Een uitgebreide samenvatting voor het vak aardrijkskunde. De samenvatting gaat over het boek systeem aarde en bevat alle informatie die je moet weten voor je proefwerk/examen.
Een uitgebreide samenvatting voor het vak aardrijkskunde. De samenvatting gaat over het boek (over) leven in Europa en bev...
(Over)leven in Europa hoofdstuk 1,2,3 & 4.
Hoofdstuk 1: Landbouw in Europa.
Paragraaf 1.1: Het belang van de landbouw.
Landbouw: alle activiteiten in de complete productieketen van planten en dieren tot de consumptie
ervan (van de grond tot de mond).
De voedselproductie is gemondialiseerd en geïndustrialiseerd.
Er zijn steeds meer belanghebbenden, ofwel actoren, bij de keten van boer tot consument
betrokken:
- Boeren zorgen voor primaire productie van landbouwproducten.
- Bedrijven zorgen voor agribusiness: de activiteiten die na de primaire productie van
landbouwproducten plaatsvinden.
- Overheden en internationale organisaties stellen wetten voor de gehele keten op.
- Consumenten eten het voedsel uiteindelijk op of gebruiken het.
Het gevolg van een langere keten is dat het geld dat voor voedsel betaald wordt, over
verschillende actoren verspreid moet worden en dat er sprake is van concurrentie.
Een voordeel van deze grote concurrentie is dat bedrijven veel innoveren.
De landbouw is voor zowel Nederland als Polen erg belangrijk, toch zijn er ook verschillen
tussen de landen: Polen is zeven keer zo groot maar telt maar het dubbele aantal inwoners
en in Polen staan landbouwgebieden minder onder druk dan in Nederland.
Economische getallen weten? Economie?
In Nederland trekken mensen naar de steden minder mensen op het platteland, waardoor
voorzieningen moeilijk in stand zijn te houden.
In Polen boeren hebben weinig te besteden en er is sprake van industrialisatie in de
landbouw, waardoor minder werk voor de boeren beschikbaar is.
Vroeger grondgebonden landbouw: agrarische productie die plaatsvindt op het land in de
directe omgeving van het boerenbedrijf.
Het aandeel niet-grondgebonden landbouw stijgt: landbouw die steeds minder afhankelijk is
van de natuur, bijvoorbeeld het telen van gewassen in kassen.
De landbouw heeft grote invloed op de natuur duurzame landbouw en duurzaam
consumeren voedselafdruk: aantal hectares dat nodig is om voedsel te verbouwen per
inwoner of per land.
Paragraaf 1.2: De rol van Europa.
Mijlpalen van de landbouw in Nederland.
1. EGKS voorlopen van de EU hielt de productie van kolen en staal, toen de belangrijkste
grondstoffen voor oorlogswapens, in de gaten. ( zodat ze konden zien wanneer landen
misschien oorlogswapens gingen maken (door toename van de productie van kolen en
staal)
In de jaren vijftig van de vorige eeuw was de zelfvoorzieningsgraad van de
landbouwgebieden groot: de mate waarin een land of gebied zichzelf kan voorzien van
producten.
2. EGKS EEG. Tijdens WOII waren er grote voedseltekorten, dit mocht nooit meer
voorkomen, daarom maakten de 6 lidstaten twee kerndoelen voor de landbouw:
A. Europese burgers moeten kunnen beschikken over voldoende en betaalbaar voedsel.
B. Europese boeren moeten een redelijke levensstandaard krijgen met een stabiel
inkomen.
, 3. Gemeenschappelijke Landbouwbeleid (GLB). Belangrijkste maatregel die is ingevoerd
productiesubsidies: boeren krijgen een geldbedrag van de EEG voor ieder product dat ze
leveren. Boeren verhogen hierdoor hun productie, de sleutel tot dit succes was
specialisatie: zich binnen een bedrijf toeleggen op één product lager productiekosten.
Mechanisatie: vervanging van arbeiders door machines.
Intensivering: verhogen van de productie per hectare of per dier.
Schaalvergroting en ruilverkaveling?? Blz 18.
4. Er komen quota: een boer mag maar een maximale hoeveelheid gewas of dier
produceren ontstond door te grote productiehoeveelheden (overschotten).
5. Productiesubsidies worden vervangen door inkomenssubsidies: verlenen van financiële
overheidssteun aan (agrarische) bedrijven als aanvulling op het eigen inkomen.
6. EEG (6 lidstaten) EU (12 lidstaten) doel: verspreiden van vrede, democratie en
welvaart.
Voordeel van meer lidstaten grotere interne markt: gemeenschappelijke markt met vrij
verkeer van goederen, diensten, kapitaal en personen.
Nadeel boeren die zich niet voldoende hebben ontwikkeld verliezen de
concurrentiestrijd van (grotere) EU-boeren.
7. Plattelandsontwikkeling vooral aandacht voor de landschappelijke kwaliteit: de mate
waarin een landschap waardevol, kwetsbaar en mooi wordt gevonden. 3 invalshoeken
van landschappelijke kwaliteit?
8. Meer marktwerking en het verdwijnen van quota.
9. Door uitbreiding EU is het aantal boeren verdubbeld. Kleine boeren kunnen de
concurrentiestrijd niet aan, verdienen te weinig of sluiten zelfs hun bedrijf.
10. Vernieuwd GLB, bestaat uit 3 pijlers:
A. Economie: voldoende betaalbaar voedsel voor iedereen. Stijgen met de stijging van de
vraag naar voedsel.
B. Natuur en milieu: verduurzaming: natuurlijke hulpbronnen zodanig gebruiken dat men
tegemoetkomt aan e behoeften van de huidige generatie, zonder die van de
toekomstige generaties gevaar te laten lopen.
C. Leefbaarheid: veel aandacht voor plattelandsontwikkeling.
Paragraaf 1.3: Europese landbouw en de rest van de wereld.
Naast de EU is de Wereldhandelsorganisatie (WTO) belangrijk voor de landbouw ieder land
moet een eerlijke kans hebben om zich te ontwikkelen.
De WTO hanteert een aantal basisregels:
1. Als één land gunstige handelsvoorwaarden krijgt, gelden die voorwaarden voor alle andere
landen.
2. Er mag geen onderscheid gemaakt worden tussen buitenlandse en ‘eigen’ producten.
3. Tarieven moeten vast zijn; dat geeft zekerheid en zorgt voor vertrouwen.
4. Oneerlijke handelspraktijken als uitvoersubsidies en dumping zijn niet toegestaan.
Beschermingsmaatregelen van de EU voor de boeren in de EU:
- Productie- en inkomenssubsidies.
- Invoertarieven: belasting die wordt geheven op producten die in een land of
gemeenschappelijke markt worden geïmporteerd.
- Uitvoersubsidies: verlenen van financiële overheidssteun bij het exporteren van een
(agrarisch) product uit een land of interne markt.
TTIP? Blz 27?
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller DionScholing. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.00. You're not tied to anything after your purchase.