Ontwikkeling van persoonlijke relaties
Hoorcollege 1- Introductie en vroege sociale relaties
Waarom persoonlijke relaties?
‘’Health is a state of complete physical, mental and social well-being and not merely the absence of
disease or infirmity’’
Het begin van sociale relaties
Zijn pasgeborenen sociaal?
Klassieke theorieën:
- Baby’s zijn niet in staat tot echte sociale interactie
- Latere relaties zijn afgeleid van relaties met primaire verzorgers
- Peers beginnen later in de ontwikkeling ertoe te doen
Moderne theorieën:
- Kinderen zijn biologisch gebouwd om naast primaire zorgverleners aandacht aan anderen te
schenken
- Het hele sociale systeem beïnvloedt een kind
- Vroege relaties met leeftijdgenoten kunnen ook belangrijk zijn voor ontwikkeling
Focus op anderen
Scrambled faces paradigm (gehusselde gezichten)
Dyadische peer relaties
Contingentie
- Contingente reacties= reactie die
voortbouwen op wat de andere
persoon heeft gedaan
, - Begint al na 6 maanden
- Voorbeeld: dyadische verschillen bij aanraking
Prosociaal gedrag
Vrijwillige acties die bedoeld zijn om een ander individu of een groep individuen te helpen of ten
goede te komen
Reacties op angst:
- Poging om in te grijpen voor een slachtoffer, om de situatie te veranderen of de distress te
verminderen
- Pasgeborenen: huilen als reactie op huilen van anderen
- 8 M.O.: reageren met: Kijken > Affect > Fysieke reactie > Eigen angst
- 2 Y.O.:
o Individuele verschillen beginnen
o Probleem oplossen, agressie, amusement
Delen:
- 12 M.O. affiliatief delen
o Focus van niet-delen
- 18 M.O. delen als gevraagd
o Begrip van eigenaarschap
- Vanaf 24 M.O.
o Kinderen delen spontaan
o Kinderen beginnen onderling te delen
o Relatie met gevoeligheid van angst van anderen
(distress)
o Maar: niet-delen komt ook heel vaak voor
- 48+ M.O.: Delen neemt nog meer toe en is gerelateerd aan TOM
Samenwerken:
- 1 Y.O. kan al samenwerken
- 2+ Y.O.: complexere samenwerking
- Samenwerking versus competitie
Conflict
Ontwikkeling van conflict:
- Conflict is functioneel!
- Conflict over speelgoed begint rond 1 y.o.
- 1 Y.O.: conflicten oplossen door fysieke kracht
- 2 Y.O.: gebruik ook verbale middelen
o Kinderen vermijden conflicten, vooral hard slaan
o Vergelding in conflict vindt plaats (reciprociteit)
- Oudere kinderen: Onderwerp en gedrag verandert
Onderliggende vaardigheden
Gedeelde aandacht
, - Het vermogen om aandacht te coördineren met een ander persoon
- Begint rond 6 M.O.
- Gebruik kijken en gebaren (bijv. wijzen op objecten)
- Duidelijke individuele verschillen
- Een van de basisprincipes van ToM
Emotieregulatie
- Verschillen tussen volwassen en peer situaties
- contact met leeftijdgenoten is cruciaal voor de ontwikkeling van emotieregulatie
- ‘’Veilige haven’’ om thuis te oefenen
Inhibitiecontrole
- Belangrijk in spelsituaties
- Ontwikkeling van persoonlijke ruimte
- Gebalanceerde inhibitie
Imitatie
- Nodig voor harmonieus spel met leeftijdsgenoten
- Tool voor aanleren sociale vaardigheden
- Relevant voor bonding
- Ook imitatie van peers
Causaal begrip
- De ander is een sociale agent met intenties
- Iemands eigen acties beïnvloeden anderen
- Anderen kunnen dingen per ongeluk doen
Taal
- Verbaal vermogen is gerelateerd aan hogere
prosocialiteit en lagere agressie
- Gerelateerd aan ToM-ontwikkeling
- Gesprekken worden belangrijk
- Alsof-spel (pretend play)
Diversiteitshoek
Reflectie
Welke posities van sociaal privilege?
Welke posities van sociale marginaliteit?
Cultuur
Conflict
- Chinese kinderen (vs. Canadese): meer gedrag dat conflict vermindert
o Meer spontaan controle uit handen geven
o Meer positief tegenover anderen die het speelgoed willen (weg)pakken
- Acceptatie van peers verschilde ook:
, o Chinees: meer passief en terughoudend
o Canadian: meer assertiviteit en controle
Emotieregulatie
- Emotieregulatie is interactief en afhankelijk van cultuur
- Japanse (vs. V.S.) baby’s: meer relationele manier van emotieregulatie
- Japanse (vs. V.S.) ouders: geen verwachting dat het kind zichzelf kan reguleren
Gender
- Samenwerken:
o 2 y.o.: Meisjes meer samen spelen en delen, jongens meer competitie
- Conflict:
o Ong. 3 y.o.: Afname in trekken en gebruik fysieke kracht bij meisjes
1.5 – 2 y.o: Categoriseren
< 3 y.o.: Labellen van eigen gender
4 y.o.: Stabiele gender identiteit
Dit is ook het geval voor transgender en non-binaire kinderen!
Non-binaire kinderen
‘’I guess just feel like, it in my stomach whenever someone says she thinks, she blah, blah, blah. Her
blah, blah, that stuff… [It feels] uncomfortable. Yeah. It kind of made me… sweaty’’ (Alok, 8 y.o)
Samenvatting
- Focus op andere mensen – en sociale ontwikkeling in het algemeen – beginnen bij de
geboorte
- Na een paar maanden kun je betekenisvol onderscheid maken tussen dyades (contingentie).
In de eerste levensmaanden komen belangrijke aspecten van sociale ontwikkeling naar voren,
zowel positieve (bijvoorbeeld delen, samenwerken) als negatieve (conflict en agressie)
- De voorwaarden voor succesvolle sociale ontwikkeling zijn gedeelde aandacht,
emotieregulatie, inhibitiecontrole, imitatie, causaal begrip en taalontwikkeling
- Vroege sociale relaties variëren afhankelijk van cultuur en gender
Oefenvraag
Anne, een meisje van 1 jaar oud, en Tim, een jongen van 1 jaar oud, zijn in de tuin aan het spelen. Er
is slechts één speelgoedvrachtwagen waar ze beide mee willen spelen. Hoe lossen zij dit meest
waarschijnlijk op?
A) Beide kinderen proberen conflict te vermijden door de ander de zin te geven, maar mogelijk
gebruiken zij ook fysieke kracht zoals trekken aan het speelgoed.
B) Anne zal mogelijk proberen te onderhandelen, door bijvoorbeeld om de beurt te gaan, maar
Tim zal mogelijk meer fysieke kracht gebruiken, zoals trekken aan het speelgoed.
C) Beide kinderen proberen te onderhandelen, door bijvoorbeeld om de beurt te gaan, maar
mogelijk gebruiken zij ook fysieke kracht zoals trekken aan het speelgoed.
Hoorcollege 2- Sociale netwerken gedurende de levensloop
Grootte van het sociale netwerk gedurende de levensloop
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller MilouV1. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $5.90. You're not tied to anything after your purchase.