd/verwijderd identificeren
3. De DIO is in staat om geidentificeerde nutriënten in een functional food uit te werken op basis van een
voedingskundige analyse, plantensterolen in het bijzonder
4. De DIO kan uitleggen hoe functional food welke effecten heeft bij bepaalde cliëngroepen met een
bepaald voedingspatroon
5. De DIO is op de hoogte van wettelijke kaders ten aanzien van gezondheids- en voedingsclaim over
‘functional foods’
Bij functionele voedingsmiddelen is een bestanddeel toegevoegd of juist verwijderd om de
gezondheidswaarde van dat product te verbeteren. Denk bijvoorbeeld aan:
Producten voor een lager cholesterolgehalte, zoals margarine, yoghurt en melkproducten met
toegevoegde plantaardige stoffen (plantesterolen)
Producten voor een goede werking van de darmen, zoals brood met toegevoegde voedingsvezel
Voor gezonde mensen die gevarieerd en gezond eten volgens de Schijf van Vijf, hebben functionele
voedingsmiddelen niet of nauwelijks voordelen. Bij sommige gezondheidsproblemen kan een functioneel
voedingsmiddel een goede keuze zijn.
De nadruk ligt op de werking van toegevoegde bioactieve stoffen of ingrediënten, die zijn toegevoegd
voor optimale gezondheid en een zo laag mogelijk risico op ziekten.
Behalve claimsverordering is er geen aparte regelgeving voor functionele voedingsmiddelen. Wel is er
een warenwetbesluit over de toevoeging van vitamines en mineralen aan levensmiddelen.
Plantensterolen en –stanolen: zijn bioactieve stoffen. Ze zijn ook bekend onder de naam fytosterolen en
hieronder vallen onder andere stoffen als sitosterol, stigmasterol en campestrol. Plantesterolen of
plantestanolen remmen de cholesterolopname door de darm. Ze verlagen het cholesterolgehalte,
gemiddeld met ca 10% bij een gebruik van ongeveer 2 gram per dag.
Cholesterol is een bouwstof voor cellen en hormonen. De lever maakt cholesterol aan. Daarnaast krijgen
we cholesterol via de voeding binnen. In een gezond lichaam is dit in evenwicht. Voedingscholesterol
maakt normaal gesproken 1/3 deel uit van het cholesterol in de darm (afhankelijk van de eetgewoonten is
dit tot 500 mg per dag). Cholesterol dat via galvloeistof in de darm komt levert het resterende 2/3 deel van
het cholesterol in de darm (600- 1000 mg per dag). Galcholesterol komt van verschillende bronnen en kan
bestaan uit cholesterol getransporteerd in lipoproteïnen zoals LDL en HDL, maar ook uit nieuw gevormd
cholesterol in de lever.
Hoe werken plantensterolen? ; Plantensterolen hebben chemisch een met cholesterol vergelijkbare
structuur en gaan in de darmen in feite de concurrentie aan met cholesterol. Plantensterolen vormen een
soort barrière voor de opname van cholesterol uit de darmen. Regelmatige consumptie van
plantensterolen vermindert de absorptie van cholesterol vanuit de darm en verhoogt de uitscheiding van
cholesterol met de ontlasting. Niet alleen cholesterol uit de voeding wordt tegengehouden, maar ook
cholesterol dat via de lever en de gal in de darm is gekomen. Normaal gesproken wordt in de darm 30-80%
van het aanwezige cholesterol geabsorbeerd. Bij gebruik van plantensterolen, daalt de cholesterolopname
met 30-40%. Een deel van het cholesterol (tussen de 30 en 50%) wordt nog steeds geabsorbeerd. Het
cholesterol dat uit het lichaam verwijderd wordt, is een combinatie van zowel voedings- als galcholesterol.
Het is de verminderde cholesterolopname in de darm die zorgt voor de LDL-cholesterolverlaging in het
bloed. Net als de totale hoeveelheid cholesterol is ook de verhouding tussen het HDL- en bloed bloed
Zonder plantensterolen Met plantensterolen maag maag lever lever darm darm Cholesterol Meer
cholesterol wordt opgenomen vanuit de darm in het bloed. Minder cholesterol wordt verwijderd uit het
lichaam via de darm. Plantensterolen Minder cholesterol wordt opgenomen vanuit de darm in het bloed.
