Blok 2: Maag, Darm en
Lever
Hoorcollege 1
Dieetleer
Functies van de mond = Cavitatis oris
Afhappen
Kauwen
Vermengen met speeksel
Verzamelen van voedsel op de tong
Vervoer van voedsel naar de keel
Per dag wordt er 1 liter speeksel gemaakt in de mond, dit is voor
voedselvertering.
Functies van de keel = Fauces
Sluiting van het strottenklepje
Sluiting stembanden
Verdere verplaatsing van de voedselbrij naar de slokdarm
Functies van de slokdarm = Oesophagus
Verplaatsing van de voedselbrij naar de maag
Wordt afgesloten door 2 sfincters
Veel voorkomende problemen klachten kunnen bij verschillende ziektes
voorkomen
Mond Keel Slokdarm
Aften / pijn slijmvliezen Slijmvorming Passageklachten
Xerostomie Mucositis Zuurbranden
Mucositis Passageklachten Achalasie
Stomatitis Zwellingen Barrett
Tandheelkundige Candida Candida
aandoeningen
Smaakverandering Spasme
Slijmvorming
Candida
Spierzwakte
Kaakproblemen
Het slikproces
De orale voorbereidende fase
De orale transport fase
De faryngale transportfase
De oesophagale transportfase
Voedingsproblemen en de consistentie aanpassing
Probleem Consistentie
Moeite met kauwen Zachte en gemalen voeding
Pijn in de mond Zachte of vloeibare voeding
Moeite et manipuleren van voedsel in de Zachte voeding
mond
,Te weinig speeksel/droge mond Zachte en vloeibare voeding, meer vocht
erbij
Snel verslikken in vocht Dranken verdikken
Moeite met doorslikken Vloeibare en zachte voeding
Voeding wil niet zakken/obstructie Zachte, gepureerde of dunvloeibare
voeding
Sondevoeding = enterale voeding
Sondevoeding is kunstmatige voeding die via een flexibele dunne slang in de maag of
darm toegediend wordt. Het is samengesteld uit:
Eiwitten, koolhydraten en vetten
Vitamines, mineralen en spoorelementen
Water
Eventueel oplosbare vezels
Indicaties voor het toedienen van sondevoeding
Niet of niet voldoende kunnen eten vanwege:
Bewustzijnsstoornissen (kunstmatige beademing)
Kaakfracturen, gezichtsverwondingen
Chirurgische ingrepen in hoofd- en halsgebied
Dysfagie door neurologische ziekten
Obstructie (ileus)
Ondervoeding
Anorexie vanwege een ziekte
Anorexie vanwege medicijnen
Niet mogen eten:
Bij aandoeningen en operaties in het maag-darmkanaal
Fistel vanuit de darm
Acute fase van de ziekte van Crohn
Colitis
Niet willen eten
Geriatrische problematiek
Anorexia nervosa
Plaatsing van de sonde
Neus-maagsonde
Neus-duodenumsonde
PEG-sonde (via de buik naar de maag)
Jejunostomiek (via de buik naar de darm)
Beslisboom voor de toediening van sondevoeding
1. De maag functioneert normaal:
In de maag voeden via een neus-maagsonde, mond-maagsonde of een PEG-sonde
2. De maag functioneert niet normaal (maagontlediging gestoord, verhoogde kans op
braken)
Voeden voorbij de maag = postpylorisch voeden (duodenum/jejunumsonde of
PEG-J/ PEJ/jejunostomie)
Voeden in de maag
Neus-maagsonde (soms via de mond bij aandoeningen in de neus of een
schedelbasisfractuur)
Percutane endoscopische gastrostomie (PEG) (langer dan 3 weken sondevoeding
nodig)
Percutane radiologische gastrostomie (PRG)
, Deze sonde gaat door de buikwand heen in de maag, er zijn 2 methodes mogelijk:
PUSH en PULL
Voeden in de darm
Neus-duodenum sonde
Neus-jejunum sonde
PEG-J, PEG (in de maag) sonde doorgeschoven naar jejunum
Percutane jejunumsonde = PEJ. De sonde ligt vaak voorbij het ligament van treitz
= jejunumsonde
Jejunum katheter: een operatief in jejunum geplaatste sonde
Keuze van het soort sondevoeding
Werking van het maagdarmkanaal:
Is de maag/darmfunctie normaal? Standaard sondevoeding
Is de maag/darmfunctie niet normaal? Semi-elementaire voeding of
