Dit is een samenvatting van het boek "Cognitive Psychology" van Goldstein van alle hoofdstukken die moeten worden geleerd voor het tentamen. Verder zitten er ook achterin afbeeldingen bij voor extra uitleg. De samenvatting is in het Nederlands.
Cognitieve psychologie: het studeren van de mind
- cognitieve psychologie is de branche van psychologie die zich bezig houdt met de
wetenschappelijke studie van de mind
- er zijn verschillende definities voor de mind:
- de mind creëert en controleert mentale functies zoals perceptie, aandacht, geheugen,
emoties, taal, beslissen, denken en redeneren -> definieert verschillende types van cognitie
- de mind is een systeem dat representaties van de wereld creëert zodat wij in de wereld
kunnen handelen en onze doelen kunnen bereiken -> hoe de mind handelt en functioneert
- in 1800 geloofde men dat het onmogelijk was om de mind te bestuderen
- Donders kwam in 1868 met een van de eersten cognitieve experimenten
- wilde weten hoe lang het duurt om beslissingen te maken -> mentale chronometry
- hij mat de reactietijd van: (afbeelding 1)
- een simple reaction time -> op een knop drukken als er licht verscheen
- choice reaction time -> recht of links drukken, lag aan waar het licht vandaan kwam
- de choice reaction time duurde 1/10 van een seconde langer
- mentale responses kunnen niet direct gemeten worden -> moeten uit het gedrag worden afgeleid
- Wundt richtte in 1879 het eerste laboratorium van wetenschappelijke psychologie op
- Wundt’s benadering werd structuralisme genoemd -> het geheel bestaat uit stukjes
- introspectie: getrainde proefpersonen beschreven hun ervaringen en gedachte processen in
response op stimuli
- Ebbinghaus onderzocht hoe snel we geleerde informatie vergeten
- hij maakte gebruik van lijsten met lettergrepen
- hij leerde de lettergrepen en leerde ze een tijd later opnieuw -> ging sneller dan de 1e keer
- saving methode: hoe korter de tijd is tussen het herhalen, hoe sneller en gemakkelijker je
het onthoudt
- saving = (originele tijd om de lijst te leren)-(tijd om de lijst te herleren na een pauze)
- James gebruikte observaties van zijn eigen gedrag als basis van zijn boek ‘principles of psychology’
Het verlaten van de studie of de mind
- in het begin van de 20e eeuw richt John Watson het behaviorisme op
- reactie op structuralisme -> problemen met introspectie omdat het varieert bij elke persoon
en omdat ze zijn geïnterpreteerd in termen van onzichtbare innerlijke mentale processen
- behaviorisme: men moet in de psychologie alleen naar de voorspellingen en het controleren van
gedrag kijken
- Watson gebruikte klassieke conditionering om te laten zien dat gedrag kan worden geanalyseerd
zonder referentie naar de mind -> hij keek naar hoe stimuli gedrag beïnvloedde
- voorbeeld: experiment “Little Albert”
- Skinner introduceerde operante conditionering -> focust zich op hoe gedrag wordt versterkt door
de presentaties van positieve (eten) of negatieve versterking (shock)
- Watson en Skinner wilden weten hoe gedrag wordt gecontroleerd door stimuli en niet wat er in de
mind gebeurt
,- in de jaren 1930 tot 1960 wat het behaviorisme dominant in de psychologie
- rond 1950 gebeurde er een aantal dingen die leidde tot de terugkeer van de studie van de mind
- Tolman noemde zichzelf een behaviorist omdat hij zich focuste op het meten van gedrag, maar hij
gebruikte gedrag om mentale processen uit af te leiden
- hij deed een experiment met muizen in een doolhof
- cognitieve map: een conceptie van de doolhof lay-out in de mind van de rat
- de term cognitief was moeilijk te accepteren in de jaren 1940 omdat volgens het behavioristisch
idee interne processen onacceptabele onderwerpen zijn om te bestuderen
- dit veranderde toen Chomsky’s kritiek had op het boek “verbal behavior” van Skinner
- Chomsky was het niet eens met Skinner dat ieder gedrag aangeleerd is -> aangeboren vaardigheden
- psychologen gingen zich nu ook richtten op hoe de mind werkt
De wedergeboorte van de studie van de mind
- cognitieve revolutie: een overgang tussen de periode waarin de nadruk in de psychologie vooral op
het gedrag lag, naar een periode waarin gedrag werd verklaard door mentale processen
- de cognitieve revolutie kwam mede door:
- Chomsky’s kritiek op het boek “verbal behavior” van Skinner
- de introductie van de digitale computer
- zorgde voor het makkelijkere en snellere verwerking van data
- nieuwe manier van denken over de mind -> informatie-processing benadering
- het idee dat de mind op dezelfde manier zou werken als een computer
- computer verwerken data in stapjes en hebben een beperkt geheugen
- Cherry deed onderzoek naar aandacht -> in beide oren werd een
andere boodschap getoond -> je hoort er twee, maar begrijpt er 1
- Broadbent kwam met het eerste flow diagram van de mind
- conferenties over kunstmatige intelligentie in Dartmount en MIT (1956)
- McCarthy organiseerde een conferentie om te discussiëren op welke manier
computers geprogrammeerd kunnen worden om intelligent gedrag uit te voeren
- artificiale intelligence: het maken van een machine die zich gedraagt op de manier
die intelligent zou worden genoemd als een mens zich zo gedraagt
- logic theorist: de machine die Simon en Newell maakten
- sinds 1956 zijn er veel experimenten uitgevoerd, nieuwe theorieën bedacht en nieuwe technieken
ontwikkeld -> cognitieve psychologie en de informatie-processing benadering werden dominant