Meer cholesterol wordt verwijderd uit het lichaam via de darm. Infokaart LDL-cholesterol van invloed op
de gezondheid. Plantensterolen hebben geen invloed op het HDL-cholesterol. De cholesterolratio (totaal
cholesterol/HDL-cholesterol) verbetert wel. Ook zorgen plantensterolen voor een bescheiden daling van
het triglyceridengehalte.
, ->Met name mensen die veel plantaardige producten eten hebben een hoge consumptie van
plantensterolen. Bijvoorbeeld vegetariërs eten gemiddeld 0,5 tot 1 gram plantensterolen per dag.
Producten waaraan plantensterolen zijn toegevoegd zoals magarines leveren bij het aanbevolen gebruik
zo’n 2 gram plantensterolen per dag.
Het effect van plantensterolen
Plantensterolen kunnen het LDL-cholesterolgehalte met 7 tot 10% verlagen. Dit effect is te bereiken na 2
tot 3 weken. Daarvoor is een inname van 1,5 tot 2,4 gram plantensterolen per dag nodig.
Het gebruik van plantensterolen
Het advies om voedingsmiddelen met toegevoegde plantensterolen te gebruiken, moet onderdeel zijn van
gezonde voeding en leefstijl. Producten met plantensterolen zijn geschikt voor mensen met een (licht)
verhoogd cholesterolgehalte. Dat wil zeggen een totaal cholesterolgehalte boven de 5 mmol/l. De
Hartstichting gaat in de aanbevelingen uit van streven naar een LDL-cholesterolgehalte lager dan 2,5
mmol/l. Er bestaat geen ondergrens voor het LDL-cholesterol.
Maximum veilige inneming per dag: 3 gram plantesterolen of plantestanolen per dag.
Waar komen plantensterolen en – stanolen in voor?
- in kleine hoeveelheden voorkomen in plantaardige oliën, noten, granen, fruit en groente
-functionele voeding, bijvoorbeeld toegevoegd aan (verrijkte) margarine
- Plantensterolen zijn toegevoegd aan bepaalde margarineproducten, yoghurtproducten en melkdranken.
Op de verpakking van producten met plantensterolen staat aangegeven hoeveel porties nodig zijn om het
cholesterolverlagende effect te bereiken.
Gezondheidsclaim / ziekterisico claim:
Ziekterisico-beperkende claims: hierbij wordt er geen direct verband tussen het product en de ziekte
gelegd.
Ziekterisicobeperkende claims: Deze claims zeggen iets over het verlagen van een risicofactor van een
ziekte. Het zegt dus niets over het verlagen van de kans op de ziekte zelf. Het is bijvoorbeeld mogelijk om
te beweren dat plantesterolen en plantestanolen in margarine je cholesterolgehalte verlagen. (Becel mag
dus erop zetten dat de Becel ProActiv het cholesterolgehalte verlaagt).
Op voedingsmiddelen met plantensterolen moet worden vermeld: ‘Dit product is niet bedoeld voor
mensen die hun cholesterol niet onder controle moeten houden’.
Fytochemicaliën: Bio-actieve plantbestandsdelen in o.a. fruit, groente, geraffineerde granen, olijfolie
-> gerelateerd aan het voorkomen van welvaartsziekten
-> Mediterrane voedingspatroon is o.a. rijk aan fytochemicaliën
-> bevat meer dan 30.000 verschillende stoffen die zijn ingedeeld in verschillende groepen.
Effecten:
- anti-oxidatieve effecten
- vermindering van ontstekingsprocessen
- regulatie genexpressie en celdifferentatie
- inductie van ‘’cel-cycle arrest’’ en apoptose
- stimulering van het immuunsystem
- antibacteriële en antivirale effecten
- verbetering van plasma lipoproteïnen
(definitie van bovenstaande effecten niet kennen)
Geef een definitie van fytochemicaliën?
Bio-actieve plantbestandsdelen in o.a. fruit, groente, geraffineerde granen en olijfolie
Geef aan wat het mediterraan voedingspatroon is:
Het is geen specifiek dieet, maar een verzameling van eet gewoonten die traditioneel door de volken aan
de mediterrane zee gevolgd werden. (positieve gezondheidseffecten)
Benoem 2 klassen van fytochemicaliën :
1: Carotenoids
2: Phenolies
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller lottebrands. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.28. You're not tied to anything after your purchase.