elementaire voeding
Andere metabole factoren die mee kunnen spelen:
o Indien er een vochtbeperking of meer energie en/of eiwit nodig is:
Vocht beperkte, hoog energetische, eiwitrijke sondevoeding kiezen in
plaats van een standaard sondevoeding
Heeft de patiënt diarree of obstipatie? Keuze voor wel of geen vezelrijke
sondevoeding
Bij ernstige ziekte kan immunonutritie geïndiceerd zijn:
Sondevoeding met specifieke toevoegingen als arginine, glutamine en omega 3
vetzuren
Toediening van sondevoeding
Het toedienen van sondevoeding kan met een voedingspomp, zwaartekracht of porties
Continue: per 24 uur, druppelsgewijs
Intermitterend: alleen overdag of alleen ’s nachts voeden
o Druppelsgewijs
o Bolus (alleen bij maagsonde): starten met 100 ml en kan tot 250 a 300
ml per keer opgehoogd worden 6x per 24 uur
Controle van de sonde
Bij maagsonde: ligt de sonde op de goede plaats PH eten door middel van
retentie. Indien twijfel een thoraxfoto
Bij duodenumsonde: X-foto (thorax), endoscopie, cortrack sonde
Opbouwschema bij het toedienen van sondevoeding
Vaak geen standaard opbouwschema, het schema is afhankelijk van de situatie van de
patiënt:
Locatie van de sonde bepalend (maag of darm)
Darm: altijd druppelsgewijs (geen porties)
Voedingstoestand (in verband met de kans op refeeding)
Voorbeelden van opbouwen van sondevoeding
In porties
o Dag 1: 6 x 100 ml
o Dag 2: 6 x 200 ml
o Dag 3: 6 x 300 ml
Via de pomp
o Dag 1: 40 ml per uur
o Ophogen met 20 ml per uur per 8 uur
o Mag tot maximaal 125 ml per uur opgebouwd worden
Via de pomp in 3 dagen opbouwen
, o Dag 1: 40 ml per uur
o Dag 2: 80 ml per uur
o Dag 3: 120 ml per uur
Overige aandachtspunten
Vorm
Kant en klare sondevoeding
Sondevoeding in poedervorm
Verschillende soorten sondevoeding afwisselen per 24 uur gegeven
Verpakking
Flexibele plastic zak
Hoeveelheid plastic zak (500 of 1000 ml)
Lege plastic container
Pomp
Infuuspaal
Draagbaar (met rugzak)
Toedieningssysteem
Ziekenhuis en thuis: 1x per 24 uur verwisselen
Moet passen op sonde en sondevoeding
Materiaal voor sondes
Materialen
PUR (polyurethaan) geschikt voor langdurig gebruik tot 6 weken
Siliconen geschikt voor langdurig gebruik
PVC (polyvinylchloride) voor kort durend gebruik, 7-10 dagen, wordt weinig
gebruikt in verband met het hard worden van de sonde
Dikte van de sondes
Diameter: Charrière of French (1 CH = 1 French = 0,3 mm)
CH 6 wordt voor kinderen gebruikt
CH 8 wordt voor volwassenen gebruikt
CH 14 zijn KNO-sondes voor volwassenen (vooal geschikt voor porties)
Samenstelling van de sondevoeding
Polymeer: eiwitten, vetten en koolhydraten
Oligomeer: eiwitten in de vorm van peptiden, vetarm (korte keten vetzuren) en
koolhydraten.
Monomeer: eiwitten in de vorm van aminozuren, korte keten vetzuren en
koolhydraten.
Osmolariteit: de totale concentratie bepaald door het aantal opgeloste deeltjes in
een bepaald volume van een vloeistof.
Polymeer: normaal
Oligomeer: hoog
Monomeer: zeer hoog
Ziekte specifieke sondevoedingen
Nier- en leverfunctiestoornissen: laag in elektrolyten natrium, kalium, fosfaat en
vocht beperkt (1 liter = 2000 kcal)
Decubitus: verrijkt met eiwit, arginine, antioxidanten en zink
Immunonutritie: omega-3 vetzuren, aminozuren en antioxidanten
Complicaties bij sondevoeding
Mechanisch, bijvoorbeeld een verstopte sonde
Gastro-intestinale complicaties
Metabole complicaties
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller liannevannoort. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.95. You're not tied to anything after your purchase.