- moderne cognitieve psychologische experimenten meten de samenhang met als doel om gedrag te
gebruiken om te onthullen hoe de mind werkt en deze te begrijpen
Modern onderzoek in cognitieve psychologie
- onderzoekers beginnen met wat ‘we’ weten over een probleem -> stellen vragen -> ontwerpen
experimenten -> verkrijgen en interpreteren resultaten -> de bevindingen vormen de basis voor
nieuwe vragen, experimenten en resultaten
- de grootste uitdaging van onderzoekers is de juiste vraag oppikken en niet het experiment
- Beilock deed onderzoek naar choking -> het slechter uitvoeren van een taak dan verwacht
door druk
- modellen zijn representaties van structuren of processen die on helpen de structuur of een proces
te visualiseren of uit te leggen
- structurele modellen -> representeren structuren in de hersenen die zijn ontwikkeld in
,specifieke functies
- representaties van fysieke structuren
- kan het uiterlijk van een object nabootsen
- doel: eenvoudiger maken -> makkelijker te bestuderen en te begrijpen
- vb. pijn matrix -> is ontwikkeld in onze perceptie van pijn
- proces modellen -> illustreren hoe een proces werkt
- representeert het proces dat is ontwikkeld in cognitieve mechanisme
- de boxen vertegenwoordigen specifieke processen en de pijlen vertegenwoordigen
de aansluitingen tussen de processen
- doel: beter de processen te begrijpen en zorgt voor een beginpunt voor onderzoek
- vb. sensory memory model en Broadbent’s filter model van aandacht (afbeelding 2)
, Chapter 2 Cognitive neuroscience
Waarom studeren we cognitieve neurowetenschap?
- cognitieve neurowetenschap: de studie van de fysiologische basis van cognitie
- om te begrijpen hoe de mind werkt, moeten we gedrags- en fysiologische experimenten uitvoeren
- levels van analyses -> een onderwerp kan op verschillende manieren worden bestudeerd
- we kunnen de fysiologie van cognitie op verschillende levels bestuderen -> van de hele
hersenen tot de structuren binnen de hersenen, tot de chemicaliën die elektrische signalen in
deze structuren creëren
- voorbeeld afbeelding 3
- neuronen: cellen die bouwstenen en transmissie lijnen van het zenuwstelsel zijn
- er zijn drie methodes die worden gebruikt om cognitieve neurowetenschap te bestuderen:
- opname van singel neuronen
- het bestuderen van de effecten van hersenbeschadiging bij mensen
- afbeeldingen van de hersenen creëren
Neuronen: communicatie en representatie
- neuronen: kleine eenheden die informatie over wat we ervaren en weten creëren en transmitteren
- in de 19e eeuw pasten anatomisten speciale vlekken toe aan hersenweefsel om het contrast tussen
verschillende soorten weefsel te kunnen zien -> microstructuur van de hersenen: neuronen
- ze zagen een netwerk dat ze het zenuwnet noemden
- zenuwnet: een continue doorgang voor uitvoeren van ongeïnterpreteerde signalen door het
netwerk -> het leek continue omdat ze geen kleine details konden zien met deze techniek
- Golgi ontwikkelde een vlektechniek -> dunne stukjes hersenweefsel werden in een
oplossing van zilvernitraat gedompeld -> minder dan 1% van de cellen waren gevlekt
- Cajal gebruikte twee technieken om de aard van het zenuwnet te onderzoeken:
- de Golgi vlek om enkele cellen vlekkig te maken in een stuk hersenweefsel
- hersenweefsel van pasgeboren dieren omdat deze een kleinere dichtheid hebben
- Cajal ontdekte dat het zenuwnet niet continu is maar uit afzonderlijke eenheden bestaat
die samen verbonden zijn
- neurondoctrine: het idee dat individuele cellen signalen in het zenuwstelsel
doorgeven en deze cellen niet continu met andere cellen zijn
- de basispatronen van een neuron zijn:
- cellichaam: metabolische centrum van een neuron -> bevat mechanismen om de cel levend
te houden
- dendrieten: vertakkingen uit het cellichaam en ontvangen signalen van andere neuronen
- axonen (zenuwvezel): lange processen die signalen doorsturen naar andere neuronen
- synaps: kleine spleet tussen het einde van de axonen en dendrieten of de cellichamen van
een andere neuron (ontdekte Cajal)
- neurale circuits: groepen van onderling verbonden neuronen (ontdekte Cajal)
- neuronen zijn alleen verbonden met specifieke neuronen
- receptoren: gespecialiseerde neuronen om informatie uit de omgeving op te halen
The benefits of buying summaries with Stuvia:
Guaranteed quality through customer reviews
Stuvia customers have reviewed more than 700,000 summaries. This how you know that you are buying the best documents.
Quick and easy check-out
You can quickly pay through credit card or Stuvia-credit for the summaries. There is no membership needed.
Focus on what matters
Your fellow students write the study notes themselves, which is why the documents are always reliable and up-to-date. This ensures you quickly get to the core!
Frequently asked questions
What do I get when I buy this document?
You get a PDF, available immediately after your purchase. The purchased document is accessible anytime, anywhere and indefinitely through your profile.
Satisfaction guarantee: how does it work?
Our satisfaction guarantee ensures that you always find a study document that suits you well. You fill out a form, and our customer service team takes care of the rest.
Who am I buying these notes from?
Stuvia is a marketplace, so you are not buying this document from us, but from seller samenvattingenenaantekeningen. Stuvia facilitates payment to the seller.
Will I be stuck with a subscription?
No, you only buy these notes for $4.85. You're not tied to anything after your purchase.