Uitgebreide samenvatting van reader 7 Weaving Fundamentals and Design, behandeld in Basistextiel II. Plus een uitgewerkt stofnamen register die erbij geleerd moet worden.
READER 7 I WEAVING & FUNDAMENTALS AND DESIGN I BASISTEXTIEL 1.2
Weefsels
Vervaardigd door 2 groepen garens met elkaar te vervlechten, lengterichting is de
ketting/schering en de breedterichting is het inslaggaren.
Stofopbouw/ het aantal garens zegt iets over de dichtheid van het weefsel a.d.h.v. het
aantal garens per inch (86x54= 86 kettinggarens/inch x 54 inslaggarens/inch).
Enkelcijfer: gebruikt voor vierkante weefsels waarbij het aantal ketting- en
inslagdraden gelijk is (300-laken: 150 kettinggarens/inch en 150 inslaggarens/inch).
86x54/16x12: 16 is het garennummer van de ketting en 12 het garennummer van het
inslaggaren.
In de meeste weefsels zitten minder inslaggarens/inch in het weefsel dan
kettinggarens/inch.
Verschillende weefpatronen leiden tot verschillen in het aantal bindpunten tussen
ketting- en inslaggarens= weefsels met weinig bindpunten: buigzaam en zacht,
weefsels met veel bindingpunten: stug en hard.
De reden dat er meer meters garen naar het weefgetouw worden gevoerd dan het aantal
meters weefsel dat wordt vervaardigd komt door de kromming die ontstaat doordat de
inslag- en kettinggarens elkaar kruisen.
De meeste weefsels bevatten in ontspannen toestand meer kromming in de kettingrichting
dan in de inslagrichting.
Onderdelen van een weefgetouw
1. De kettinggarens worden van de kettingboom afgewikkeld in de vorm van een lap.
2. Lopen over een stalen wals met een grote diameter: de achterboom, die de garens
naar voren leidt.
Kan naar omhoog/omlaag worden versteld om de spanning op de ketting te
regelen: beïnvloedt het uiterlijk van het weefselen en de duidelijkheid van het
patroon aan de voorkant van het weefsel.
3. Elk kettinggaren wordt door een dunne metalen kettingwachter geleid, die als
noodstop fungeert: als een kettinggaren breekt, valt de spanning op de
kettingwachter weg en valt hij naar beneden, het weefgetouw staat dan stil. Hierdoor
wordt voorkomen dat er een kettingdraad in het weefsel ontbreekt (anders zou het
leiden tot een verticale streep in het weefselen eindproduct van mindere kwaliteit.
4. De kammen zijn metalen frames met dunne metaaldraden, die hevels heten. In elke
hevel zit een oogje waar het kettinggaren doorheen loopt. De kammen bewegen
tijdens het weven op en neer om een patroon in het weefsel te weven.
5. Na de kammen passeren de kettinggarens een soort kam: het weefriet. Deze spreidt
de lap met kettinggarens tot een specifieke breedte= de rietbreedte, en slaat elk
inslaggaren aan in de rand (= de rand is de lijn over de breedte van het weefsel waar
de garens overgaan in een weefsel).
Op moderne weefgetouwen zonder schietspoel…
6. Grote inslagklossen aan de zijkant van het weefgetouw geplaatst.
7. Inslaggarens worden van deze klossen afgewikkeld en lopen door een inslagtoevoer:
een opwikkelmechanisme dat de inslaggarens verzamelt voor de volgende inslag.
8. Weefsel wordt naar voren door het weefgetouw getrokken
9. Weefsel wordt opgewikkeld op de stofboom.
, READER 7 I WEAVING & FUNDAMENTALS AND DESIGN I BASISTEXTIEL 1.2
De reis van de kettingboom naar de stofboom neemt zo’n 4-8 minuten in beslag. De
precieze tijd hangt af van de snelheid van het weefgetouw en de hoeveelheid
inslaggarens/inch. Het garen slijt deze reis aanzienlijk, dit is de reden dat ze tijdens het
scheren een sterkmiddel aanbrengen op het garen om het slijtvaster te maken
(=sterken).
5 fundamentele bewegingen tijdens het weven:
1. Sprong: garens verdeeld in een onderste en bovenste sprong. Gebeurt door het op en
neer bewegen van de frames met de schachten.
2. Invoegen van de inslag: wordt ingevoegd in de sprong van de kettingdraden.
3. Aanslaan: weefriet beweegt naar voren en slaat de inslag in het weefsel.
4. Het afwikkelen van de kettinggarens
5. Op de stofboom gewikkeld
! Vuistregel: 24-28 hevels/inch in de kam
Als het aantal kettinggarens wordt verhoogd, moet het aantal schachten eveneens worden
verhoogd, zodat de hevels niet te dicht opeengepakt zitten: dit zou het vormen van de
sprong kunnen belemmeren.
Sprongvorming
Het vormen van de sprong houdt in dat de kettinggarens worden gescheiden, waardoor er
een opening ontstaat voor het invoegen van de inslag.
• Sprongvorming met nokken (= de eenvoudigste manier).
– Gebruik van rondvormige, geprofileerde nokken om de kammen op en neer te
laten bewegen: schachten worden omhoog en omlaag bewogen door
ronddraaiende nokken op basis van het vereiste patroon.
– Gewoonlijk 6-8 kammen (= schachten).
– Elke kam wordt aangestuurd door een enkele nok via een verbinding met de
nok.
– Nokken:
- Bestaan uit 2 delen: een hoog en laag profiel. Terwijl de nokken ronddraaien
op een nokkenas maken de hoge en lage profielen contact met een nokvolger,
die is verbonden met een hendel. Deze hendel staat op zijn beurt in
verbinding met een schacht. 6 hendels= 6 schachten etc. Op de nokkenas zijn
afstandsstukken bevestigd op de plaatsen waar geen nokken zitten. Deze
nokkenas kan tot 10 nokken batten en dus een weefgetouw met 10 schachten
aandrijven.
- De nokken bevinden zich meestal in een oliebad op de vloer aan een
uiteinde van het weefgetouw.
- Verschillende nokkenassen nodig voor verschillende patronen: om het
patroon te veranderen moet men de huidige nokken verwijderen en
vervangen door nokken met een andere vorm of profiel.
– Plat, eenvoudige kepers en satijn weefsels.
Gestikte zelfkant: een weefgetouw voorzien van een stikmachine die de
uiteinden van elk afgesneden inslaggaren in de rand van het weefsel stikt.
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller mariscagoosen10. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.81. You're not tied to anything after your purchase.