Dit is een samenvatting van de inleiding en H1 van het handboek Jeugdhulpverlening door Hans Grietens, Johan Vanderfaeillie en Bea Maes. Gaat o.a. over gedrags- en emotionele problemen.
Problematische opvoedingssituatie: opvoedingssituatie waarbij opvoeders en/of
buitenstaanders menen dat ontwikkeling van kind/jongere als gevolg vd
opvoeding wordt geschaad en/of dat opvoeding niet resulteert in bereiken van
gewenste opvoedingsdoelen en dat wordt door opvoeder en/of buitenstaander als
probleem ervaren.
Er is een opvoeder X die het wenselijk vindt dat de ontwikkeling van
opvoedeling Y in bepaalde richting verloopt.
X heeft het gevoel dat de ontwikkeling van Y niet gunstig verloopt of zal
verlopen.
X ziet geen bevredigende middelen meer om de ontwikkeling van Y gunstig te
beïnvloeden.
X meent dat hij niet binnen een acceptabele termijn bevredigende middelen
zal vinden om de ontwikkeling van Y in gunstige richting te bevorderen.
Buitenstaander Z die het belangrijk vindt dat de ontwikkeling van Y gunstig
verloopt.
Z constateert of verwacht dat de ontwikkeling van Y niet gunstig verloopt of
zal verlopen.
Z is van mening dat de ongewenste ontwikkeling van Y verband houdt met
het opvoeden door X.
Z verwacht niet dat het gedrag van X, binnen een voor Z acceptabele termijn,
in positieve zin zal veranderen.
Problematische opvoeding kan het gevolg zijn van: hoe opvoeders opvoeden,
kenmerken van kind of ouders/bredere maatschappelijke context en interactie
tussen beide.
Primaire opvoedingsproblemen: opvoeder slaagt er moeilijk in om de
pedagogische vraag van het kind goed in te schatten of opvoeding die kind nodig
heeft te realiseren. Opvoeder ervaart onzekerheid.
Secundaire opvoedingsproblemen: handelingsverlegenheid van opvoeder is
(mede) het gevolg van:
Kenmerken van kind: door individuele beperkingen van kind op vlak van
ontwikkeling, functioneren, leren of gedrag (bv verstandelijke beperking) kan
opvoeder opvoedingsverlegenheid ervaren.
Kenmerken van ouder: ouders plaatsen door individuele psychische
problematiek hun eigen wensen/verlangens boven de noden van hun kind.
1
, Kenmerken van bredere maatschappelijke context: buitenstaander kan
opvoedingssituatie als problematisch ervaren, omwille van onbekendheid van
opvoeder met cultuur waarin wordt opgevoed.
Bovenstaande factoren beïnvloeden elkaar.
Opvoeding en ontwikkeling zijn dynamische en transactionele processen die
verbonden zijn met sociale context.
HOOFDSTUK 1 GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN
HOOFDSTUK 1.2 WAT ZIJN GEDRAGS- EN EMOTIONELE PROBLEMEN
Term ‘kinderen met gedrags- en emotionele problemen’ is overkoepelende term
voor kinderen die zich zichtbaar ongewoon/abnormaal gedragen of die zichtbaar
ongewone/abnormale emoties vertonen afgezien vd ernst/oorzaak/context van
gedrag of emotie. Ook kinderen met (functionele) lichamelijk klachten die
onvoldoende verklaard kunnen worden door lichamelijk ziekte.
Gedrags- en emotionele problemen onderscheiden in:
Lichte tijdelijke problemen bij nieuwe situaties (bv woedebuien bij geboorte
nieuw zusje).
Gedragingen alleen bij bepaalde situaties/personen (bv niet luisteren naar
bepaalde leerkracht).
Leeftijds- of fasegebonden gedragingen (bv opstandigheid in puberteit).
Ernstige problemen, bv oppositioneel-opstandig gedrag,
aandachttekortstoornissen of stemmingsstoornissen.
Aandachtspunten bij definiëren van gedrags- en emotionele problemen
Problemen worden door welbepaalde personen uit omgeving kind in welbepaalde
socio-economische en culturele context opgemerkt en ongewoon genoemd.
Hierbij rekening gehouden met:
Ontwikkelingsperspectief: gedrag/emoties op ene leeftijd adequaat en gepast
en hetzelfde gedrag en emoties niet op andere leeftijd. Vereist kennis normale
ontwikkeling kind.
Continuümgedachte: om af te wijken van ‘normaal’ moeten abnormale
gedragingen/emoties frequenter, intenser, langduriger en in verschillende
situaties.
Context: setting, activiteiten die gebeuren en pedagogische aanpak vd
betrokken opvoeders kunnen grote impact hebben op gedrag kind.
Informant: gedrag/emoties mogen niet los worden gezien vd beoordelaar.
Ouders hebben bv minder kennis of hebben andere dingen aan hun hoofd.
Classificatie van gedrags- en emotionele problemen
Classificatie= systematisch ordenen/groeperen van gedragsproblemen mbv
gelijke eigenschappen en onderlinge relaties. Is niet diagnose. Kan communicatie
tussen wetenschappers bevorderen. Twee soorten classificatiesystemen:
1. Klinisch-psychiatrische classificatiesysteem
2
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller Nienkemjansen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $3.73. You're not tied to anything after your purchase.