Summary
Samenvatting verplichte stof werkgroepen
- Course
- Institution
Een duidelijke overzichtelijke samenvatting van de verplichte stof van de werkgroepen inclusief bijbehorende jurisprudentie en handige stappenplannen.
[Show more]
1 review
By: prscllmonteiro • 5 year ago
Seller
Follow
joyce94
Reviews received
Content preview
SAMENVATTING FORMEELSTRAFRECHT
Werkgroepen 1 t/m 8 en bijbehorende jurisprudentie
30 JANUARI 2018
J. BUINING
, Inhoudsopgave
H1. Het opsporingsonderzoek ................................................................................................................. 3
H1.1 Personen met opsporing belast .................................................................................................. 3
H1.2 Opsporingsonderzoek ................................................................................................................. 3
H1.3 Stelselmatige observatie ............................................................................................................. 4
H1.4 Aftappen mobiele communicatie ............................................................................................... 4
H1.5 Inbeslagneming smartphone/bevel tot uitlevering .................................................................... 4
H1.6 Stappenplannen .......................................................................................................................... 5
H2. Betreden en doorzoeken van plaatsen ............................................................................................. 7
H3. Voorarrest ......................................................................................................................................... 8
H3.1 Fasen voorarrest ......................................................................................................................... 8
H3.2 Voorlopige hechtenis .................................................................................................................. 9
H3.3 algemene regels voorlopige hechtenis ..................................................................................... 10
H4. Verhoor en recht op raadsman ....................................................................................................... 13
H4.2 Recht op raadsman vooraf en tijdens verhoor ......................................................................... 13
H4.3 Rechtsbijstand tijdens ottz........................................................................................................ 14
H5. Verschoningsrecht .......................................................................................................................... 15
H5.1 Inhoud verschoningsrecht ........................................................................................................ 15
H5.2 Verschoningsgerechtigde en dwangmiddelen.......................................................................... 16
H5.3 Doorbreking van het professioneel verschoningsrecht ............................................................ 16
H5. 4 Stappenplan ............................................................................................................................. 17
H6. Vormverzuimen............................................................................................................................... 17
H6.1 Vormverzuim............................................................................................................................. 17
H6.2 Strafvermindering ..................................................................................................................... 17
H6.3 Bewijsuitsluiting ........................................................................................................................ 17
H6.4 Niet-ontvankelijkheid van het OM ............................................................................................ 19
H6.5 Stappenplan art 359a sv ........................................................................................................... 20
H7. Bewijsmiddelen, de getuige en deskundige ................................................................................... 20
H7.1 Bewijsmiddelen ......................................................................................................................... 20
H7.2 De getuige ................................................................................................................................. 22
H7.3 De deskundige........................................................................................................................... 24
H8. Dagvaarding, tenlastelegging, competenties en de tolk................................................................. 25
H8.1 De dagvaarding ......................................................................................................................... 25
H8.2 De tenlastelegging .................................................................................................................... 26
H8.3 Competenties ............................................................................................................................ 27
H8.4 Bijstand door tolk ...................................................................................................................... 28
1
,H9. De materiële vragen........................................................................................................................ 28
H9.1 De raadkamer............................................................................................................................ 28
H9.2 Beslissing over een strafbaar feit en materiele vragen van art 350 sv ..................................... 28
H9.3 Stappenplan .............................................................................................................................. 30
H10. Vonnis en motivering .................................................................................................................... 31
H10.1 Het vonnis ............................................................................................................................... 31
H10.2 Het motiveren van het vonnis ................................................................................................ 31
H10.3 Promis vonnis .......................................................................................................................... 33
H11. Voeging van strafzaken en hoger beroep ..................................................................................... 34
H11.1 Voeging van strafzaken ........................................................................................................... 34
H11.2 Hoger beroep .......................................................................................................................... 35
2
, H1. Het opsporingsonderzoek
H1.1 Personen met opsporing belast
• Art 127 sv => alle personen die met de opsporing van het strafbare feit zijn belast. 2 soorten;
o Algemene opsporingsambtenaren => art 141 sv, Dit is o.a. de Ovj, ambtenaren van
de politie, bepaalde militairen van de Koninklijke Marechaussee,
opsporingsambtenaren van de belastingdienst, AID, SIOD, VROM-IOD (art 2 Wbo
jo. 14 sub d sv).
