In deze samenvatting wordt tijdvak 1 tot en met 3 uitvoerig behandelt door middel van belangrijke theoriestof, personen, jaartallen en begrippen voor het eindexamen. Daarnaast worden de gebeurtenissen in de periode goed uitgelegd.
TIJD VAN JAGERS EN BOEREN
Tijdvak: Tijd van jagers en boeren
Periode: prehistorie (tot 3000 v.C)
Tijdvakken prehistorie:
1. Oude steentijd vóór landbouwrevolutie
2. Nieuwe steentijd (Neolithicum) na landbouwrevolutie
3. Bronstijd
4. IJzertijd
Kenmerkende aspecten:
- De levenswijze van jagers-verzamelaars
- Het ontstaan van landbouw en landbouwsamenlevingen
- Het ontstaan van de eerste stedelijke gemeenschappen
PERSONEN
Gordon Hillmann Britse archeoloog
Pu-Abi Koningin van Ur
Menes Koning Egypte
Ramses II Farao Egyptische oudheid
(hij word beschouwd als grootste farao allertijden)
Re Zonnegoed
Horus Koning der goden
Horus + Anu God van de hemel
Osiris God van het dodenrijk
Enlil God van de wind
Enki God van het water
JAARTALLEN
140.000 v.C Eerste moderne mens [= homo sapiens] ( in afrika)
30.000 v.C tot 10.000 v.C Grotschilderingen in Zuid-Europa
11.000 v.C Begin van een koude, droge periode na de laatste
IJstijd
12.000 v.C - Ontstaan vruchtbare grond Midden-Oosten
- Einde IJstijd Midden-Oosten
10.000 v.C Einde IJstijd
7500 v.C Boeren gingen veeteelt gebruiken
3.300 v.C - Onstaan eerste steden (Soemerië)
- Soemeriërs ontwikkelen het schrift (Mesopotamië)
3.000 v.C -Ontwikkelden Egyptenaren het hiërogliefenschrift
- Mensen ontdekken hoe ze brons kunnen maken
BEGRIPPEN
Agrarische revolutie Overgang van jagen en verzamelen als voornaamste
middel van bestaan naar een sedentair bestaan als
boer
Bronstijd Periode waarin de mens brons gebruikte voor de
productie van gereedschappen (vanaf 3.000 v.C)
Centraal bestuur Bestuur over een groter gebied vanuit één plaats
Geweldsmonopolie Situatie waarin alleen de staat geweld mag
, gebruiken en mensen mag arresteren en opsluiten
Homo sapiens De laatste en enige mensensoort die nu nog bestaat
[= de wetende mens]
IJzertijd Periode waarin de mens voor de productie van
wapens en gereedschappen geen brons meer
gebruikte maar ijzer (vanaf 1.200 v.C)
Jagers-verzamelaars Mensen die leven van jacht, visserij en het
verzamelen van voedsel
Landbouwsamenleving Samenleving waarin de meeste mensen leven van
akkerbouw en veeteelt
Nieuwe steentijd Periode waarin de mens zijn stenen
gereedschappen ging polijsten | géén mentaal in
beschikking (vanaf 9.000 v.C)
Polytheïsme Godsdienst waarbij mensen geloven in meerdere
goden
Prehistorie Periode waar een volk géén schrift gebruikt
Staat Een afgebakend gebied met een gecentraliseerd
bestuur en een overkoepelend rechtssysteem waar
de overheid een geweldsmonopolie heeft en
verantwoordelijk is voor de ordehandhaving en de
verdediging van de landsgrenzen
Vruchtbare Halvemaan [= vruchtbare sikkel] Gebied rond de rivieren Eufraat, Tigris en Jordaan,
waar voor het eerst op uitgebreide schaal aan
landbouw werd gedaan
HET LEVEN VAN JAGERS-VERZAMELAARS – PARAGRAAF 1
- Wereld was dunbevolkt 14 miljoen mensen
- Mensheid ontstaan in Afrika
- Middel van bestaan waren: jagen, verzamelen en vissen
- Nomadisch bestaan: geen vaste woonplek, verder trekken wanneer er te weinig/geen
voedsel meer is)
- Geen grote sociale verschillen: wanneer er leiders waren, onderscheidden zij zich
niet of nauwelijks van de andere leden van de groep
- Rolverdeling mannen en vrouwen
Mannen: jagen en gereedschap maken
Vrouwen: verzamelen van voedsel, schoonmaken ‘huis’, vuur laten branden en
zorgen voor de kinderen
- Werktuigen van vuursteen: messen, pijlpunten en krabbers (=om huid schoon te maken)
- Werktuigen van botten: priemen en builen
- Werktuigen van vezels en planten: touw, fuiken en manden
Homo sapiens maakte in vergelijking met zijn voorgangers meer gespecialiseerde
gereedschappen en wapens en gebruikte daarvoor een grotere variëteit aan materialen.
Homo sapiens zijn de enige mensensoort die kunstwerken heeft nagelaten
Grotschilderingen in Zuid-Europa
DE AGRARISCHE REVOLUTIE – PARAGRAAF 1
De overgang naar een boerenbestaan is een van de belangrijkste gebeurtenissen uit de
prehistorie geweest. > agrarische revolutie
Overstap jagen verzamelen naar landbouw:
, Einde IJstijd Periode van meer regen Periode van kou en droogte minder eetbare
planten zelf produceren van voedsel omdat mensen niet weg wilden trekken want ze waren
een nomadisch bestaan ontwend
Dankzij de landbouw was er meer voedsel beschikbaar mensen konden op dezelfde plek
blijven wonen > sedentair bestaan
Bevolking nam toe door ruimere beschikbaarheid van voedsel ontstaan eerste
boerendorpen 7.500 v.C begonnen boeren met veeteelt
Sociale verhoudingen:
- Bezittingen vergaren (handelen) sommige boeren lukte het goed, sommige boeren
konden er niks van > verschillen rijkdom, macht en aanzien
Nieuwe levenswijze nieuwe technieken
DE EERSTE STEDEN – PARAGRAAF 2
Ur was een van de eerste steden ter wereld
Het ontstaan van steden in Mesopotamië heeft te maken met de zeer vruchtbare grond.
Overstromingen rivieren Tigris en Eufraat elke voorjaar laagje slib achter boeren irrigeren
hun akkers kunstmatig
Gevolgen overvloedige oogsten in Mesopotamië:
- Bevolking groeide er ontstonden steden
- Grotere bevolking niet iedereen hoefde zich met voedselvoorziening bezig te
houden mensen konden zich in anderen activiteiten specialiseren, zo ontstonden er
nieuwe beroepen zoals smid, pottenbakker en kleermaker
Kooplieden vormden een welvarende en invloedrijke groep
Priesters= specialiseerde zich in het contact met de goden
Door al deze gevolgen onstond er een arbeidsverdeling en verschillende sociale lagen,
die van elkaar verschilden in rijkdom en macht.
GELAAGDE SAMENLEVING EGYPTE:
1. Farao
2. Adel en priesters
3. Schrijvers en soldaten
4. Ambachtslieden
5. Boeren
6. slaven
Steden hadden goede bestuurders nodig. In de stad leefden veel mensen dicht op
mekaar en de samenleving was complexer geworden.
Stadbestuur :
- Orde handhaven
- Stad beschermen tegen vijanden
- Irrigatiesystemen onderhouden
Na verloop van tijd werden leiders tot koning gekroond positie erfelijk.
De koning voerde het bestuur uit met behulp van ambtenaren.
Ambtenaren:
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller anoukhgs. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.35. You're not tied to anything after your purchase.