Het is de derde les van Prof Anne Smits. Deze samenvatting is bedoeld voor studenten die als richting 'Vroedkundig Specialist' hebben gekozen in het masterjaar. Veel succes!
TDM is het nemen van een bloedspiegel bv anti-epilepticum – je wilt weten wat de blootstelling is.
1
,Doelstellingen
Leerresultaten
Kan gezondheidsgegevens correct verzamelen, gebruiken en interpreteren
Heeft een doorgedreven kennis van de medische, psychosociale, farmacologische en
omgevingsfactoren die de gezondheidstoestand van patiënten positief of negatief
beïnvloeden
Leerdoelen
Kent de basismechanismen van geneesmiddelenactie en heeft een basiskennis van
farmacokinetische en farmacodynamische effecten, bijwerkingen en therapeutische
indicaties van de belangrijkste klassen van geneesmiddelen.
Heeft inzicht in het gebruik van geneesmiddelen, de manier van toediening en de reden
daarvoor.
Kan risicofactoren inschatten met betrekking tot klinisch relevante (medicamenteuze)
interacties en contra-indicaties bij moeder en kind.
Kan zinvolle instructie geven over medicatie wat betreft (uit)werking en
toedieningsmodaliteiten
Kan farmacotherapeutisch mee redeneren met de arts en de apotheker
Kan een bijsluiter en relevantie wetenschappelijke literatuur en bronnen volledig en
correct interpreteren.
Begrijpt het belang van interacties, bijwerkingen en van de individuele keuze van een
specifiek geneesmiddel tijdens de zwangerschap en lactatieperiode
Algemene PK/PD aspecten
Farmacokinetiek Farmacodynamiek
‘Wat het lichaam met het geneesmiddel doet’ ‘Wat het geneesmiddel met het lichaam doet’
Fasen Doel
Absorptie Optimale werking
Distributie Vermijden van neveneffecten
Metabolisatie
Excretie
In deze les gaat het over een aantal parameters die we binnen de stappen gaan meten of gaan gebruiken
in farmacokinetische analyses.
2
, Farmacokinetiek (PK): definitie
Farmacokinetiek beschrijft de concentratie van het geneesmiddel in het lichaam in functie van
de tijd. Je geeft een GM aan een patiënt en als je na een tijd een bloedstaal zou nemen dan kan je
meten wat de waarde is van het GM op dat moment. Dat is nuttig om bv te weten hoe een GM zich
gedraagt en hoe we de doseerschema’s moeten verbeteren of om de therapie van een individu bij te
stellen (antibiotherapie, anti-epileptica waar we een spiegel nemen)
Resultaat van de 4 processen (Absorptie – Distributie – Metabolisatie – Excretie)
Bepaling van geneesmiddelconcentratie
- Afname biologische stalen nodig
o Optimaal: concentratie ter hoogte van de plaats van werking
o Praktijk: meestal concentratie in het bloed
- Analytische methode voor bepaling concentratie nodig
o Geneesmiddel
o Metabolieten
Als je de concentratie in het bloed van iets wil meten dan heb je een staal nodig. Meest ideaal zou zijn
dat je een staal hebt van de plaats waar het probleem zit. Je hebt een wondinfectie, je zou best een
biopsie of een stuk weefsel willen hebben om te kijken hoed e concentratie van het AB is op de plaats
van de infectie. Maar we gaan dat niet bij elke patiënt doen. Als je een hersenvliesontsteking hebt, gaan
we een lumbaal punctie doen maar geen biopsie. We gebruiken het bloed om te bepalen wat de
blootstelling in het lichaam is.
We hebben een meettechniek nodig. We kunnen een bloedstaal afnemen maar als we geen toestel
hebben om het te meten dan gaan we er ook niets mee kunnen doen. De meettechniek moet
gevalideerd zijn, die moet juist zijn. Als we de staal meerdere keren zouden meten moet het steeds op
dezelfde resultaat komen. We kunnen zowel het GM meten en voor bepaalde stoffen kunnen we in
onderzoeksdoeleinden de metabolieten of de afbraakproducten meten. Dus dat hebben we nodig om
farmacokinetiek te onderzoeken. Op die manier kan de concentratie in functie van de tijd bij een patiënt
worden beschreven.
Concentratie in het bloed als weerspiegeling van de weefselconcentratie?
Meestal bedoelt men met ‘concentratie in het bloed’, de plasmaconcentratie van het
geneesmiddel.
Plasmaconcentratie < eiwitgebonden fractie + vrije fractie van het geneesmiddel
Als we in het bloed een bepaling gaan doen van een GM dan is dat de totale concentratie. Ook al weten
we dat een GM voor een deel vrij in het plasma zwemt en voor een deel gebonden aan albumine of
andere eiwitten. Dat heeft ook zijn nadelen, want bij een baby kan de eiwitbinding anders zijn dan bij
een volwassene. Maar eigenlijk houden we daar geen rekening mee in onze dosering. Binnen
farmacokinetiek en farmacologie zijn er dingen die we niet weten. En dat is het gebruik van die vrije
concentratie die beter zou zijn maar we eten de totale concentratie.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mitrahotak28. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $9.05. You're not tied to anything after your purchase.