▪ Reikwijdte bevoegdheid => strekt tot de opsporing van alle strafbare feiten.
o Buitengewone opsporingsambtenaren => art 142 sv, de personen aan wie een akte
van opsporingsbevoegdheid is verleend (sub a), de meerderjarige personen horend tot
de minister van Veiligheid en justitie aangewezen categorieën (sub b) en personen die
bij bijzondere weten met opsporing van de daarin genoemde feiten zijn belast.
▪ Reikwijdte bevoegdheid => de bevoegdheid strekt zich in beginsel tot in de
akte aangeduide feiten, lid 2. Deze bevoegdheid kan, lid 3, worden uitgebreid.
Let op => de opgesomde opsporingsambtenaren in art 141 jo. 142 zijn, gelet op het legaliteitsbeginsel
limitatief.
H1.2 Opsporingsonderzoek
• Begrip => art 132a sv, het onderzoek in verband met strafbare feiten onder gezag van de Ovj
met als doel het nemen van strafvorderlijke beslissingen.
• Opsporingstaak Ovj => art 148 sv, Ovj is belast met opsporing van strafbare feiten (lid 1) en
geeft daartoe bevelen aan de overige opsporingsambtenaren (lid 2). Opsporing kan ook door
Ovj persoonlijk (lid 3). 3 redenen waarom Ovj leidinggevende rol heeft, zodat;
o Hij de juridische kwaliteit van het opsporingsonderzoek kan bewaken.
o Hij het opsporingsbeleid kan afstemmen op het vervolgingsbeleid.
o Hij de rechtmatigheid en rechtsstatelijkheid van de opsporingshandelingen kan
bewaken. Hij maakt hierbij een belangenafweging en ziet toe op proportionaliteit van
de opsporingsmethoden (waarborgfunctie).
o Art 148c sv => Ovj verleent de advocaat-generaal op diens verzoek de nodige
bijstand bij het opsporingsonderzoek in zaken die in hoger beroep bij het gerechtshof
aanhangig zijn. Let op: dit is niet dezelfde A-G die conclusies schrijft bij de hoge
raad.
• Ambtenaren van de politie => art 3 Politiewet (Pw), de politie heeft tot taak in
ondergeschiktheid aan het bevoegd gezag en in overeenstemming met de gelden rechtsregels
te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving van de rechtsorde en ver verlenen van hulp aan
hen die dit behoeven. Handhaving wordt gesplitst in;
o Handhaving van de openbare orde, onder gezag van de burgemeester, art 11 Pw.
o Strafrechtelijke handhaving, onder gezag van de Ovj, art 12 lid 1 Pw.
• Taak rechter-commissaris (RC) => art 170, belast met behandeling van strafzaken (lid 1) en
met de uitoefening van toezichthoudende bevoegdheden (geen alg. taak) met betrekking tot
het opsporingsonderzoek. Oefent deze bevoegdheid uit in door de wet bepaalde gevallen,
voorts op vordering van de Ovj of op verzoek van de verdachte of diens raadsman. 3
verschillende toezichthoudende bevoegdheden;
o Toezicht op de rechtmatige toepassing van opsporingsbevoegdheden
o Toezicht op de voortgang van het opsporingsonderzoek, art 180 sv.
o Toezicht op de evenwichtigheid en volledigheid van het onderzoek.
5 typen opsporingsonderzoek
a. De klassieke opsporing => uitgangspunt is een vermoedelijk gepleegd strafbaar feit.
Kenmerkend is derhalve dat het plaats heeft naar aanleiding van een vermoedelijk gepleegd
strafbaar feit en dat het gericht is op opheldering van dat feit. De opheldering is daarbij geen
doel op zich.
o Vb. er is aangifte gedaan van een inbraak.
3
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller joyce94. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $6.32. You're not tied to anything after your purchase.
Can Stuvia be trusted?
4.6 stars on Google & Trustpilot (+1000 reviews)
75619 documents were sold in the last 30 days
Founded in 2010, the go-to place to buy study notes for 14 years now